Opnieuw hebben de Democraten het verkeerde gevecht gevoerd.

Het ziet er naar uit dat Brett Kavanaugh geïnstalleerd gaat worden in het Supreme Court.

Dit is een historische ontwikkeling in de zin dat een onverhuld politieke persoon, zoals Edward Luce van de FT zegt ‘an activist in robes’ in het hof terecht komt. Niet dat er niet eerder politici waren in het Supreme Court maar nooit zo’n partijdige hack.

Een andere interessante vaststelling is dat de Democraten, na Clarence Thomas en het Anita Hill debacle, voor de tweede keer een niet gekwalificeerde rechter hebben laten passeren door zich te concentreren op sexual harassment klachten in plaats van simpel niet geschikt zijn. Ik moet toegeven dat dit bij Kavanaugh lastiger was al hadden zijn Starr activiteit en Bush partijdigheid middelen kunnen bieden.

De complexiteit was dat pas de beschuldiging van aanranding aan het licht bracht waarom Kavanaugh zo ongeschikt is. Niet alleen vanwege zijn ‘jeugdige’ (nou ja, Yale student) drankmisbruik en daaraan gerelateerd frat boy gedrag maar vooral vanwege zijn explosie afgelopen donderdag die liet zien dat, inderdaad, deze gepriviligeerde jongen heel goed zich had kunnen misdragen zonder zich dat zelfs maar te herinneren. Daarvoor hebben alle andere frat boys, van corpsballen tot drinkende senatoren, natuurlijk alle begrip.

De Republikeinen maakten een fout door Kavanaugh voor te dragen. Dat deed niet Trump, die heeft geen idee. Hij liet zich influisteren door de Federal Society van conservatieve activisten en raadpleegde waarschijnlijk niet Republikeinse senatoren. Of misschien wel, het zou goed kunnen dat de verwerpelijke senaatsleider Mitch McConnell hem juist adviseerde een partij type te sturen.

Feit is dat het een treurig resultaat oplevert. Een besmeurd Supreme Court in een tijd waarin Trump de democratie ondermijnd en het uitvoerend ambt misbruikt en het Congres ten onder gaat aan zijn eigen lafheid.

Kavanaugh krijgt nog wel een keer de rekening gepresenteerd, vermoed ik. Maar tot dan is de rekening voor Amerika (en voor de wereld) behoorlijk hoog opgelopen.

De gemakkelijke weg: allemaal de schuld van Obama.

De laatste tijd hoor ik steeds vaker, meestal in verdediging van Trump, het verhaal dat de polarisatie in Amerika te wijten is aan Barack Obama.

Mijn goede vriend in Austin kwam ermee, baseerde zich, naar hij zei, op de Wall Street Journal. Voorbeelden had hij niet, afgezien van de vermeende anti-business houding van Obama. Racisme bestond volgens hem niet in de VS, en vervolgens kreeg ik te horen dat de zwarte gemeenschap toch wel heel veel problemen had. Van armoede in de Appalachen had hij nauwelijks gehoord.

Een Nederlandse zakenman die lang in Amerika heeft gewoond en gewerkt kwam met de opmerking dat Obama weinig tot stand had gebracht. Obamacare vond hij niet tellen, zo bleek. Ook het redden van Amerika van de grote Recessie telde niet mee. De maatregelen die daarna waren ingevoerd om de veroorzakers van die recessie aan banden te leggen, telden wel mee, maar niet als succes van Obama. Ook het leiden van een regering zonder schandalen geldt niet.

Niets doen in Syrië was een andere klacht. Had hij dan moeten interveniëren en hadden we nu tienduizenden soldaten in gehad? Nou nee, maar hij had niets gedaan en Trump had tenminste zijn tanden laten zien – nou ja, een bommetje gegooid. Zo lust ik er nog wel een paar.

De birther onzin die de psycho in het Witte Huis bracht was geen racisme, en nee, afkeer van Obama had niets te maken met zijn zwart zijn. Zeiden ze. Wat hen vooral irriteerde, zo bleek me, was zijn ‘predikanten toon’. Wat doorgevraagd komt het erop neer dat wat hen dwarszat simpelweg het feit was dat een zwarte upstart, niet een van de boys, hen moralistisch toesprak. Dat was onacceptabel.

