De Founding Fathers draaien zich om in hun graf

Het is nu Donald Trumps Amerika. Wat er ook gebeurt, goed of slecht, de president is verantwoordelijk. Niet langer kan hij alles afschuiven op Biden of ‘radicaal links’. Het is nu helemaal en allemaal van hem. Trump dwong zijn Republikeinse Partij, ooit voor een kleine overheid en tegen begrotingstekorten, het tegendeel daarvan te accepteren. De begrotingswet die vorige werk door de Republikeinen werd aangenomen mag lelijk en zwaarlijvig zijn, het is ontegenzeggelijk zíjn gedrocht. Hoe het ook uitpakt, dit is nu de realiteit. En laten we dan ook meteen onderkennen dat het presidentschap van Donald Trump historisch zal blijken. De gevolgen ervan zullen verreikend blijken.

Het geratel dat u hoort zijn de Founding Fathers die zich omdraaien in hun graf. Het delicate bouwwerk dat zij in de beginjaren van de republiek in elkaar zetten ligt in duigen. Voordat Trump de viering van het 250-jarig bestaan van de Verenigde Staten in 2026 kidnapt, is het goed om in herinnering te roepen dat het land otnstond in het verwerpen van een dictatoriale koning. De Founding Fathers zouden Trump herkennen voor wat hij is, iemand die zich de macht van een monarch toeëigent. Vergeet de scheiding der machten, vergeet de befaamde checks and balances.

De wetgevende macht, het Congres, maakt geen eigen wetten meer en, belangrijker nog, heeft zijn rol als controleur van de uitvoerende macht opgegeven. De weinigen die de afgelopen weken sceptisch durfden te zijn of zich uitspraken als tegenstanders van wat de president wenste, werden afgekocht of gaven zich over, geconfronteerd met Trumps dreiging hen te ondermijnen in hun anderszins veilige kiesdistricten. Geen verrassing, het Congres had immers al zijn plicht verzaakt door kritiekloos zijn benoemingen in de uitvoerende macht te accepteren. Trumps corrumpering van het ambt, de zelfverrijking van zijn hebzuchtige familie, gaat onbevraagd.

Ook de derde macht, het Supreme Court, verzaakt in de taak die de grondwet haar gaf en is akkoord gegaan met Trumps de facto machtsgreep. Het had al geoordeeld dat een president niet vervolgd kan worden voor wat hij ook maar doet bij de uitoefening van zijn ambt. Een vrijbrief precies voor wat Trump doet. Vorige maand oordeelde het dat federale rechters geen landelijk halt kunnen toeroepen aan een uitvoerend beleid waarvan ze vinden dat het een gerechtelijk oordeel nodig heeft. Trump kan doen wat hij wil, het is al uitgevoerd voordat er juridisch controle is. Opgepakte hispanics zitten al in de Amerikaanse Goelag voordat er een rechter aan te pas komt.

Vrijheid voor allen wordt bedreigd. Onder Trump is de anti-woke beweging verstrikt geraakt in zijn eigen rechtse idioterie. Radicaal rechts bepaalt nu wat politiek correct is en het is net zo irritant en dom als toen links dat deed. Praten over klimaat, diversiteit, ras of ongelijkheid is verboden. De nieuwe inquisitie onderzoekt elk programma op het gebruik van deze woorden en verbiedt programma’s waarin ze opduiken. Wetenschappelijk onderzoek wordt genadeloos opzij geschoven.

Bibliotheken moeten schoonmaak houden, ‘foute boeken’ verwijderen. Schepen en militaire bases krijgen nieuwe namen om aan de nieuwe orthodoxie te voldoen. Advocatenkantoren en universiteiten worden geïntimideerd, media bedreigd, onafhankelijke journalistiek bemoeilijkt. Zelden merkte je meer van een nieuwe wind in het land. Noem het een succes voor Trump. Veel zal moeilijk te repareren zijn.

De wet die deze week werd aangenomen bevestigt Trumps totale dominantie van de binnenlandse politiek. Buitenlands is de oogst minder florissant. Trumps opschepperij van vrede in één dag en geen nieuwe oorlogen is niet meer gebleken dan dat. Zijn claim dat de wereld nieuw respect heeft voor de Verenigde Staten is leeg. Het opzichtig slijmen van de Europese bondgenoten komt voort uit Europese zwakte, niet uit Amerikaanse kracht of respect voor de president. Trumps liefde voor autoritaire leiders die sluw inspelen op zijn narcistische onderbuikgevoelens schaadt het land en ondermijnt wat nog resteerde van Amerikaans moreel gezag. Het staat nog te bezien of Trumps transactionele instelling nieuwe Amerikaanse grootheid gaat opleveren of dat het een uitverkoop zal blijken. Maar gevolgen heeft het.

