Tijd om de senaat te hervormen

Bespreking van een actueel boek over hoe de senaat weer een grootse debat instelling kan worden.

Kill Switch. The Rise of the Modern Senate and the Crippling of American Democracy door Adam Jentleson. 325 pags. W.W. Norton, 2021. $ 26,95

Na zijn inauguratie tot vicepresident in 1961 vroeg Lyndon Johnson aan zijn chauffeur om hem te blijven rijden. ‘Ik vervoer liever iemand met echte macht’, was het antwoord. Het verhaal is vast apocrief en wordt meestal gebruikt om het gebrek aan macht van de vicepresident te illusteren, maar het vertelt evenveel, misschien wel meer, over de macht van de leider van de Amerikaanse senaat, Johnsons eerdere functie.

De afgelopen tien jaar, tot op heden, was de machtigste man van Amerika Mitch McConnell, de leider van de Republikeinen in de senaat. Hij maakte het presidentschap van Barack Obama een stuk minder succesvol dan het had kunnen zijn, en redde Donald Trump van zijn onkunde. In beide gevallen ging het om de uitoefening van pure macht, iets waar McConnell, een man zonder veel principes maar met heldere doelstellingen (lagere belastingen en deregulerende rechters), goed in was. Toch had McConnell tussen 2010 en 2016 met zijn Republikeinen geen meerderheid in de senaat. Hoe hij zoveel macht kon uitoefenen is deel van het verhaal dat in Kill Switch wordt verteld. Kort samengevat: de senaat is in de loop van de geschiedenis een orgaan geworden waar een minderheid veel structurele wetgeving kan blokkeren.

Ga maar na, een overgrote meerderheid van de Amerikanen, meer dan zestig procent in alle gevallen, is voor het recht op abortus, voor beperkingen op wapenbezit, voor een werkbare overheid, voor betaalbare ziektekostenverzekering. Als daarvan niets is te merken in besluitvorming dan ligt dat aan de senaat. Dat is niet omdat, zoals vaak wordt gedacht, kleine plattelandsstaten oververtegenwoordigd zijn in een orgaan waar iedere staat twee senatoren heeft, ongeacht het aantal inwoners. Dat historisch compromis uit 1787 is een ongelukkig fact of life en verklaart waarom je met 40 procent van de Amerikaanse stemmen een ruime meerderheid in de senaat kunt verwerven.

Een veel groter probleem is dat de senaat zijn eigen regels opstelt om tot besluitvorming te komen. Daartoe behoort het traject met commissies waar wetgeving gemakkelijk vastgepind kan worden, maar het ligt vooral aan de filibuster. Die regeling gaf aanvankelijk een minderheid van veertig senatoren een vetorecht (voor de jaren zeventig was dit een derde). De folklore kent senatoren die uren, soms dagenlang, doorpraatten, soms in estafette, om te voorkomen dat debat werd afgesloten. Dat is al lang niet meer zo, het is veel erger. De regel is gewoon zo dat je niet verder kunt voordat zestig senatoren dat mogelijk maken. Vaak is ook dat een symbolisch gebaar geworden omdat in een voor de Amerikaanse democratie desastreuze variant één enkele senator wetgeving en benoemingen kan blokkeren. Iedere senator kan, zonder debat en zonder motivatie, een ‘hold’ plaatsen. Antidemocraten als Ted Cruz en Josh Hawley, maar vaak ook eenvoudige belangenbehartigers die iets gedaan willen krijgen voor een lobby of achterban, gebruiken het middel om de haverklap, vaak om redenen die niets met de onderliggende besluitvorming hebben te maken. Dit boek vertelt hoe het komt dat de senaat zo destructief werd.

Het is misschien te veel gevraagd om over dit onderwerp een heel boek te lezen, maar Adam Jentleson, die jaren werkte als assistent van de Democratische meerderheidsleider Harry Reid, senator van Nevada, maakt dat relatief gemakkelijk door een mooi verhaal in een vloeiende stijl. Hij moet ver terug. De zuidelijke ideoloog John Calhoun legde in de decennia voor de burgeroorlog (1861-1865) de grondslagen voor beslissende minderheidsinvloed, bang als hij was dat ooit de noordelijke staten gezamenlijk de slavernij zouden bedreigen. Hij betoogde dat een minderheid het recht had zijn instellingen en gewoontes te verdedigen, dat een ‘supermeerderheid’ nodig zou zijn om daar iets aan te veranderen.

Je zou denken dat deze gedachte met de slavernij verdween. Maar zuiderlingen, toen zonder uitzondering Democraten, namen later in de negentiende en tot diep in de twintigste eeuw, deze werkwijze over om segregatie te handhaven en te voorkomen dat er ooit iets over burgerrechten werd beslist. De filibuster, zoals we deze methode van dwarsbomen kennen, zorgde ervoor dat een beleid dat de meerderheid van de Amerikanen al decennia verwierp, rassenscheiding, veel langer bleef doorzieken dan nodig was.

