Het bleef verrassend stil: de VS veroordeelde niet onmiddellijk de staatsgreep in Zuid-Korea.

Een staatsgreep bedreigde deze week de democratie in Zuid-Korea. Ik heb een zwakke plek voor dat land. De manier waarop het zich bevrijdde van militaire dictatuur, gesteund door de VS, laten we dat niet vergeten. De massamoord in 1980 in Gwanju, toen studenten in opstand kwamen, is een pijnlijk litteken voor die samenleving. Geweldig museum in Gwanju, mocht u in de buurt zijn. Geweldige boeken van Han Kang.

De democratie rechtte zichzelf en de staatsgreeppleger moest op zijn schreden terugkeren.

Hoe anders dan het ging na 6 januari 2021 in de belangrijkste democratie van de wereld. De staatsgreeppleger van toen claimt nu een mandaat en voedt ons met leugens over de omvang van zijn overwinning. De democratie in de VS is kwetsbaar, misschien al dodelijk gewond. Eén partij vult democratie in naar eigen believen en heeft verliezen uit zijn werkboek geschrapt. De andere partij zal gaan volgen als dit lang genoeg duurt. Democraten zijn makke schapen maar hoe lang zullen ze toestaan dat de Republikeinen de enigen zijn die liegen en bedriegen?

Terug naar de democratie in Zuid-Korea. Wat mij opviel was dat de VS rap een verklaring uitbracht dat Zuid-Korea onveranderd een bondgenoot was. Wat mij vooral opviel was dat er geen verklaring kwam die de staatsgreep veroordeelde en opriep om terug te keren naar de democratie. Ik vermoed dat veel Zuid-Koreanen ook goede nota hebben genomen van de leegte van de Amerikaanse steun.

Wat heb je aan Amerika als je een democratie wilt redden? Chili vond het al uit in 1973 en de voorbeelden van Amerikaanse verraad zijn te talrijk om op te sommen. In 2014 mocht Egypte nog de volgende dictator verwelkomen, generaal El-Sisi, rap omarmd door president Obama. Sindsdien is het rustig in dat land waar journalisten en critici in het gevang belanden maar waar Nederlandse vakantiegangers graag een rondje woestijngolf spelen.

De impact van de ontwikkelingen in Zuid-Korea zal enorm zijn, nu nog onzichtbaar. De reactie van de VS was veelzeggend.

Get real. Die gratieverlening is de nieuwsaandacht niet waard.

Biden heeft Hunter, zijn domme zoon, nergens goed voor, gratie gegeven voor wat hij de afgelopen tien jaar ook maar mag hebben gedaan. Niemand hoeft verbaasd te zijn. Reagan, Bush, Carter, kleine Bush en eerder Trump deden hetzelfde. President Obama, een vrijwel schandaalvrije regeringsperiode, had niet voldoende criminele vrienden om wild te gaan.

Biden loog erover. Natuurlijk deed hij dat. Hij had de vraag kunnen ontlopen maar durfde dat niet en zei dus dat hij zeker geen gratie zou verlenen. In het grote geheel van de dingen zijn noch de gratie noch de leugen grote dingen. En Biden die een verkeerde keuze maakt? Tja, als de geschiedenis wordt geschreven al hij er niet al te goed vanaf komen.

Alle opwinding dat dit Trump de gelegenheid zou geven om de hele 6 januari bende en dan nog een stel van zijn vrienden gratie te verlenen lijkt me overbodig. Trump doet wat hij doet, never mind moraal of rechtsstaat. Daar verandert Bidens actie niets aan.

Ja, natuurlijk was de Biden vervolging net zo politiek als die van Trump in New York en zou iemand anders met een waarschuwing zijn weggekomen – dat geldt voor beide proleten. Maar laten we het beestje ook bij de naam noemen: Hunter Biden was een sleazeball die de naam van zijn vader gebruikte om flink veel geld te verdienen. De leugen bij het aanvragen van een wapenvergunning en het niet betalen van belasting waren klein bier. 

Nu de hele familie Trump (en aangetrouwde familie) in overheidsposities verkeert (of zich verrijkt via indirecte posities, zie Trump Jr. en Jared Kushner met zijn Arabische investeerders) is het wel heel nutteloos, en bovendien schijnheilig, om de de Democraten te verwijten dat ze hetzelfde doen als de Republikeinen. 

Deden ze dat maar. Dan zouden ze niet zo vaak verkiezingen verliezen door Roomser dan de Paus te zijn. Maar daarover later.

Vooralsnog kan ik alleen maar vaststellen dat Nederland wel een heel armzalig nieuwsland is als deze gratieverlening de ouwehoerprogramma’s beheerst – en daar lijkt het op. 

De deels outsider: inzicht in moderne (succesvolle) populisten.

Janan Ganesh is een weekendcolumnist van de Financial Times. Iemand die je aan het denken zet. Meestal. Zijn Citizen of Nowher- column van zaterdag had als thema ‘the partial outsider’. Ik wil u de essentie ervan niet onthouden.

Hij begint met een observatie over een tentoonstelling in de Royal Academy met tekeningen van Michelangelo, Leonardo en Raphael, allemaal gedeeltelijk outsiders in Rome, en hoe dat hun genie verklaart. Juist die positie, bedenkt hij, gaf de kunstenaar een originele visie en een zeker ongeduld met de gevestigde orde.