Daarom, laten we elkaar niet voor de gek houden: we moeten erkennen dat Donald Trump de geschiedenisboeken in zal gaan als een heel belangrijke president, dat wil zeggen als iemand die blijvende verandering tot stand bracht. De historici konden Trumps eerste termijn goeddeels negeren als zonder al te veel blijvende gevolgen. Trump bungelde onderaan de lijstjes. Dat zal anders zijn na deze termijn. Natuurlijk zal de 47ste president niet hoger worden ingeschaald dan Washington en Lincoln, zoals Trump zelf postuleert, maar hij zal zeker gelden als iemand die de geschiedenis beïnvloed heeft, zowel die van de Verenigde Staten zelf, als die van Amerika’s rol in de wereld.

Het is waar dat dit alles een ongelooflijke ontwikkeling is voor een man die in 2021 probeerde de democratische regering omver te werpen en vanwege die nalatenschap werd afgeschreven. De geschiedenisboeken zullen ook vaststellen dat Donald Trump bij zijn wederopstanding geen tegenstand ontmoette en keer op keer werd onderschat. Zijn Republikeinse Partij liet zich afbluffen tot onderdanigheid, het bleek een partij zonder moreel leiderschap, rijp voor overname door een ladenlichter. De zelfingenomen Democraten en hun hopeloze geriatrische president vergemakkelijkten Trumps terugkeer. De ondermijning van het Amerikaanse systeem is het werk van twee partijen.

Dat de man zelf, eenmaal gekozen, ging voor de absolute macht die sommige conservatieve schrijvers besloten zagen in het ambt van president was geen verrassing. Als de democratie overleeft en er een machtsovergang is naar een andere partij, dan zullen deze zogenaamde conservatieven spijt hebben van hun stellingname. Maar voor het moment gloriëren ze.

Waar het allemaal op uit zal lopen is onzeker. We kunnen alleen vaststellen dat, zes maanden in zijn tweede termijn, Donald Trump een ongekende machtspositie heeft verworven. De Amerikaanse president is monarch meer dan welke voorganger dan ook. Trump domineert, hij doet wat hij wil. Zijn autoritaire trekken noch zijn autoritaire praktijken worden bevraagd laat staan betwist in een klimaat van totale onderwerping. Het land is van hem, voor wat het waard is.

Trumps begroting bull: we hebben dit eerder gezien.

Ik lees momenteel de biografie van Ronald Reagan door Max Boot. Te lang, te veel zijinformatie, maar daarover later in een echte bespreking van het boek.

Wat me wel opvalt, is hoezeer de discussie, of wat daarvoor doorgaat, over de begrotingsplannen van de regering-Trump, klinkt als een echo van wat er zich voorjaar 1981 in Washington afspeelde. Ik woonde toen in Amerika en kan het me nog goed herinneren. Het oogt als een bekend scenario, met wat variaties.

De nieuwe regering-Reagan stelde enorme belastingverlagingen voor, terwijl de uitgaven voor sociale programma’s werden verlaagd en die voor defensie verhoogd. Het netto resultaat was een enorme stijging van de begrotingstekorten. De cijfers werden alle kanten opgemasseerd, onder meer door een jonge cijfertovenaar, David Stockman, die later in het jaar in een artikel in The Atlantic zou toegeven dat het allemaal smoke and mirrors was.

De Reagan supplysiders, zoals ze genoemd werden, geloofden dat de belastingverlagingen de economie zodanig zouden stimuleren dat de inkomsten van de overheid de tekorten zouden goedmaken. Ze hadden het over groei van wel vier tot vijf procent per jaar. Het idee erachter klinkt bekend en doet nog steeds opgeld in de anti-belastingkringen: hoge belastingen leiden tot lagere belastingopbrengsten, en zijn gemakkelijke gezelschap, lage belastingen verhogen de overheidsinkomsten.Bs in he kwadraat, alleen de Wall Street Journal, de foute krant van de VS, gelooft nog steeds oprecht dat dit zo is.