We denken bij filibuster aan racistische mannen met een zuidelijke tongval die uren volpraten met alles wat van pas komt, van recepten voor lokale lekkernijen tot het voorlezen uit kinderboeken. Dat hoeft niet meer. Gewoon minstens zestig van de honderd senatoren vereisen om überhaupt te kunnen stemmen is voldoende. Het systeem van supermeerheid, of blokkerende minderheid – je kunt beide termen gebruiken – werd afgepoetst en aangescherpt in de tijd van obsessieve confrontatiepolitiek, aanvankelijk onder aanvoering van Newt Gingrich, daarna overgenomen door de minderheidspartij van Amerika, de Republikeinen, om hun zin door te drijven.

Maar het is geen partijspecifiek speeltje. Harry Reid gebruikte tussen 2006 en 2016 zijn macht als meerderheidsleider minstens even scherp als McConnell tegelijkertijd zijn obstructiemacht toepaste. Het is een spel dat beide partijen kunnen spelen. Maar als minderheidspartij die zeven van de acht presidentiële verkiezingen verloor als je naar de stemmenaantallen kijkt, hebben de Republikeinen er meer baat bij. Jentleson noemt het de WWAC, de ‘wealthy, white, anti-choice conservatives’ daarmee de belangencoalitie van rijken, racisten en sociaal conservatieven mooi samenvattend.

Voor de Democraten geldt dat ze meer belang hebben bij een goed functionerend congres. Ze moeten wetgeving maken om hun doelstellingen te verwezenlijken en zijn daardoor kwetsbaarder voor dwarsbomen. Vandaar dat al die opinies van de meerderheid van de Amerikanen niet weerspiegeld worden in regelgeving – of in het Supreme Court, dat aanzienlijk conservatiever is dan Amerika. De supermeerderheid kan worden doorbroken als je van wetgeving reconciliation maakt (dat kan als er gevolgen zijn voor de financiële huishouding), iets wat de Republikeinen in 2017 deden om hun belastingverlagingen voor de rijken door te drukken, en president Biden begin februari om zijn steunpakket aangenomen te krijgen.

De senaat is inmiddels zo scherp verdeeld en partijdiscipline zo streng dat er geen handreikingen ‘to the other aisle’ plaatsvinden. Vroeger overlapten de partijen in het midden, nu is er een vacuüm waar ooit dat midden was. Erger, vertelt Jentleson, de senatoren spreken elkaar nauwelijks meer. Waar vroeger in de kamer werd gedebateerd en in de cloak room, naast de senaatskamer, deals werden gesloten, is het nu leeg. Senatoren spreken meestal tegen een lege kamer, laat staan dat er debat is. Ze ontmoeten elkaar niet meer. Deals sluiten die vertrouwen in elkaar vereisen wordt dan wel erg moeilijk. Bidens unity is wat je noemt ‘dead on arrival’.

De filibuster, dat wil zeggen de supermeerderheidsregel, is niet het enige maar wel het grootste probleem bij het disfunctioneren van de moderne senaat. Er staat behoorlijk wat druk op de Democraten om deze regel in wat voor vorm dan ook af te schaffen. Voor rechters is dat al gebeurd toen de Democraten alle benoemingen zagen vertraagd door McConnell – dit was de zogenoemde nuclear option, zoals het dreigend klonk toen de Democraten het deden. McConnell gebruikte die optie zelf om er in 2017 en 2020 omstreden benoemingen voor het Supreme Court door te jassen.

Voor grote wetgeving blijft hij vooralsnog bestaan. Maar als Jentlesons boek en de praktijk van de afgelopen twintig, dertig jaar, iets duidelijk maakt dan is het dat er weer gewoon wetgeving gemaakt moet worden door de gekozen meerderheid (zelfs als die meerderheid een minderheid van de Amerikanen vertegenwoordigt). Er is veel mis met het Amerikaanse politieke systeem maar het afschaffen van de filibusterregels en het openen van debat en amendering in de senaat, zoals Jentleson in zijn slothoofdstuk voorstelt, zijn relatief gemakkelijke manieren om verder te komen.

Dit boek illustreert pijnlijk hoe de historische wurggreep van Amerikaans racisme tot op de dag van vandaag de politieke mores bepaalt, in de senaat meer dan waar dan ook. Het is een complexere analyse dan die van sommige opiniemakers die verklaren dat de Republikeinen gek geworden. Die nonsens miskent het machtsspel waar Republikeinse politici buitengewoon goed in zijn. Mitch McConnell is een sluwe speler maar hij staat in een traditie van zuidelijke Democraten en, meer recent, van de Democratische meerderheidsleider Harry Reid. Het is tijd om de senaat weer te laten worden wat het had moeten zijn: een orgaan waar gedebateerd en besloten wordt over serieuze zaken.

