Frans Verhagen, Amerika kenner

Actuele artikelen en achtergrond over de VS en Nederlandse politiek

Frans Verhagen, Amerika kenner

Chris Christie, omdat het moet.

Inmiddels loopt het storm voor de Republikeinse nominatie. Ik heb het gevoel dat veel kandidaten toch denken dat Trump het niet zou kunnen halen en dat zij zich kunnen profileren (als ze niet, zoals de zielloze Niki Haley vice-president willen worden). Dat gaat tegen de gevestigde wijsheid in, maar ik zie tekenen dat Trump in zijn voorverkiezings route gepiekt heeft – al moet ik meteen zeggen dat hij natuurlijk nooit kandidaat had mogen zijn, wegens een poging tot staatsgreep (een wapenfeit dat de kleine omschrijving in de NRC niet eens meldt – evenmin dat hij weigerde zijn nederlaag te erkennen).

De superkwezel Mike Pence gaat nu ook van start. Als vice-president was hij een dud, op 6 januari deed hij zijn plicht. Dat levert geen bonuspunten op, zou ik zeggen, maar gewoon, een paraaf voor aanwezigheid. 

Gouverneur Doug Burgham van het afgelegen ministaatje North Dakota gaat vandaag wat roepen. Doug Who?, een standaard rechtse conservatief. Schiet niet op.

Nee, dan Chris Christie, controversieel gouverneur van New Jersey. In 2016 was hij de kandidaat die de teddybeer Marco Rubio onderuit haalde, maar er niet in slaagde Trump te laten ontsporen. Vervolgens bood hij zich aan als vice-president, wat niet lukte. Toen als chef staf voor de transitie maar daar werkte schoonzoon Jared hem uit. 

Nu, zes jaar later, is het tekenend voor de positie van de Republikeinen dat we op Christie moeten hopen om de aanrander en staatsgreeppleger onderuit te halen. Christie wordt niet president maar hij kan helpen het Trump fenomeen de nek om te draaien. 

Of de Democraten daarmee beter af, bijft de vraag.

‘Nederland kiest’, vorige week op tv. Een leugen.

Voor het weer wegzinkt, even over die belachelijke Eerste Kamer. Inderdaad altijd al omstreden, nu ronduit lachwekkend als het niet zo ernstig was.

Op televisie zagen we vorige week op de dag dat provinciale staten lui een kamer van het parlement mochten kiezen. Het programma heette ‘Nederland kiest’.

Het was niet ironisch of cynisch bedoeld. Er werd onderling gepokerd om restzetels, waarbij een van de dommere afgevaardigden uit onkunde of onwil verkeerd koos en iemand uit Ierland aan een zetel hielp. Er werd gepast en gemeten.

Met kiezen en kiezers had het allemaal niets te maken. Een getrapte verkiezing voor een orgaan dat halverwege of whatever tijdens een regeerperiode alles ondersteboven gooit is ridicuul. Je ziet het ook, tijdens deze Mickey Mouse verkiezingen komen populistische partijen als de gevaarlijke FVD en de ridicle BBB op.

Of deze sukkelende regering onder leiding van een man die letterlijk niets beters te doen heeft (tot een internationale baan langskomt, hartelijk dank) en die al twee jaar afbladdert in die idiote Eerste Kamer een meerderheid kan krijgen, is inmiddels nauwelijks interessant.

Alle peilingen melden dat wij, die mensen die in Nederland kiezen, geen vertrouwen hebben. Ik denk dat dit minder met beleid te maken heeft – Kaag doet het goed en er zijn ministers die op een positieve manier van zich laten horen en geen anger management nodig hebben. Ik denk dat het te maken heeft met het uitdoven van de illusie dat wij kiezen.

‘Nederland kiest’, het is niet cynisch, het is niet ironisch, het is een leugen.

Wat als niet Florida maar Minnesota een voorbeeld voor de natie was?

Florida en Texas zijn nu voorbeelden waar regeringen van staten die door één partij worden gerund, de Republikeinen, hun asociale beleid doordrukken. Ze doen dat rücksichtloos en kordaat.

Het is mooi om ook een voorbeeld te zien van wat Democraten doen als ze het staatscongres en het gouverneurschap hebben. Kijk daarvoor naar Minnesota. De WP heeft er een mooi opinie artikel over door E.J. Dionne. Klik hier.