Hij vervolgt: ‘De optimale positie in het leven is die van deels outsider. Dat wil zeggen, iemand gehandicapt genoeg in een gegeven milieu verkeert om de dingen te zien die anderen missen, maar er niet zo vervreemd van is dat hij of zij niet in staat is om met het systeem te werken. Niet alle deels outsiders laten iets na, maar een disproportioneel deel van van hen die wel iets nalaten kwalificeert als deels outsider.’ Okay, laat dat even tot u doordringen.

Wat voegt deze observatie toe aan ons inzicht in de persoon Donald Trump? Hij is een product van New York maar niet van Manhattan. Stedelijk maar niet goedgemanierd op de ons-kent-ons-manier. Rijk, maar via de bouw en niet via de financiële wereld. Opgegroeid niet ver van de elite, dichtbij genoeg om hun zwakke punten te zien, en ver genoeg ervandaan om te blijven plukken aan het litteken van ressentiment tegen ondergane minachting.

Ganesh dacht ooit dat de ondergang van het moderne populisme zou liggen in het feit dat hun leiders rijke hypocrieten waren. Nu realiseert hij zich dat een authentieke Hadjememaar, een echte boer Koekkoek, nooit zover zouden komen dat ze het establishment in stelling brachten tegen zichzelf. Wie wel wisten hoe ze dat moeten doen: Boris Johnson, Nigel Farage en Marie LePen. Allen hoogopgeleid, deel van de elite, afkomstig uit de hoofdstad maar hun populisme zich richtend tegen de elite daar. Zie ook Trump.

Die hoofdstad-gebondenheid spreekt haast voor zich, zegt Ganash, want iemand van buiten zou daar niet eens aan toekomen. Inderdaad: ‘Het vergt de onwaarschijnlijke kwaliteiten van een Napoleon of een Lincoln om de citadel binnen te dringen, helemaal van buitenuit.’ Elon Musk en Peter Thiel, buitenlanders die al lang deel zijn van de elite, zijn andere voorbeelden van de kracht van een deels outsider.

Er is wat je noemt een ‘optimale mate van outsider zijn’. ‘Je wilt de wereld zien vanuit een hoek van pak weg 45 graden’. Meer dan dat levert een leven van spanning op. Minder, het risico van irrelevantie. Ganash zet David Cameron in deze laatste hoek, net als Eden en in Amerika de oude Bush. Mensen die klaargestoomd werden voor greatness en de benodigde elementen ervoor hadden, maar die simpelweg te gemakkelijk op hun plek zaten in de elite. Ze hadden niet de capaciteit om op te schudden. ‘Behalve origineel denken heeft de deels outsider een soort dierlijk instinct dat voor hoge ambten van onschatbare waarde is.’

Ganash’ inzicht vind ik behulpzaam om Trump te plaatsen. De gekwetste underdog die zich richt tegen de elite die altijd op hem neerkeek is een historisch fenomeen. Populisten hebben die gekwetstheid gemeen, ontlenen er energie aan en inzichten in hoe ze kunnen stangen, opjagen en macht verwerven via de onderbuik. Onze eigen haatzaaier, een jongen met Indische wortels uit katholiek Venlo, dubbel regionaal, uit de partij gezet en geminacht, heeft wel iets van het patroon. Gefrustreerd amok maken met geen ander doel dan schenen te schoppen. De deels outsider: een concept waar zijn toekomstige biograaf iets mee kan.

De rechtse woke golf.

Het is iets dat me al langer bezighoudt. De woke houding van rechts, dat wil zeggen dat je bepaalde dingen niet mag zeggen van de zegslieden aan die kant, voorop de foute krant. Je mag niet zeggen dat Wilders een haatzaaier is, of bewindslieden grove opinies ventileren.

De foute krant liet zich van zijn bekende kant zien toen twee kamerleden opstapten. Het beeld hieronder spreekt voor zich en het is er een van velen. Van sommige van mijn lezers mag ik deze krant niet fout noemen. Tja.

Terzijde, deze de Winther, zat, zo begrijp ik, bij Jinek om te ‘analyseren’. Zijn geschriften laten zien dat hij geen analyseerder is maar een opiniemaker. Hoe kan zo iemand bij de publieke omroep als ‘deskundige’ gevraagd worden? Is alles nu WNL geworden, de Telegraaf omroep?

Je mag ook beledigende, groepsidentificerende en vergiftige VVD en PVV bewindslieden niet aanspreken op wat ze zeggen (en laten we ons niet afleiden door de vraag of dat racisme is of niet). Je mag wel schelden en persoonlijke aanvallen uitvoeren. Die superluie columnist van de foute krant haalde van de week weer Halsema van stal – kon niets anders bedenken.

In mijn idee dat woke nu van rechts komt, wordt ik gesteund door een van de betere conservatieve columnisten, David French. Hij houdt de scheldpartijen van Trump tegen het licht van woke en cancelcultuur en constateert dat Trump de grootste praktiseerder ervan is. Op de voet gevolgd door onze eigen rechtse mediamakers. Opinion | The Greatest Cancel Culture Warrior in America Is Donald Trump – The New York Times

 

 

 

Kijk niet naar de seksschandalen. We zijn post me-too. Kijk naar de incompetentie.

Ik had er nog niet aan gedacht, maar Edward Luce van de Financial Times verwees terecht naar een historische parallel voor de ontwikkelingen in de VS van Donald Trump. ‘It’s time to study Caligula’, zo opende hij zijn column vandaag. Inderdaad, de keizer die zijn paard tot senator benoemde en door het onmantelen van de staatsstructuren krachtig bijdroeg aan de ondergang van het Romeinse imperium. Op dezelfde opiniepagina ontmantelt Martin Wolf het economisch beleid dat Trump voorstelt, maar dat terzijde.