Mooie juristerij in het Trump proces

Sommige van mijn beste vrienden zijn Amerikaanse juristen, ik ben er zelfs met een getrouwd. Niet al hun kwaliteiten zijn ideaal, maar het Trump impeachment proces maakte weer eens duidelijk hoe goed Amerikaanse juristen zijn als ze goed zijn, en hoe belazerd als ze hun zaken niet op orde hebben.

De Democratische aanklagers zetten een mooi verhaal op. De video van 13 minuten over de terroristische aanval en de man die de terroristen opstookte was kundig geëdit en voldoende om je nog eens die horror te laten herleven. Een aantal congresleden lieten dat ook merken. Voor kijkers thuis was het misschien goed om het geheel nog eens in gecondenseerde vorm te zien, zonder gemekker van vooringenomen nieuwszenders of vermeende deskundigen.

De manier waarop de redenering van de Republikeinen (Rand Paul, gevolgd door 45 anderen) dat dit proces in strijd was met grondwet werd ontmanteld was voorbeeldig. Een parade van conservatieve juridische hotemetoten, tot en met het hoofd van de Federalist Society die conservatieve rechters selecteert, maakte duidelijk dat de argumenten van Paul en zijn trawanten onzin waren, praatjes voor de vaak, pogingen om je verantwoordelijkheid te ontlopen. Ik was onder de indruk.

De verdediging van Trump daarentegen was abominabel. De eerste, mijnheer Castor, praatte 45 minuten vol zonder erg veel op de argumenten van de Democraten in te gaan. Nou ja, hij begon te zeggen dat hij zijn verhaal moest veranderen omdat de voorgaande Democraten zo effectief waren geweest. Hij had net zo goed meteen de handdoek in de ring kunnen gooien. Castor was wijdlopig, had geen betoog en al snel doken tweets op van zelfs vriendelijk gezinde toehoorders die zich afvroegen waar hij heen wilde.

De tweede, David Schoen, riep de meeste reacties op omdat hij zijn hand op zijn hoofd legde toen hij uit een glas water dronk. Schijnt de gewoonte of de norm te zijn onder orthodoxe joden. Zo steek je nog eens wat op over de idioterie van andere geloven dan dat waarmee ik ben opgegroeid. Maar Schoen was evenmin erg effectief. Hij had het vooral over politiek, wat de Republikeinen wel zal hebben aangesproken, maar argumenten waren niet te vinden. Hoezo werden 74 miljoen Amerikaanse kiezers ‘disenfranchised’ (hun kiesrecht ontnomen) als je Trump veroordeelde?

Enfin, het was allemaal boter aan de galg want de senatoren hadden al lang hun stellingen betrokken. De stemming over de grondwettelijkheid van het proces en of het moest doorgaan pakte bijna hetzelfde uit als vorige week. Een Republikein, senator Cassidy van Louisiana, durfde te luisteren en van mening te veranderen. Hij werd per kerende tweet door zijn partij in Louisiana gedist. Nu werd 56 voor en 44 tegen.

Het proces kan doorgaan. De situatie werd in de FT mooi samengevat door Janan Ganesh. Het heeft iets van een prisoner’s dilemma. Als iedere senator zelf de moed bijeen moet rapen, zoals Cassidy, dan loopt hij of zij het risico door de Trumpies te worden afgeschoten. Als ze met zijn allen, misschien onder leiding van McConnell, Trump veroordelen en verwijderen uit hun wereld, dan kunnen ze in elk geval individueel minder goed aangevallen worden. En zijn ze Trump kwijt. Zelfs antidemocraten als Cruz, Hawley en Cotton zou dat goed uitkomen, ze willen graag een vrij veld in 2024.

Ik sluit niet uit dat McConnell die kant op gaat. Hij heeft eerder gezegd dat hij openstaat voor veroordeling van Trump. Maar zou hij ook werkelijk proberen een groep van 17 stemmen bij elkaar te rapen die het mogelijk maakt het Trump-kankergezwel te neutraliseren?

Ik gun de Republikeinen een toekomst met Trump. Ze verdienen het. Maar voor het goed van Amerika en de wereld (jazeker, iedereen is gebaat bij een gezonde Amerikaanse democratie) mag je hopen, hoop ik, dat Trump wordt kaltgestellt.

Laatste kans voor serieuze Republikeinen (als die er nog zijn)

Ik weet niet wat je nog van het impeachmentproces tegen de psycho moet zeggen. Dat je als congres geen knip voor je neus waard bent als je er geen werk van maakt, is al gezegd. Was overigens ook een argument een jaar geleden, met de Oekraïne. Maar ja, de Republikeinen zijn geen knip voor hun neus waard.