Het is een raar verhaal maar past in het herschrijven van de geschiedenis zoals dat met name door de Republikeinen wordt beoefend. Ze poetsen weg dat de stimulering van de economie in 2009 de recessie beperkte, zij het veel minder dan nuttig en nodig omdat de Republikeinen weigerden het geld beschikbaar te stellen. Begrotingstekorten tellen alleen als een Democraat president is. Ze negeren de obstructie van de Republikeinen, met name door kwade genius Mitch McConnell die officieel liet weten dat het laten mislukken van Obama zijn doelstelling was. Dat lukte niet, maar hij kon wat gepolariseerde successen boeken, waaronder het stelen van een Supreme Court zetel.

De Republikeinen deden ook niets tegen de pogingen van hun eigen achterban, de Tea Party, om de politiek te vervuilen. Ze deden niets om het inherente racisme van de birthers aan de kaak te stellen.

De geschiedenisboeken zullen Obama zijn gerechte plaats geven, daarover maak ik me niet al te veel zorgen. Het afkammen van Obama is vooral een poging om Trump te rechtvaardigen, die deze zakenlui als persoon afgrijselijk vinden maar wiens beleid ze graag omarmen – en de winst binnenhalen.

De Nederlander zei dat het allemaal wel weer goed kwam. Amerika herstelde zich altijd. Ik ben niet zo optimistisch en als ik hem hoor, vraag ik me ook af wat hij onder herstel verstaat.

De foute beslissing over Kavanaugh is politiek – voor de Democraten – de beste.

Ik heb zeer gemengde gevoelens over hoe ik het verhaal met Brett Kavanaugh zou willen zien aflopen.

Mijn overtuiging, en nu ook die van pak weg 1000 juristen, verspreid over de VS, is dat de man zoveel partijdigheid en zo weinig beheersing heeft laten zien dat hij niet geschikt is als rechter. Vergeet – als u kunt – even de aanranding. Alles wat we verder te weten zijn gekomen maar vooral ook zijn gedrag vorige week donderdag wijst op ongeschiktheid.

Zo gezien zou het ideaal zijn als de man zich terugtrok.

Als ik dat toch niet als de ideale uitkomst zie, dan heeft dat, helaas in dit vervelende klimaat, politieke redenen. Liever zie ik dat de Republikeinen, geleid door de superpolariserende Mitch McConnel, die weet wat hij doet, en een president die dat niet weet, Kavanaugh in het Supreme Court zetten. Daar zal hij een beschamende toevoeging blijken maar dat zal nog wel even duren voordat het voldoende momentum heeft om hem letterlijk onmogelijk te maken.

Een benoeming van Kavanaugh zou de Republikeinen te kijk zetten (ze zouden het zelf als een overwinning vieren, maar ergens achter in hun hoofd zit een spoor van twijfel of dit wel de juiste benoeming was – ze praten daar snel overheen). Het zou het Supreme Court met een open zetel weghalen uit de verkiezingsstrijd. Tegelijk zou het de Democratische kiezers energie geven.

Zover is het gekomen met de VS. Je hoopt dat de haatzaaiers en obstructiepartij de foute beslissing neemt zodat je die tegen hen kunt gebruiken.

Brett Kavanaugh is niet meer te redden

Vandaag in de Standaard:

De hoorzitting over de benoeming van Brett Kavanaugh tot rechter in het Amerikaanse Supreme Court was een ramp voor het Amerikaanse politieke systeem. En voor Christine Blasey Ford. En voor Brett Kavanaugh.

Om met de laatste te beginnen: wie deze man ook geadviseerd mag hebben er afgelopen donderdag bij zijn getuigenis keihard in te gaan, à la Trump wild om zich heen te slaan, door dat advies op te volgen heeft Kavanaugh zichzelf onder de guillotine gelegd. Met zijn vertoning als een huilende, schreeuwende, uit de rails gelopen, intens zielige man, heeft Kavanaugh zichzelf zo totaal gediskwalificeerd voor de functie dat terugtrekken de enige uitkomst kan zijn.