Trump is uit op de vernietiging van de Amerikaanse staatsstructuur, precies waartoe zijn criminele adviseur Steve Bannon in 2016 opriep. Het voldoet niet meer te roepen dat Trump in zijn eerste termijn harder blafte dan hij handelde. Door zijn Big Lie en alle leugens daarna, inclusief dat 6 januari een onschuldig schoolreisje was van white supremacy activisten en zijn incompetentie en leugens over corona en de wetenschap, heeft hij niet alleen de staat maar ook het democratisch sentiment, de voorwaarde voor een democratisch bestuur, ondermijnd.

Er is al genoeg gezegd over Trumps voordrachten, maar wat mij opvalt is dat van de vier omstreden lieden, er drie enkel over hun seksuele escapades worden aangevallen, althans beoordeeld door de ruggegraatloze senatoren: Gaetz, Hegseth en de zelfverklaarde seksverslaafde Kennedy (zie het New Yorker portret). Gabbard is enkel een aanhanger van een bizarre sekte, een liefhebber van Syrië’s Sadat en Poetinfan. 

Het zou jammer zijn als de hoorzittingen zich enkel op deze misdragingen zouden concentreren. In het Trumptijdperk – mogen we het post-me-too gaan noemen? – zijn die niet echt meer relevant voor de Trumpies. Uiteindelijk is de man zelf veroordeeld voor aanranding en weten we van talloze misdragingen. 

Nee, het zou moeten gaan over de kwalificaties van deze mensen voor de baan waarvoor ze gehoord worden door de senatoren (als we aan hoorzittingen toekomen, want de controlerende arm van het staatsbestuur zou graag de hele zaak in Trumps schoot dumpen en hem zijn recess appointments toestaan). We zagen het wel degelijk in de eerste termijn al: het benoemen van mensen als leider van een instituut waarvan ze de missie en opdracht bestreden. Ook de misdragingen zijn niets nieuws. Een flink aantal van Trumps benoemingen moest aftreden omdat ze overheidsgeld misbruikten.

Maar de meest succesvolle ondermijners waren wel degelijk al begonnen met het sloopwerk. Het milieubureau raakte wetenschappers kwijt, de national park service werd gestald ergens midden in het land, de werknemers de keuze gevend mee te verhuizen of ontslag te nemen. Deze keer gaat Trump er vol in.

Of deze vier lieden worden benoemd of niet maakt niet zoveel uit. Matt Gaetz mag een sleazeball zijn, achter hem staan drie van Trumps advocaten klaar om Justitie over te nemen. De wraakagenda hangt niet af van Gaetz. Het enige wat Trump wilde was schofferen, laten zien dat hij kan doen wat hij doet. Er zijn nog paarden te over om te benoemen op belangrijke functies van het staatsapparaat.

Ik blijf denken dat hij zijn hand overspeelt, maar dat wil niet zeggen dat hij niet enorme schade aan kan richten. 

Kan Trump overschakelen van schelden en tieren naar vertrouwenwekkende taal die een president past?

Ik ben benieuwd naar de publieke uitingen van Donald Trump staks als president. Niet als president-elect, zoals we nu zien, dat is nog niet het echte werk. Een president moet over zijn schaduw heenspringen en een vorm van eenheid bieden. Toegegeven, hij liet van die vaardigheid niets zien in zijn eerste termijn. Sterker, in in zijn eerste inaugurele rede en de meteen daarna opwellende confrontaties met de werkelijkheid en Trumps alternative reality, liet hij zien die vaardigheid niet te beheersen.

Ik ben benieuwd of hij deze keer de overgang wel kan maken. Kan hij overstappen van verkiezingsbijeenkomsten waar hij naar hartelust kon beledigen, schelden, liegen en uitdagen, en eindeloos door kon babbelen naar een meer bij een president passende stijl? In die context moest ik denken aan de manier waarop Franklin Roosevelt in 1933 het vertrouwen gaf dat zijn presidentschap er was voor alle Amerikanen. Hij deed dat allereerst in een van de historische inaugurele redes (die zijn er niet zoveel, meestal is het niet erg opwindend) waarin hij de burgers voorhield dat het enige waar ze bang voor moesten zijn ‘de angst zelf was’.

De toespraak werd beluisterd door tientallen miljoenen Amerikanen die er meteen nieuw vertrouwen uithaalden. Dat was ook wel nodig ook want alle banken waren inmiddels gesloten, de beurs gecrashed en gesloten, de werkeloosheid was gigantisch en het land leek op instorten te staan. In een tijd dat een president zijn eigen sociale media heeft en het grootste netwerk voor communicatie gepolitiseerd is door een infantiele entrepreneur, lijkt het marginaal om radio te zien als dominant medium. FDR realiseerde zich echter dat radio de enige manier was om mensen direct te bereiken.

De inaugurele rede had al meer mensen dan ooit bereikt dankzij het nieuwe medium, FDR was de eerste president die de mogelijkheden van radio zag. Warren Harding had in 1923 in St. Louis voor het eerst voor de radio gesproken – op weg naar zijn ontijdige dood in San Francisco later op die reis –, Herbert Hoover was als minister van Economische Zaken goed ingevoerd in de door hem gestimuleerde en georganiseerde radio-industrie maar kon er zelf niet mee overweg.