Het argument dat het ongrondwettelijk zou zijn omdat de misdadige president inmiddels golft in Florida als ambteloos burger is door een pak grondwetsspecialisten onzin genoemd. En natuurlijk. Als het anders zou zijn dan kun je in de laatste weken van een presidentschap allerlei high crimes and misdemeanors begaan zonder enig risico te lopen. Als de Republikeinen dit tolereren, zetten ze de deur open voor toekomstig misbruik. Gaan ze doen, als de stemming vorige week een indicatie was.

Het valt te hopen dat de Democraten een mooie presentatie maken van de aanloop naar de verkiezingen, de opbouw van de grote leugen, de ophitsing (stand by, Proud Boys), en ten slotte de poging tot staatsgreep, of in elk geval ondermijning/onderbreking van het democratische proces. Hoe beter, hoe schaamtevoller de GOP.

Maar daar zit de crux. De GOP, de Republikeinen hebben geen schaamte. En daarom verdienen ze de uitkomst van dit proces ten volle, namelijk de blijvende aanwezigheid van Trump in hun partij. Dat is wat labbekakken als McCarthy en McConnell zich op de hals halen. Ze hebben 1 kans om van Trump af te komen. Dit is hem. Grijpen ze hem niet, dan zijn ze veroordeeld.

De gevolgen: in de voorverkiezingen in 2022 zullen de Trumpies antidemocratische en samenzweerkandidaten opgooien om Republikeinse zwaargewichten dwars te zitten. Dat is mooi want het vergroot de kans dat een aantal van hen al bij voorbaat terugtreedt of verslagen wordt door iemand die gemakkelijker door de Democraten kan worden aangepakt. Met 20 zetels in de senaat en een kleine kans om de meerderheid in het Huis te pakken, is dat geen fijn scenario voor niet-idiote Republikeinen.

Ook de kans dat er een serieuze uitdager komt voor Harris in 2024 wordt kleiner als de geest van Trump de Republikeinen blijft beheersen. Eerder Cruz, Hawley of Cotton dan Haley of een beschaafde gouverneur. De ironie van Trumps sterke positie is dat zijn aanwezigheid bijna garandeert dat een Democraat wordt gekozen. Zeker, zijn achterban is groot, sterk en dom, en voor een deel, anti-democratisch en gevaarlijk, maar niet groot genoeg om verkiezingen te kunnen winnen.

Dit is de laatste kans voor Republikeinen (en voor Amerika) om van Trump af te komen. Iets zegt me dat ze die kans laten lopen en er nog lang de prijs voor zullen betalen.

Amerikaans racisme is unieker dan Wilkersons boek doet denken.

Ik begon met hoge verwachtingen aan Caste, het boek van Isabel Wilkerson. Haar opzet was het Amerikaanse raciale denken dat leidde tot slavernij, segregatie en Trumpisme, te koppelen aan het Indiase kaste denken. Was al eerder gebeurd, maar vooruit, kan interessant zijn. Als derde poot in het boek gebruikte ze het Nazi-rassendenken om het te vergelijken met Amerikaans racisme. Het boek is verder doordesemd met haar ervaringen als hoog opgeleide professional in de Amerikaanse samenleving.

Die laatste ervaringen zijn stuitend en sluiten aan op een eerder boek dat ze schreef. De combinatie van al deze lijnen leverde een wat mij betreft onbevredigend boek op. Ik zag die linken met India en Duitsland niet zo. Sterker, ze geven een soort deken waaronder gewoon ordinair Amerikaanse racisme zich kan verschuilen. Het is een unieke en niet goed te vergelijken vorm van misbehandeling van medeburgers.

Ik was ietwat verbaasd dat de besprekingen in de VS zo goed waren en vroeg me af of ik wat gemist had, of dat ik de gek was. Fijn dat de NRC een bespreking plaatst die het met me eens is, of beter, waarmee ik het eens kan zijn. Voor de lezer: er zijn veel interessantere boeken over Amerikaanse racisme (Eric Foner bijvoorbeeld).

Biden progressiever en assertiever dan verwacht. En terecht.

Het is een complex proces, zoals alles in de senaat, maar vannacht nam dit huis van het Congres een budget resolution aan die Biden in staat stelt om zijn 1,9 biljard plan om de economie te stimuleren door te voeren. Zoals verwacht in dit fantastische discussieplatform, gemuilkorfd door Mitch McConnell, stemden alle Republikeinen tegen. Kamala Harris gaf de doorslag als voorzitter van de senaat. Het gaf maar weer eens aan hoe belangrijk die twee zetels in Georgia waren. Nogmaals dank, psycho Trump, voor het mogelijk maken van die winst.

De Republikeinen hebben, na het uitdelen van grof geld aan rijken en ondernemingen in 2017 (en in 2001 en in 1981) hun zorg over begrotingstekorten herontdekt. Ook vinden ze het niet nodig, de economie komt vanzelf weer goed. Dat hoorde je niet toen Trump nog president was en verkiezingen wilde winnen.