De details van zijn getuigenis zijn tenenkrommend maar de boodschap was overduidelijk: hier zat een man die emotioneel en qua temperament, en qua elementaire beschaving, niet thuishoort in Amerika’s hoogste gerechtshof. Schadelijker nog was dat de man die Kavanaugh daar presenteerde volstrekt geloofwaardig was als mogelijke aanrander van Blasey Ford.

Blasey Fords getuigenis was, daar waren zelfs de in eerste instantie in hun schulp kruipende Republikeinse mannen het over eens, ingetogen en geloofwaardig. Ook als je niet overtuigd was dat het Kavanaugh was die haar had aangerand, dan zat daar in elk geval een vrouw die een traumatische ervaring had meegemaakt en het een pijnlijke burgerplicht vond daarvan te getuigen. Tijdens haar getuigenis merkte Blasey Ford op dat ze lang gewacht had, lang had geaarzeld, omdat ze bang was dat de benoemingsprocedure een sneltrein was die haar zou neermaaien, ongeacht wat ze zei. En verdomd, ze had gelijk.

De trein was ’s middag op volle snelheid. Na de getuigenis van Kavanaugh hadden de Republikeinse senatoren hun zelfvertrouwen terug. Ineens realiseerden ze zich dat zij, net als hun president, konden wegkomen met stellingnames en optredens die perfect weergaven hoezeer zij het politieke klimaat in Washington hebben verpest. Ze hadden haast, ze wilden snel een nieuwe rechter. Een FBI-onderzoek was niet gewenst, niet nodig. Waarom het allemaal zo snel moest terwijl ze de open zetel waarvoor president Obama in februari 2016 Merrick Garland voordroeg een jaar openlieten was voor iedereen duidelijk: ze wilden succes boeken voor de verkiezingen van 6 november.

De sneltrein overreed ook de kandidaat zelf. Kavanaugh had gemakkelijk kunnen betogen dat als er inderdaad sprake was van aanranding, dat gevolgen moest hebben. Bij gebrek aan hard bewijs had hij gewoon kunnen blijven ontkennen. Het was een ‘he said, she said’ verhaal geworden. Maar Kavanaugh koos voor de Republikeinse weg, een aanstaande rechter voor het Supreme Court onwaardig.

En daar ligt de dreiging voor het Amerikaanse politieke systeem. In zijn getuigenis stelde Kavanaugh, die indertijd een prominente rol speelde in de opstelling van het pornografische Starr-rapport over de Lewinsky-affaire, dat deze hele hoorzitting een wraakactie was van de Democraten voor het verlies van de verkiezingen in 2016. De Clintons hadden het gedaan. Daarmee toonde hij zich de buikspreekpop van president Trump.

Maar door zijn problemen in die context te plaatsen lieten Kavanaugh en de Republikeinen in de Juridische Commissie elke schijn varen dat politici in dit klimaat nog rechters konden voordragen die de schijn van onpartijdigheid in het Supreme Court kunnen volhouden. Kavanaugh trok het doek weg van de illusie dat hier een niet enkel door politiek gestuurd proces plaatsvond. De kandidaat werd door de correspondent van de Financial Times een ‘activist in robes’ genoemd en op dat moment liet Kavanaugh zien dat die kwalificatie volstrekt terecht was.

Deze benoeming gaat nu niet meer over Kavanaugh. Hij gaat zelfs niet meer over Blasey Ford en mogelijke aanranding. Het is een heel nieuw probleem geworden: deze man is overduidelijk niet geschikt. Republikeinen weten dat net zo goed als ieder ander. Ook als het FBI-onderzoek niets nieuws oplevert en Kavanaugh voor het leven in het Supreme Court wordt benoemd, dan zal hij zich nooit meer los kunnen maken van het beeld dat hij donderdag uitdroeg. Hij wordt een getekende rechter. En de journalistiek, die vermaledijde ‘fake media’, zullen niet nalaten nog meer belastende informatie boven water te halen. Het wordt een hellevaart en een serieus probleem voor het Supreme Court.