Een week na de inauguratie hield Roosevelt op zondag 13 maart zijn eerste fireside chat, een praatje bij de haard. In dit stadium was er nog geen sprake van een complex aan wetgeving dat we later de New Deal zouden gaan noemen. Het enige doel was de burger weer vertrouwen te geven in het financiële systeem, zodat de banken veilig geopend konden worden (zonder verdere bank runs om je geld eraf te halen) en het economisch leven weer normaal kon functioneren. Die week zonder banken en zonder de mogelijkheid om cash op te nemen waren voor iedereen, van rijk tot arm, problematisch geweest. Roosevelt wist dat het herstel van vertrouwen cruciaal was en daarvoor was nodig dat hij uitlegde wat er precies aan de hand was.

Het oval office was behangen met extra gordijnen om de akoestiek te verbeteren, er waren maatregelen genomen om het ratelen van de filmcamera’s te beperken en de toespraak was getypt op speciaal papier dat niet zou ritselen als hij van pagina naar pagina ging. Roosevelt had geoefend, geschreven en herschreven, komma’s gezet en verplaatst, om de nadruk te leggen waar hij vond dat dat nodig was. Hij had een valse tand die hij naast zijn bed bewaarde ingedaan om een fluitend geluid door het ontbreken van een ondertand te voorkomen. Hij bleek perfect in staat honderd woorden per minuut uit te spreken, onderwijl te versnellen of te vertragen als de tekst dat vergde, en precies binnen de tijd te blijven.

Roosevelt adresseerde zijn gehoor opende met ‘My friends’ en wist zo meteen een sfeer van gezelligheid en eerlijkheid creeëren. Het klonk oprecht, het was oprecht. Presidenten gingen later ‘my fellow Americans’ gebruiken, wat niet die lichte toets heeft van een eerlijke conversatie, al wist Ronald Reagan met zijn acteervaardigheden in de buurt te komen.

Praat maar eens gemakkelijk over het bankwezen. Roosevelt deed het. Hij zei geïnspireerd te zijn geweest bij het schrijven van zijn radiopraatje door het zien van een arbeider die de tribunes van de inaugurele parade afbrak. ‘Ik probeerde een toespraak te maken die deze arbeider kon begrijpen’, zei FDR tegen Louis Howe. ‘Ik richtte de toespraak tot hem’.

Roosevelt realiseerde zich dat je via de radio een sfeer van de huiskamer kon bereiken die met een redevoering voor publiek of een campagne bijeenkomst niet mogelijk was. Veel politici, tot op de dag van vandaag, behandelen een microfoon als een middel om hun oratische vorm te benadrukken, maar slagen er niet in de benodigde sfeer te bereiken. Er wordt gezegd dat koningin Victoria eens boos tegen premier Gladstone uitviel: kon hij ophouden tegen haar te praten als of hij een grote zaal toesprak.

Die eerste radiorede was een wonder van helderheid. ‘Hij maakte het begrijpelijk voor iedereen, zelfs voor bankiers’, zei de komiek Will Rogers. FDR slaagde erin een college bankieren voor beginners te geven zonder patroniserend te klinken. Hij legde uit hoe de banken weer zouden opengaan, dat de volgende dag, 13 maart, sommige banken dat al zouden doen in de steden waar de Federal Reserve aanwezig was en dat de rest van het land zou volgen. De president verzekerde toehoorders dat het veiliger was je geld onder te brengen in een heropende bank dan onder je matras. Geld verbergen was eigenlijk niet helemaal kosher, zei hij niet met zoveel woorden. Het ging allemaal om vertrouwen, hetzelfde thema als in de inaugurele rede.

Zestig miljoen mensen luisterden naar de eerste fireside chat en de reactie was direct zichtbaar. De volgende dag schreven kranten over lange rijen voor de heropende banken met mensen die hun geld toch liever daar onderbrachten – en dit was nog voordat er was besloten over de garantie voor banktegoeden. Dezelfde mensen die twee weken tevoren alle moed hadden verloren stonden nu geduldig in de rij.

De fireside chats – 27 in totaal in twaalf jaar, FDR wist dat je een goed middel niet moest overgebruiken – waren cruciaal voor zijn succes. Ze schiepen een band met de gewone Amerikaan maar vooral gebruikte hij ze om gewoon uit te leggen wat er aan de hand was en wat hij eraan zou doen. Hoewel vaak wordt gezegd dat de president een ‘bully pulpit’ heeft, een preekstoel, om zijn verhaal te doen, gebeurt het veel te weinig.

Een van de betere communicatoren, Bill Clinton, realiseerde zich halverwege zijn eerste termijn dat hij veel te formeel was gaan klinken. ‘We moesten directer zijn – tegen mensen praten op een manier die ze begrijpen. Ik sneed door de retoriek van speechwriters en wilde gewoon met hen praten’. Het lukte maar beperkt. Zelfs een begenadigd spreker als Barack Obama kon geen duidelijk verhaal houden over Obamacare.

President Biden was er misschien mentaal niet meer toe in staat, maar een reden voor zijn lage populariteit was dat hij niet uitlegde wat voor goede werken hij had verricht. Het valt te betogen – en ik ga dat nog meer doen in de naweeën van deze verkiezingen – dat zijn falen in het verkopen van succesvol beleid de reden was voor het drama van 5 november 2024.

Een onderbuikvolgende Trump deed dat tijdens zijn eerste termijn veel beter. Hij zorgde ervoor dat de cheques die burgers kregen in de eerste fase van de coronacrisis zijn handtekening hadden, een gebaar dat Roosevelt herkend zou hebben. Hij claimde krediet voor alles wat goed ging en al deed hij het niet altijd in termen die de gewone burger kon volgen, ze waardeerden zijn strijdbaarheid en woede over alles wat mislukte, inclusief zijn behoefte alle mislukkingen aan anderen te wijten.