De Democraten lijken de les geleerd te hebben van 2009 toen ze door de Republikeinen werden genaaid. Obama’s stimuleringsplan tijdens de zwaarste recessie sinds de jaren dertig werd door de GOP uitgekleed en gedwarsboomd – overigens toen omdat Obama graag wilde dat Republikeinen ook aan boord waren. Dat misplaatste gevoel dat er bruggen gebouwd moesten worden, dat er bruggen gebouwd kónden worden, zou hem nog opbreken.

Het plan voor een federaal minimumloon van 15 dollar is op de wat langere baan geschoven, onder andere omdat Bernie Sanders het daarmee eens was. Ik denk dat dit weinig uitmaakt, in veel staten en steden is al een minimumloon van 15 dollar vastgelegd, en is al aangetoond dat het geen banen kost en juist de armere Amerikanen meer laat consumeren.

Gecombineerd met Bidens eerste tien dagen van executive orders en zijn toespraak gisteren over buitenlandse politiek ( America is back maar over Iran moet hij nog beslissen) laat het zien dat de senaatsmeerderheid bevrijdend heeft gewerkt. Biden is progressief en vooral assertiever dan verwacht. En terecht.

Republikeinen laten zien wat ‘unity’ betekent.

De Republikeinen weten wat ‘unity’ betekent. Nee, niet samenwerken met de Democraten om verstandige wetgeving tot stand te brengen. Niet terugdraaien van de retoriek over Bidens benoemingen. Ze geven hun eigen invulling aan Bidens oproep tot eenheid.

Nee, unity betekent de gelederen gesloten houden. Dus mag Liz Cheney, de derde persoon in de leiderschapsstructuur onder de Huisversie van Lyndsey Graham, Kevin McCarthy, blijven ook al had ze het lef – of de principes, iets dat in de GOP voor weinig telt – om voor de impeachment te stemmen van de terrorisme aanjager die de partij werkelijk leidt.

Tegelijkertijd omarmde McCarthy afgevaardigde Marjorie Taylor Greene, een rechts extremistisch type die onder meer heeft opgeroepen tot moord op Speaker Nancy Pelosi. En dat is maar een van haar minder uitdagende kreten. Ze is ook een Qanon aanhanger en vertegenwoordigt als zodanig een belangrijk deel van de Republikeinse Partij.

Niet een deel dat McCarthy van zich wil vervreemden. Voor anderen, officieel voor Moscow Mitch McConnell, de GOP leider in de senaat, is Greene ‘een kanker’ op de partij. Maar bij McConnell weet je: wat hij zegt dat meent hij niet. Het is enkel bedoeld om te laten horen dat er nog verstandige Republikeinen zijn. Als je even niet kijkt, zoals volgende week bij het senaatsproces tegen Trump, dan stemt McConnell keurig mee met de gekken en radicalen. Unity is ook wat waard.

Het is een treurig spektakel maar geheel voorspelbaar. Had iemand gedacht dat Cheney opzijgezet zou worden? Dat Greene van haar eigen partij een tik op de vingers zou krijgen? Nee, dit laatste moeten de Democraten doen door te proberen haar te verwijderen van een prestigieuze positie in de commissie onderwijs – waar McCarthy haar om onduidelijke redenen had geplaatst. De Republikeinen zullen eenheid bewaren en massaal tegen de Democratische motie stemmen.

Eenheid bewaard. Allemaal achter Trump. De GOP heeft nu kans op kans gehad om zich los te maken van de onwelriekende erfenis van de slechtste president aller tijden. Keer op keer liet ze die kans lopen. Het is nu volstrekt duidelijk: de GOP is en blijft de partij van Trump. Ik denk dat de Democraten er goed aan doen om onder die strijdvlag de campagne om het huis te behouden en de senaat te veroveren in 2022 te beginnen.

Tijd om met corona te gaan leven.

Ik ben om. Zowel de NRC als de Volkskrant hebben vandaag opinieartikelen die betogen dat de pogingen van de overheid om corona in te dammen maximaal uitgenut zijn. Het virus is niet verslagen, om de woorden van Rutte te gebruiken. Maar de conclusie dringt zich op dat het virus niet verslagen kán worden, althans niet in de zin waarin die terminologie wordt gebruikt.

Dat is één conclusie. Nederland is niet slim, is niet verstandig, is niet meegaand. Wat er ook heeft gewerkt van de afgekondigde maatregelen, het virus is niet weg. We zullen ermee moeten leren leven, met of zonder verregaande maatregelen. Dan maar beter zonder.

De tweede conclusie, in het NRC artikel, is dat de kosten voor het redden van met name IC patiënten zo hoog zijn en dat zoveel andere zorg eisende burgers erdoor opzij gezet worden, dat die kosten de opbrengst niet waard zijn. Het levert een aangepaste, ietwat menselijker versie op van een argument dat eerder werd aangevoerd: help en bescherm de mensen die kwetsbaar zijn door leeftijd en/of fysieke omstandigheden maar ga daarmee overboord. Het is niet meer het argument van toen: de ouderen moeten zich opofferen voor de jongeren, maar je kunt de ouderen niet ten koste van alles redden.