Brett Kavanaugh is niet meer te redden. Het zou niet moeten verbazen als hij zich terugtrekt. De ironie en de wreedheid voor Kavanaugh is dat zijn terugtrekken zelfs voor de Republikeinen het mooiste scenario zou zijn. Ze stellen dan een nieuwe kandidaat voor, bijvoorbeeld de felle anti-abortus rechter Amy Coney Barrett, 46 jaar jong, zeven kinderen. Dan is, net als 2016, het Supreme Court het onderwerp van de verkiezingen van 6 november. De conservatieve Republikeinse achterban zou massaal opkomen, wat voor sommige senaatszetels beslissend kan zijn.

Het zou de politisering van het Supreme Court totaal maken. Donald Trump ondermijnt de uitvoerende macht, het Congres toont zich disfunctioneel. Beide zijn onpopulair. Als nu ook het hof de politiek ingezogen wordt, is de laatste min of meer onpartijdige arbiter in het Amerikaanse systeem verdwenen. De voordracht van Brett Kavanaugh was, kunnen we nu wel concluderen, desastreus voor Amerika.

Kavanaugh als leugenaar over zijn drinkgedrag.

Meer informatie over Kavanaugh als drinkeboer en, iets wat we vorige week ook zagen, als iemand die slecht in staat zich te beheersen.  Klik hier.

Mijn inschatting is dat er deze week nog meer boven water komt. Mocht Kavanaugh toch rechter worden – en ik sluit dat niet uit – dan zal de journalistiek zodanig veel informatie produceren tijdens zijn periode in het Supreme Court dat hij uiteindelijk een probleem wordt, niet alleen voor de Republikeinen maar ook voor zijn collega’s daar.

De aanrandingsaanklacht is belangrijk maar heeft er vooral toe geleid dat een beerput aan stuitend gedrag van deze man werd geopend. Hij is niet meer te redden – op de lange termijn.

Zoals altijd was John Oliver de beste analist. Geen spaan blijft heel van Kavanaugh.

De zogenaamde globale markt voor grootverdieners.

In de Financial Times vandaag de bespreking van een interessant boek over de excessieve inkomens van bestuurders van grote bedrijven: Are Chief Executives Overpaid? door Deborah Hargreaves.

De bespreekster vertelt dat ze niet wist dat Jeffery Fairbarin, hoofd van het constructiebedrijf Persimmon, die volgens de Guardian in 2017 een bonus kreeg van 110 miljoen pond, dat jaar genoeg verdiende ‘om een huis te bouwen voor elke dakloze in York, waar het bedrijf zijn hoofdkwartier heeft’. Volgens Hargreaves zal de gemiddelde UK executive in de FTSE 100 (de grootste publiek genoteerde bedrijven) 159 keer zoveel verdienen als de gemiddelde werknemer. In de VS kan die verhouding oplopen tot 347 maal zoveel.

Hargreaves beargumenteert ook dat de kosten van overbetaling hoger zijn dan enkel weggegooid geld. Nog afgezien van het zoeken naar beleid dat hun inkomen maximaliseert, worden ‘zowel economische groei als democratische instellingen ondermijnd in perioden van gigantische ongelijkheid’.

Het leidt tot een pleidooi voor een ’terugkeer naar de basis’: een eenvoudig salaris.

Hargreaves maakt ook korte metten met het argument dat dit een wereldwijde markt waar de topbestuurders, als ze niet zakken geld krijgen, onmiddellijk naar het buitenland vertrekken – het argument dat ook werd gehoord toen de Nederlandse banken in hun incompetentie de salarissen en bonussen van hun directeuren verhoogden. Het simpelste antwoord is: laat ze maar eens kijken of ze elders aan de bak komen. En Hargreaves laat zien dat van de 489 benoemingen in een Fortune Global 500 onderneming er maar 4 waren die daarvoor naar een ander land gingen.

Die markt voor hoge inkomens wordt vooral gemaakt omdat deze baasjes (veelal mannen) naar elkaar kijken en dat als argument gebruiken om weer een rondje hoger te gaan. Ook het hele idee dat één persoon, een held op zijn terrein, het verschil zou kunnen maken bij een groot bedrijf, lijkt vooral napraterij in de raden van bestuur die deze zakken geld uitdelen.

De vraag in de titel van het boek is een retorische. Ik ga het lezen om te zien wat Hargreaves voorstelt eraan te doen.