Wat mij nu zo intrigeert is de vraag of deze Trump, nu hij revanche heeft gehaald voor aangedane en vermeende vernederingen, in staat is een toon aan te slaan die niet uiteenjaagt maar verbindt. Ik moet zeggen dat ik het moeilijk vind me dat voor te stellen. Hij zal zich moeten losmaken van juichend publiek, moeten afzien van het soort van taal dat voor hem gewoon is geworden maar mensen afstoot als een president ermee komt.

Het vergt misschien meer dan je van een straatvechter kunt verwachten. Er is ook (nog) geen sprake van een crisis. Als Trumps voorstellen voor benoemingen een indicatie zijn dan heeft hij geen zin en ook geen behoefte om te stoppen met campagne voeren. Als ik zeg dat dit een gemiste kans is om een succesvol presidentschap te beginnen dan komt dat niet voort uit vooringenomenheid (al zou ik liever een verbindend presidentschap zien) maar uit ervaring met tien jaar Trump. De oude man die hij inmiddels is, zal net zomin als Biden dat was, in staat zijn scherp en inventief te reageren op de wereld die hem wacht.

Mond houden en wonden likken. Het is nog veel te vroeg voor een nieuw Democratisch beleid.

In een tweepartijensysteem gaat de verliezer altijd bij zichzelf te rade om te kijken wat er mis ging, waarom er werd verloren en hoe het anders moet. De Democraten deden het in 1984 toen Mondale door Reagan werd ingemaakt, in 1988 toen Dukakis verloor en, heel beperkt, nadat Hillary Clinton in 2016 de pas was afgesneden. De Republikeinen deden een veelbesproken zelfanalyse nadat Mitt Romney in 2012, voor hemzelf en de Republikeinen geheel onverwacht, verloor.

Nu buitelen Democraten over elkaar om te kijken hoe het verder moet. De Bernie Sanders vleugel roept dat het naar links moet, om de arbeiders terug te halen. De middenvleugel denkt dat Harris verloor omdat de partij juist te linkse standpunten innam en dat de partij dus naar rechts, naar het midden, moet opschuiven.

Ik zou zeggen dat ze allemaal even moeten gaan zitten, diep inademen en rustig uitademen, voordat ze te hoop lopen in ondoordachte en ongerechtvaardigde flauwekul. Neem er de tijd voor. De redenen zijn evident.

Ten eerste. We weten niet helemaal zeker waarom Harris verloor. Ik kan en heb al gekeken naar wat er fout ging in haar campagne, waarom Joe Biden, nu in de geschiedenisboeken gedoemd tot de rol van mislukt president  – welverdiend, wat mij betreft, de kwaaie pier moet zijn. Waarom niemand erin slaagde een programmatisch beeld neer te zetten. Waarom abortus en LHBT geneuzel alleen maar averechts werkte.

We lijken het allemaal al te weten (ik ook) maar het is nog lang niet duidelijk. Wat voor mij wel helder is, is dat dit een unieke verkiezingsstrijd was waarin het fenomeen Donald Trump feitelijk niet te verslaan was. Ik zeg dit met de spreekwoordelijke wijsheid achteraf.

Kudo’s aan Trump en zijn sekte maar het betekent ook dat we niet al te veel consequenties moeten verbinden aan het verlies tegen een uniek persoon. Miljoenen kiezers stonden nergens voor open. Ze holden achter een man aan die ze, om wat voor redenen dan ook, of zonder redenen, bewonderden. Het was nou niet zo dat de kiezers een agenda omarmden. Ze omarmden een probleemstelling die ik de drie i’s heb genoemd: inflatie, immigratie en irritatie. En Trump buitte die genadeloos uit. Hij legde het probleem duidelijk neer.

De kiezers kregen niet de kans om over beleid te stemmen omdat beleid niet aan de orde was – zelfs niet dat wat de regering-Biden als succes kon claimen. Kinderarmoede daalde, de economie draaide goed, de inflatie was bedwongen, de post corona crisis was kort. Heeft u Harris erover gehoord? Of Biden? De laatste was te stuntelig geworden om persconferenties te kunnen houden, laat staan campagne voeren om zijn successen uit te venten. Harris’ campagne was te knullig om het uit te buiten. Het gaat mij te ver om op basis van de belabberde prestaties van Harris en Biden de Democratische agenda overboord te zetten. En de Sanders-AOC agenda is te links om serieus te omarmen. Er moet een inclusiever verhaal verteld worden. Er moet over worden nagedacht.

Maar een tweede reden om Democratisch kruit droog te houden is dat we eerst maar eens even moeten afwachten in hoeverre deze Republikeinen zichzelf buitenspel zetten. Laat Trump maar eens regeren. De eerste tekenen wijzen erop dat hij en zijn paladijnen de verkiezing maximalistisch interpreteren. Maar ik heb niet gezien dat de kiezers de ontmanteling van de rechtsstaat willen, de vernietiging van de volksgezondheid of een amateur op nationale defensie willen. Laat hem maar even schuiven.

Als Trump succes heeft, dan is herijking voorlopig niet nodig. Dan kunnen de Democraten nog jaren hun knopen tellen en bedenken hoe ze de Republikeinen van Vance – moralistische, pro-familie en geloofsverdwaasde lieden – kunnen aanpakken. Misschien moeten ze daadwerkelijk concluderen dat Amerika zo conservatief is als het nu lijkt en misschien is JD Vance de toekomst. Misschien hebben Amerikanen dan de ongrondwettelijke activiteiten van Trump geaccepteerd en praten we over een ander land. All bets are off.