Ik ben om omdat ik denk dat de situatie aanzienlijk veranderd is. Mensen dragen mondkapjes, meestal althans, en je kunt in winkels best die regel blijven handhaven of zelfs vrijwillig maken, waarna ik geen winkels meer bezoek die de regel opheffen. Ik ben geen café ganger maar die mogen wat mij betreft gewoon weer open, op afstand. Idem restaurants. Vergeet die avondklok, vergeet die lockdown.

Rutte deed al die tijd een beroep op het gezond verstand van de burgers. Dat hielp niet erg, misschien ook omdat hij en zijn club niet erg standvastig of effectief leken. We zijn een jaar verder, als je nu nog op het belang van mondkapjes en afstand moet wijzen dan weet je dat het vechten tegen de bierkaai is. Laat dan inderdaad die burgers maar de verantwoordelijkheid nemen.

Maar moeten we niet wachten op het vaccin? Zeker, dat zou de risico’s beperken, zeker voor die kwetsbare groep waar de NRC over schrijft, maar het duurt allemaal zo lang dat ook hier de schade te groot dreigt te worden. Schade aangericht door de regering zelf, mag ik eraan toevoegen.

Het is misschien niet aantrekkelijk voor Rutte in de aanloop naar de verkiezingen maar hij moet gewoon de handdoek in de ring gooien. Niet met zoveel woorden, hij kan er weer omheen babbelen, maar daar komt het dan wel op neer. Geef de verantwoordelijkheid terug aan de burger. Dat het lijkt alsof het een capitulatie is voor de samenzweringsidioten, de Engels en de Van Wolferens, is ongelukkig maar mag geen reden zijn om niet te doen wat nodig is.

Idealiter zou er op 20 maart worden afgerekend met Rutte en zijn beleid. Helaas, dat zie ik niet gebeuren, maar dat is een ander verhaal.

Hoe het impeachment proces toch nog leuk werd

Dat impeachment proces zou nog leuk kunnen worden. De psychopaat in ballingschap heeft gebroken met zijn juristen, of beter gezegd, zij met hem. Het onderwerp is interessant. De juristen wilden zich concentreren op de vermeende ongrondwettelijkheid van een impeachment proces tegen een inmiddels niet meer zittende president. De meeste grondwetsspecialisten denken dat dit onzin is maar, zoals alle onzin, het is omarmd door 45 van de 50 Republikeinen in de senaat, in de hoop dat ze er zo vanaf komen.

Trump vindt dat allemaal te tam. Hij wil zijn grote verkiezingsleugen opvoeren tijdens het proces. Hij wil babbelen over de gestolen verkiezingen (laten we niet vergeten dat meer dan de helft van de Republikeinse afgevaardigden en 6 senatoren nog steeds menen dat Biden niet legitiem president is). Sterker, volgens de Washington Post zou Trump ook overwogen hebben om zijn eigen verdediging te doen. Dat zou pas echt leuk zijn. Het schijnt dat zijn staf hem ervan overtuigd heeft dat dit spelen met vuur is.

De nieuwe juristen doen hopen dat de psycho niettemin zich blijft concentreren op de verkiezingsuitslag. Ik hoop het want het zou voor onaangename momenten zorgen voor die 45 opportunisten en vooral voor Moscow Mitch die na lang voor zich uitschuiven, toch op 14 december had erkend dat Biden had gewonnen.

Ondertussen zijn de Democraten bezig met het opzetten van een mooie zaak tegen Trump. Geholpen door de overal aanwezige telefoons en het geroep op social media van de terroristen die op 6 januari door Trump en zijn trawanten naar het Capitool werden gestuurd, kunnen ze een fantastische video show maken die precies laat zien hoe het zover kon komen.

Dat is de reden dat de Republikeinen zo schichtig zijn, liefst het hele proces in de kiem smoren: als de burgers werkelijk te zien krijgen wat er gebeurde (inclusief het gebalde vuistje van Josh Hawley) dan kon dat wel een behoorlijk lastig worden bij de achterban die niet idioot is – toegegeven, dat is een klein deel maar wel de achterban die de GOP nodig heeft om iets te kunnen winnen. Alleen idioten is niet genoeg.

De psycho is een media product, iemand die bij onze publieke omroep Op1 voortdurend aan tafel zou zitten, want, weet u, show is de helft van talkshow en het volk moet toch wat vermaak hebben in deze barre tijden. Trump wil aandacht, wil het podium, denkt dat hij zelf de beste communicator ooit is. Ik zou het graag zien gebeuren in de senaat.