Het was bs toen, het is bs nu. In 1981 wist Reagan zijn begroting erdoor te krijgen met de nodige persoonlijke druk – niet van het brute, onbeschaafde soort van Trump, maar wel degelijk: de president hangt aan de lijn en wil dat u de begroting steunt. En: mail (toen stuur een brief) uw afgevaardigden dat ze de president moeten volgen. Nu dreigt de psycho om kandidaten te steunen om hen in voorverkiezingen dwars te zitten (de even vulgaire bullshitter Elon Musk belooft precies het omgekeerde te doen: mensen te ondermijnen die deze wet steunen – de Republikeinen verdienen dit soort nonsens).

Reagan kreeg zijn begroting, mede geholpen door de moordaanslag in april 1981 die de nieuwbakken president maar nauwelijks overleefde. Hij gebruikte de goodwill die dat opleverde optimaal.

Het is goed om het verhaal te blijven volgen. Later dat jaar ging de Amerikaanse economie in volle recessie – de diepste sinds de Grote Depressie (toen nog, voor 2008) met meer dan tien procent inflatie en negen procent werkloosheid). Dat kwam door de Federal Reserve Bank, die onder de door de moedige Carter benoemde Paul Volcker de rente flink opschroefde om de inflatie te beteugelen die in de late jaren zeventig was ontstaan. FED-bashing: ook daar een echo nu, hoewel Reagan zich onthield van de typerende vuile taal van Trump.

Die recessie en de oplopende begrotingstekorten noodzaakten de regering Reagan in de loop van zijn eerste termijn de belastingen een aantal keer te verhogen – al bleef de inkomstenbelasting op de hoogste schijven flink verlaagd. Dit laatste, ook even terzijde, is een van de redenen dat de inkomensongelijkheid sinds 1981 dramatisch groter is geworden. Ook toen al lag Social Security onder vuur.

Het leidde tot een spectaculaire nederlaag voor de Republikeinen in de tussentijdse verkiezingen van 1982. Ze verloren meer dan veertig afgevaardigden en een aantal senatoren, al hielden ze er door de grote winst van 1980 nog genoeg over voor een meerderheid. Er werd al flink gespeculeerd over Reagan als opnieuw een mislukte president (na Kennedy, Johnson, Nixon, Ford, Carter: allemaal op hun eigen manier een onsuccesvol presidentschap). Overigens weten we hoe dat afliep: in 1984 veegde Reagan, herboren met zijn It’s morning in America again-campagne, de vloer aan met de ook toen al hopeloze Democraten. Ik herinner me van die campagne de doorbraak van Gary Hart, een van de beste presidenten die Amerika nooit gehad heeft – de Democraten gingen voor Walter Mondale.

Enfin, lang verhaal kort: de huidige begrotingsnonsens lijkt verdacht veel op die van 1981, zij het dat de schade die de ruggengraatloze Republikeinen nu aanrichten veel groter zal blijken. Inderdaad, de geschiedenis herhaalt zich hoogstens als een farce, maar toch een paar terugkerende elementen.

Zo weten we met absolute zekerheid: Republikeinen veroorzaken altijd enorme begrotingstekorten. De regering-Clinton was in 2000 de enige die in vijftig jaar een sluitende begroting afleverde, die door kleine Bush onmiddellijk werd gebruikt om, u raadt het, de belastingen voor de rijken te verlagen. Vicepresident Dick Cheney merkte toen op, niet onterecht, deficits don’t matter. En het is waar, Republikeinen doen dit altijd en worden er te weinig voor gestraft.

Tussentijdse verkiezingen, zoals die straks in november 2026, leveren bijna altijd verlies op voor de zittende president (niet in 2022, maar dat bleek een giftig cadeau voor de bejaarde man). De Republikeinen in het Congres bereiden zich nu al voor op dat verlies – een van de senatoren en een afgevaardigde namen maar vast ontslag. Het zal op zich weinig opleveren want op dat moment kunnen de Democraten weinig doen met hun meerderheden: Trump kan alles vetoën. En op buitenlands gebied kan hij sowieso zijn gang gaan.

We hebben deze film al eerder gezien, kortom, zij het dat de vulgariteit en zelfzuchtigheid van de zittende president, en de labbekakkerige volgzaamheid van zijn acolieten buitengewoon is.