Maar de kans dat Trump en zijn bende hun hand overspelen is aanzienlijk. Ik zou zeggen, geef het minstens een jaar om zich te laten ontrollen. De eerste tekenen van overreach zijn duidelijk. De wraakagenda is niet waar de kiezers voor gestemd hebben, althans niet die persoonlijke wraak die ervoor zorgt dat een incompetente freak als Matt Gaerz is voorgedragen voor Justitie en die drie advocaten uit Trumps team op de volgende drie posities in Justitie neerzet. 

De destructieagenda van Pete Hegseth, Tulsi Gabbard en Robert Kennedy is niet waar de kiezers voor gestemd hebben. Je zou kunnen zeggen dat de testeron-afdeling van de Trumpies voor Elon Musk heeft gestemd om zijn zakken te vullen en de overheid voor eigen gebruik in te richten, maar ik denk dat ze er niet blij van zullen worden. Wall Street moet zijn beloning nog krijgen met een rijkaard op Financiën en anti-reguleringstypes op de regulering van het bankwezen.

Met alle liefde ga ik me het komende jaar buigen over wat wel een aantrekkelijke Democratische agenda zou kunnen zijn, passend bij het soort van kandidaten dat zich aan gaat dienen. Daarvoor is het ook nog vroeg dag maar we hebben het over gouverneurs en bedachtzame senatoren en oud-ministers, niet het soort lui dat een radicaal linkse agenda gaat willen promoten.

Maar doe er voorlopig even het zwijgen toe. Je wonden likken doe je in stilte. Je zoekt heling op en komt sterker, want wijzer, dan tevoren terug. Dus Sanders: mond houden. Dus middentypes die a la de Clintons in de jaren negentig de partij willen overnemen en kleurloos willen maken: mond houden.

Het is nog veel te vroeg om met een nieuwe Democratische agenda te komen. 

Trumps spel wordt duidelijk.

En toen waren er vier. Vier voorgestelde benoemingen van de psycho kunnen de toets der kritiek – niet de politieke toets maar de inhoudelijke en ethische – niet doorstaan.

Matt Gaetz op Justitie, Tulsi Gabbard op Intelligence, Pete Hegseth of Defensie en Robert Kennedy Jr op Volksgezondheid zijn ongeschikt.

Gaat de Senaat vier voorgestelde benoemingen afwijzen? Natuurlijk niet. Dit zijn de senatoren die Trump lieten wegkomen met 6 januari. Ze zullen er een, misschien twee laten struikelen, waarbij Kennedy de meest waarschijnlijke variant lijkt en Gaetz de andere.

Een goede dag voor de even ongeschikte Pete Hegseth om het gigadepartement van Defensie te gaan leiden.

Gaetz kan worden opgeofferd, want kijk naar wie Trump heeft voorgesteld voor de rest van het Ministerie van Justitie: zijn advocatenteam dat hem in de Stormy Daniels zaak heeft verdedigd. Hun opdracht: de psycho’s persoonlijke juridische team te zijn. Sinds JFK zijn broer benoemde op Justitie heeft geen enkele president zo openlijk het ministerie aangewezen als zijn persoonlijke juristen.

Gaetz weg, de advocaten rukken op. 

Doug Burgum op Binnenlandse Zaken komt neer op het overdragen van de federale gronden aan de fossiele industrie. Overal mag en zal geboord worden. 

De paar struikelgevallen zullen snel gladgestreken worden door de behulpzame Republikeinen in het Congres en Trump zal met Hegseth en Gabbard toch zijn mensen binnengehaald hebben. En toch in staat zijn de rechtsstaat af te breken en achter zijn politieke vijanden aan te gaan.

Het klinkt wanhopig en dat is het: we moeten vertrouwen op het Supreme Court en op federale rechters – nu vaak Republikeinen – om de basis van de rechtsstaat te behouden. Be ready to be schred.

Trumps ridicule minister van Justitie: powerplay of overplaying his hand?

Morgen in de Standaard:

Een regering van rijkaards, hielenlikkende bekeerlingen en trouwe loyalisten. En een paar provocateurs. Donald Trump laat er geen gras over groeien. De lawine aan voorgestelde benoemingen die de president-elect over Washington heeft uitgestort geeft een gemengd beeld. Ze passen bij zijn overwinning, maar variëren van indicatief voor beleid tot verrassend, van twijfelachtig tot gevaarlijk.

Het eerste geldt voor voorgestelde minister van Buitenlandse Zaken, Marco Rubio. De senator is deskundig, een China-criticus van het eerste uur. Een hardliner maar niet iemand die, zoals sommige Trump-adepten, het communistische partijregime ten val wil brengen. Bij de NAVO halen ze opgelucht adem. Ook de rest van het buitenlands politieke team past bij een gematigd agressieve houding, kritisch over bondgenoten maar geen rauwdouwers. Noem het maar realistisch America First.

Dat anti-immigratie ideologen Trumps deportatieplannen mogen opzetten en uitvoeren, is natuurlijk geen verrassing. Ze zijn allen trouwe Trump-loyalisten en gegeven de wens van de kiezers, zullen ze behoorlijk wat beleidsruimte hebben.

Curieus en kwestieus is de voorgestelde minister van Defensie, Pete Hegseth, een Fox-nieuws opiniërende presentator. Hegseth is veteraan maar heeft geen ervaring in het leiden van een gigantische bureaucratie. Inhoudelijk brengt hij weinig meer mee dan een afkeer van vrouwen in het leger. Zonder eigen gezag moet Hegseth Trumps wens uitvoeren om een heel roedel hoogste militairen te ontslaan.