Tot nu toe dacht ik dat het een flauwe vertoning zou worden, voorspelbaar en saai in de herhaling van zetten door ruggegraatloze Republikeinen. Maar laat Trump vooral zijn gang gaan en het wordt nog een leuk spektakel.

Geen burgeroorlog, wel verlamming. Even erg.

Is het goed nieuws dat de Republikeinse Partij zijn doodvonnis tekent door zich over te geven aan Trump en zijn trawanten? In mijn meer pessimistische buien over de VS – frequenter de laatste jaren – denk ik dat dit inderdaad valt toe te juichen. De GOP als gevangene van Trump garandeert dat de partij niet meer op landelijk niveau aan regeren toekomt.

Want met alle gepraat eromheen, dit is wel duidelijk: Donald Trump zal nooit meer worden herkozen als president. Niet omdat de partij hem buitenspel heeft gezet, niet omdat hij na de door hem geëntameerde staatsgreep en daarop volgden impeachment veroordeling voorgoed buiten het electorale spel moest blijven. Nee, Trump kon onder de best mogelijke omstandigheden, afgelopen november, voor de staatsgreep, voor de grote verkiezingsleugen en voor de onthulling van het wijdvertakte netwerk van uiterst rechtse gewelddadige groepen in zijn achterban, niet meer winnen.

Daarover ben ik optimistisch, als je dat zo mag noemen. Zelfs als Biden door obstructie van de Republikeinen een matig president zou blijken, dan nog denk ik niet dat weer eens 73 miljoen Amerikanen op hem zouden stemmen, laat staan meer. De huidige opwinding rondom de fascistoïde afgevaardigde uit Georgia, de wapenliefhebster uit Colorado en een paar extreem rechtse afgevaardigden maken de partij enkel maar onaantrekkelijker voor beschaafde Amerikanen (versta me niet verkeerd, zelfs van die 73 miljoen kiezers is het grootste deel te beschaafd om dit te tolereren).

Natuurlijk wil de psycho zelf een rol, de rol, blijven spelen. Even leek het erop dat zelfs de ultieme cynicus en machtspoliticus, Moscow Mitch McConnell, de gelegenheid zou gebruiken om Trump te lozen en de GOP in elk geval een kans zou geven om weer een ‘normale’ conservatieve partij te worden. Vorige week bleek dat vals alarm. Dat wil zeggen, de cynische opportunisten, de mensen zonder idealen, runnen nog steeds de show. McConnell liet de kans lopen om een serieus impeachment proces te voeren (zie mijn post eerder deze week) en de windvaan Kevin McCarthy, Trumps voetveeg in het Huis, haastte zich naar Florida om de ring van de baas te kussen. Nou ja, zijn voeten. McCarthy had, net als McConnell, Trump verantwoordelijk gesteld voor de staatsgreep. Beiden slikten dat nu in.

Het terugtreden van senator Portman (overigens een betrouwbare Trump supporter) van Ohio voor de verkiezingen van 2022 maakt een uiterst rechtse Republikein in die cruciale staat waarschijnlijk. Kan die winnen? Zelfs McConnell kan daar niet optimistisch over zijn.

Op staatsniveau is de GOP in een aantal staten overgenomen door de Trump-extremisten. In Arizona ging dat het verst. De weduwe van John McCain, sinds Goldwater de beroemdste Arizona politicus, werd gedist. In Oregon, in Pennsylvania, in Wisconsin, in Michigan regeren de Trumpies. In Washington hopen Ted Cruz, Josh Hawley en Tom Cotton Trumps mantel over te nemen, aan de kant staan ook vazal Mike Pompeo en de teleurstellende Nikki Haley. Zij denken hun karretje vooruit te duwen door zich aan Trump te koppelen. Een fluim als Marco Rubio kon daar nog wel eens spijt van krijgen als Ivanka Trump hem in 2022 uit zou dagen (wat ik overigens niet zie gebeuren, maar Rubio is er al zenuwachtig over).

Dat kon wel eens tegenvallen als Trump inderdaad als een schaduw op de achtergrond aanwezig blijft. Landelijk gezien moeten Cruz en zijn opportunisten zien dat ze van Trump afkomen zonder diens aanhang kwijt te raken. McConnell kon even hopen dat hij van Trump af kon komen en tegelijk ook de Trumpistan erfenis opzij te zetten.

Dat lijkt niet te gaan gebeuren. Ik geloof niet erg in het opzetten van derde partijen, maar ik moet wel vaststellen dat er in de VS geen betrouwbare conservatieve partij meer is. Echte conservatieven nemen afstand van Trumpistan en zijn nu gedwongen om ook afstand te nemen van de GOP. Gaan ze zelfstandig verder? Kunnen Never-Trumpers een eigen club opzetten? Ik geloof het als ik het zie.