Op het eerste gezicht lijkt de voordracht van Tulsi Gabbard, voormalig Democrate en nu Trump-groupie, voor hoofd van het nationale inlichtingenapparaat bizar. En ook op het tweede gezicht. Ze heeft niet de ervaring en het gewicht voor de post en staat bekend als een fan van Poetin. De enige kwalificatie is dat Trump haar wil. De voordracht van Mike Huckabee, een evangelische hardliner en propagandist voor annexatie van de bezette gebieden, als ambassadeur in Israël ondermijnt Trumps kans om een serieuze rol in het Midden Oosten te spelen.

Ronduit ridicuul is de voordracht van afgevaardigde Matt Gaetz voor minister van Justitie. Gaetz is een politieke pyromaan, het voorwerp van ethische en strafrechtelijke onderzoeken. Hij heeft geen juridische ervaring. Maar hij voldoet aan Trumps eis dat de minister van Justitie, die de opdracht heeft zowel de rechtsstaat te beschermen als de president te adviseren, vooral naar zijn pijpen danst.

Trumps agenda van wraak op politieke opponenten had gemakkelijk opgeborgen kunnen worden, maar als een enthousiaste puppy springt Gaetz al op en neer om die uit te voeren. Wie er nog van overtuigd moet worden dat de veelbezongen ‘guard rails’ van het Amerikaanse politieke systeem niet meer werken, wordt op zijn wenken bediend als deze idioot (er is geen ander woord voor) ‘s lands hoogste gerechtelijke dienaar wordt.

In de categorie rijkaards valt de ceremoniële benoeming van Elon Musk en Vivek Ramaswamy tot saneerders van de federale overheid. Ze krijgen geen echte overheidspositie, want ze zijn bij voorbaat al gecompromitteerd door de contracten die hun bedrijven met de overheid hebben. Hoe serieus hun missie is, en hoe lang ze in Trumps omgeving kunnen blijven zonder diens kwetsbare ego te schenden, staat te bezien. Voor het ministerie van Financiën lopen Wall Street-rijkaards zich warm. Bankiers zien al uit naar minder regulering en lagere financiële vereisten, alsof 2008 nooit plaats had. Niet direct waar de kiezers om vroegen.

Al brengen sommige van de voorgedragen personen kennis, ervaring of gezond verstand mee, die kwaliteiten zijn geen vereisten voor een baan in de regering-Trump. Alles draait om loyaliteit. De geschiedenis toont dat de meest succesvolle presidenten verschillende visies binnen hun regering haalden met de opdracht hen dan maar te overtuigen. Washington deed het, FDR was er een meester in. Het klassieke voorbeeld is Abraham Lincoln die zijn politieke tegenstanders aan boord haalde en zich daarmee verzekerde van serieuze discussies – en steun voor genomen beslissingen. We kennen deze situatie als het ‘Team of Rivals’ en Lincoln als Amerika’s beste president. En Richard Nixon, omringd door loyalisten, was niet voor niets een van de slechtere. Joe Biden had beter advies verdient over zijn kandidatuur maar werd niet geholpen door zijn directe omgeving die zijn conditie verborg.

Je kunt je afvragen waarom Trump zoveel haast heeft. Hij handelt sneller dan nodig. Het lijkt me een voorwaartse strategie om iedereen in te peperen dat de regering-Biden exit is en, ook al is hij nog niet geïnaugureerd, Donald Trump nu de scepter zwaait. Vandaar zijn verlangen dat de Republikeinse Senaat zijn voorgedragen benoemingen maar vast goedkeurt, zonder de normale hoorzittingen die deel zijn van de checks and balances. Het is typische bullebakkerij, een political powerplay. Als het hem lukt, heeft hij de senatoren al meteen in hun hok geduwd. Lukt het niet dan heeft hij een probleem.

Deze voordrachten geven aan dat Trump vastbesloten is zijn verkiezingsretoriek om te zetten in daden. Vanzelfsprekend, zult u zeggen, maar regeren is ander koek dan campagne voeren. Trump had de keuze om over zijn grove en verdelende campagne heen te stappen door een competente, zij het ideologisch gekleurde regering samen te stellen en zijn obsessies terzijde te schuiven. Het lijkt erop dat hij liever doorgaat met provoceren en verdelen.

Daar komen ongelukken van. Ongelukken in de vorm van personele botsingen, misdragingen en simpelweg incompetentie. Ongelukken in de vorm van foute beleidsbeslissingen. Het is misschien wat gewaagd en wat vroeg om te zeggen, maar Trump lijkt de goodwill die hij dankt aan een onwaarschijnlijke overwinning, nu al de waagschaal te stellen. Hij gaat all in en hij kon wel eens van een koude kermis thuiskomen.

Het lijkt me onwaarschijnlijk dat Hegseth, Gabbard en Gaetz alle drie door de Senaat zullen worden geaccepteerd. De benoeming van Gaetz lijkt kansloos, zelfs met deze groep ruggengraatloze senatoren. Wellicht is het een plot om Hegseth te helpen door de Senaat de kans te geven stoom af te blazen met het torpederen van Gaetz en Gabbard. Maar als dat de strategie is, wat is het nut? Waarom nodeloos de confrontatie opzoeken die een geheide nederlaag oplevert? Hoe je het ook wendt of keert, een afgewezen of teruggetrokken kandidaat levert schade op.