De Republikeinen gaven zich vrijwillig over aan Trump toen die zijn vijandige overname van de partij had voltooid. Nu laten ze vrijwillig toe dat ze de gevangenen worden van de president in ballingschap.

Zoals ik zei, op dat niveau is het goed nieuws. Maar met een irrelevante partij is het lastig samenwerken. Zoals Biden nu al ontdekt heeft, kan hij niets gedaan krijgen als hij wacht op steun van beide partijen. Hij moet gewoon zijn beleid doordrukken. Het probleem daarbij is niet de GOP maar de senator van West Virginia, een rechtse Democraat die haast teruggrijpt op de oude zuidelijke Democraten van het segregatietijdperk.

Hoewel Biden deze eerste week mooi dingen gedaan heeft – zij het enkel per order, niet met wetgeving – ben ik daarom uiterst pessimistisch over het vervolg. Opnieuw, nog steeds, een congres dat niets gedaan krijgt. Een Trumpistaanse Republikeinse Partij. Een staatsgreep die veel diepere wortels had dan we dachten – ik wacht met spanning het alles omvattende rapport af. Burgers die als jihadisten geradicaliseerd zijn.

Nee, geen burgeroorlog. Een totale verlamming, deels door geweld, deels door obstructie lijkt me de nabije toekomst.

De onttakeling van D66

In de Groene een scherp artikel over het huidige D66, een bestuurspartij, ooit opgericht, zoals Hubert Smeets in zijn Van Mierlo biografie ongetwijfeld duidelijk maakt, om het bestel op te blazen. Ik heb het altijd ironisch, of zwak cabaret, gevonden dat deze bestelopblazer nu vereeuwigd is de Van Mierlo Stichting, voorheen wetenschappelijk bureau.

Het artikel vertelt over mensen die uit de partij stappen omdat die te bureaucratisch is, niet democratisch, leden te weinig invloed hebben. Oude spoken komen langs. De redenen waarom ik in 2011 mijn lidmaatschap opzegde blijven onveranderd aanwezig. Het was de Pechtold partij geworden, gerund door een stel Van Mierlo acolieten, die plooibare en dienstbare mensen rondom de grote leider benoemde. Kamerleden die meer bureaucraten waren om Pechtold te helpen. Enfin, hier mijn ervaringen mocht u geïnteresseerd zijn om te zien hoe in de Nederlandse politiek niets veranderd.

Bekende namen komen langs. Gerard Schouw, door Pechtold als voorzitter benoemd na de ineenstorting van 2006, kwam ik tegen toen ik in 2007 kandidaat voorzitter was (tegenover Ingrid Engelshoven, ook al zo’n oude bekende). Schouw manipuleerde die verkiezing zodat Van Engelshoven kon winnen (voor alle duidelijkheid, ik weet niet of ik had kunnen winnen, maar zo werd het onmogelijk gemaakt – pas drie dagen voor de verkiezing werden de kandidaten officieel, Engelshoven was toen al lang campagne aan het voeren, en ik niet). Schouw werd Eerste en Tweede Kamerlid en vertrok toen voor het grote lobbygeld. Pechtold, ach heden, ook het CBR heeft een directeur nodig. Het is hem gegund.

Carla Pauw heb ik nooit ontmoet maar was altijd ergens als moederkloek van Pechtold aanwezig. Frans van Drimmelen was via het lobbykantoor waar Van Engelshoven werkte voor Heineken – ze was toen natuurlijk geen wethouder, foutje in het Groene verhaal – ook aanwezig al heb ik hem nooit ontmoet. Het clubje nam de partij over nadat Louise Wies van der Laan als lijsttrekker was verslagen en het zittende bestuur schreef de toekomst voor een partij die ze zelf om zeep had gebracht. De reden dat ik toen mijn tegen beter weten in kandidatuur stelde was dat ik meer programma, meer ‘ideologie’ in de partij wilde. En meer ledenbetrokkenheid.

Ook Marty Smits duikt op. Ik heb met hem te maken gehad toen het congres tot twee keer toe opdracht gaf om een behoorlijk ledenblad te maken waarin ook gedebatteerd kon worden over issues. Smits mocht namens het bestuur dat project om zeep helpen en deed dat kundig. En dan is Eerste Kamerlid Joris Backer, die vijf speerpunten schreef (nou ja, een speerpunt, de rest bungelde) bij wijze van ideologisch programma. Hij schreef het programma ‘voor Pechtold’, niet voor de partij. Toen ik hem erover aansprak kreeg ik te horen dat ik altijd zo boos was. Waarom toch? Nou ja, daarom.

Ah well, laat ik erover ophouden. Water under the bridge. Verspilde moeite. Mevrouw Kaag zal best een goed persoon zijn maar ze komt in een dichtgetimmerde partij, de Pechtold nalatenschap. Ik wens haar sterkte. D66 was ooit een mooie belofte, zo ongeveer in 1966. Da’s lang geleden.