Trump heeft een buitengewone kans zijn stempel te drukken. De kwaliteiten die hem de overwinning opleverden, een strijdlustige, take no prisoners-houding, zijn echter niet de kwaliteiten waarmee je een succesvol president wordt. De eerste tekenen wijzen erop dat Trump de overgang niet heeft kunnen maken.

De Republikeinen vinden hun heilige graal: de afschaffing van de New Deal overheid.

De altijd scherpe publicist H.L. Mencken (1880-1956) wordt weer veel aangehaald dezer dagen. Hij was altijd bijtend over de onkunde en domheid van de kiezers, over het resultaat van verkiezingen, over de meegaande zelfzucht van politici. In zijn dagen was het doelwit de arme Warren Harding, die inderdaad presideerde over een corrupte regering. Harding zat er beteuterd en later dood bij. De kiezers kregen wat ze wilden.

In de woorden van Mencken: ‘Democracy is the theory that the common people know what they want, and deserve to get it good and hard.’ Ik sta sympathieker tegenover democratie dan Mencken maar ik ben het met hem eens dat kiezers de verantwoordelijkheid moeten nemen en aangewreven krijgen voor waar ze voor gekozen hebben.

En dus krijgt Amerika een regering van rijkaards, in extremis verbeeld door twee samenzweringsenthousiasten, Elon Musk en Vivek Ramaswamy. Deze multimiljardairs mogen namens hun rijke baas de Amerikaanse overheid gaan uitkleden. Ervaring nul, ideologische gedrevenheid hoog. Msuk heeft zich simpelwe ingekocht bij Trump.

Maar vooral: twee mannen die zelf miljardenopdrachten bij de overheid hebben lopen gaan die overheid finetunen. Laat ik er wat op inzetten: ze gaan niet hun eigen tentjes stroomlijnen. 

Geleidelijk aan wordt duidelijk dat Project 2025 gewoon gaat worden uitgevoerd. Dat Trump ook daarover loog, zoals hij over vrijwel alles loog. Tienduizenden ambtenaren worden ontslagen, sociaal beleid wordt uitgekleed, Obamacare ondermijnd of afgeschaft, milieubeleid ingeruild voor douceurtjes voor de fossiele industrie. Bankiers kunnen weer gaan doen wat ze willen (dat deden ze al in belangrijke mate, de straf van 2008 was laag, hun bonussen gaan volgens de FT vandaag dit jaar met 35 procent omhoog). Deskundigen en wetenschappers weggepest. Gezondheidsbeleid uitgekleed door Robert Kennedy.

Hier gebeurt iets historisch. Bijna honderd jaar lang was de heilige graal van de Republikeinse Partij de ontmanteling van de New Deal-overheid. In 1948 dwarsboomde Harry Truman de eerste poging, vanaf 1953 deed Dwight Eisenhower dat, de laatste eerlijke Republikein die president was. Eisenhower zag wat Amerika nodig had en weigerde de Republikeinen de sociale voorzieningen die Franklin Roosevelt had ingevoerd, te laten afschaffen. Ze waren er tientallen jaren boos over, Reagan was er nog een reflectie van, maar nu krijgen ze de kans. Met dank aan de kiezer die die overheid nodig heeft.

Ja, natuurlijk is de Amerikaanse overheid, zoals vrijwel alle overheden en menig groot bedrijf, een log apparaat. Niet alles is even effectief en doordacht. Veel oud hout kan worden gesprokkeld, al heeft vicepresident Al Gore dat tussen 1993 en 2001 al met minder ideologische en zakkenvullende bevlogendheid al gedaan. 

Musk en Ramaswamy krijgen een Department of Goverment Efficiency. Geen officieel ministerie want dat zou zelfs de meelopers in het Congres te dol worden: miljardairs die zichzelf officieel gaan controleren. Nee, het wordt een bureau op een lager niveau waar de jongens fijn kunnen spelen.

Het is een gebaar, maar niet een leeg gebaar. Ik heb zo mijn twijfels of hier serieus een betere en zelfs een kleinere overheid van komt. Al heel snel komen bezuinigers aan de eigen winkeltjes van Republikeinse politici. Zo valt er in de VS op het terrein van landbouw een hoop te verdienen door subsidies te verminderen. In het algemeen subsidies en voordeelregelingen voor ondernemingen, inclusief belachelijke belastingregels. Je kunt er heel wat schrappen.

Ik denk niet dat dit gaat gebeuren. Het ministerie van Defensie (nu geleid gaat worden door een Fox-anti-woke type met nul bureaucratische ervaring) heeft in alle vijftig staten een afdelinkje, een basis of een vliegveld, een bureau of een fabriekje, zodat de steun van afgevaardigden is verzekerd. Als beide heren daar in gaan hakken – ik zou het toejuichen. 

Maar het zou niet lang duren. Ik voorspel dat ze voor laaghangend fruit gaan, kwetsbare doelgroepen en dat ze binnen een half jaar heibel hebben met andere Trump-benoemingen en als ze te veel willen schijnen, met de narcist zelf.

Niettemin, er is hier sprake van een historische ontwikkeling. De Amerikaanse regering wordt overgenomen door het grootkapitaal. Niet gewoon, zoals we gewend zijn, dat de regering naar de pijpen danst van het grootkapitaal. Hier is sprake van het grootkapitaal dat de uitvoerende macht naar zijn wens hervormt. Het einde van de New Deal overheid. Een Poetiniaanse oligarchenclub wacht ons.

Mencken heeft in elk geval dit goed gezien: de kiezers krijgen waar hij en zij voor gestemd hebben. En ze krijgen het hard. En zwaar.