Een paar dingen, mocht u er als niet abonnee niet inkomen. Dit is wat ze sinds november 2022 hebben gedaan:

To detail everything Gov. Tim Walz and his legislative partners accomplished would far outstrip the space allocated here. Minn Post reporters Peter Callaghan and Walker Orenstein offered a bracing race through the list: “Democrats codified abortion rights, paid family and medical leave, sick leave, transgender rights protections, drivers licenses for undocumented residents, restoration of voting rights for people when they are released from prison or jail, wider voting access, one-time rebates, a tax credit aimed at low-income parents with kids, and a $1 billion investment in affordable housing including for rental assistance.”
Take a breath and move on: “Also adopted were background checks for private gun transfers and a red-flag warning system to take guns from people deemed by a judge to be a threat to themselves or others. [Democratic] lawmakers banned conversion therapy for LGBTQ people, legalized recreational marijuana, expanded education funding, required a carbon-free electric grid by 2040, adopted a new reading curricula based on phonics, passed a massive $2.58 billion capital construction package and, at the insistence of Republicans, a $300 million emergency infusion of money to nursing homes.” The mix of tax cuts and increases, by the way, will make the state’s revenue system more progressive.
There’s a lot more, including laws strengthening workers’ rights and unemployment insurance for hourly workers previously left out of the system; a refundable child credit for lower-income Minnesotans; and free breakfast and lunch for all Minnesota K-12 students.

Mooie agenda zou ik zeggen. Maar Dionne noemt een paar punten die de aandacht verdienen. Het eerste is dat je slim coalities moete maken. Er zijn veel conservatieve counties in Minnesota, die moet je koppelen aan de progressieve grote steden. De sleutel is leiderschapsposities. 
De tweede is dat je als je een meerderheid hebt, die moet gebruikten. Anders gezegd: maak je niet druk over herverkiezing met de gedachte dat je in de tweede termijn wel dingen kunt doen, maar doe ze nu. Met de Obama ervaring in het achterhoofd, een wijze les.
En drie, combineer onderwerpen met elkaar zodat alle bewoners iets krijgen en niet enkel hard rechtse moralitische blow hards. Als je abortus rechten combineert met inkomens en leefwetgeving voor iedereen, heb je een betere kans dat ze worden aanvaard. In Florida is de agenda eenvoudig: alles voor de Reps, niets voor de rest van de staat. Idem Texas.

Wat dit allemaal betekent voor een land dat in die vijftig staten zo heel verschillend denkt over waar een beschaafd land voor staat, is iets voor een andere keer. De wat positievere boodschap vandaag: niet alle gouverneurs zijn zo cynisch en hypocriet als DeSantis van Florida en Abott van Texas.

Hoe harder hoe beter.

Biden valt en DeSantis en Trump hakken op elkaar in. 

Ik kan het alleen maar verwelkomen. Geen van deze drie zou in november 2024 op het ticket moeten staan. Hoe harder hoe beter, misschien komt er ruimte voor een niet bejaarde of niet autoritair ingesteld type.

Nooit gedacht dat ik zo zou verlangen naar Chris Christie!

Nog even over de debt deal. Het oordeel is gevarieerd. McCarthy krijgt kudo’s omdat hij überhaupt iets tot stand bracht, ook al had hij heel wat Democraten nodig om zijn eigen afvallige troepen in toom te houden. Afwachten of de rekening nog komt.

Biden krijgt lof voor het onderhandelen en het tot stand brengen van wat dan ook dat lijkt op overeenstemming. Niet onterecht. Ik vond dat Edward Luce van de FT wat al te hard van stapel liep met de kop Game, set and match for Biden.

Dat de belastingdienst weer minder van het meerdere krijgt dat ze nodig heeft om zelfs de absurde lage belastingen in de VS te innen is negatief. Dat Joe Munchin, de senator van West VIrginia die zich door de Wall Street Journal en zogenaamd gematigde Republikeinen laat opjuinen tot een kandidatuur voor het presidentschap, een gaspijplijn kreeg om zijn armoedige staat nog aan het gas te houden was ook negatief. 

Al met al weer weken van drama en een geheel voorspelbare uitkomst. Gek he, dat dit alleen maar gebeurt als de Democraten regeren. Als de Republikeinen regeren maken ze de problemen groter door belastingen te verlagen, om in de volgende ronde dikke tranen te huilen over de tekorten.

Nog harder, veel beter.

Wat DeSantis wil met Amerika.

Vandaag opinieartikel in de NRC.

De Republikeinen hebben Reagan al lang achter zich gelaten (en zijn vergeten dat Lincoln hun eerste president was 

Janah Ganesh van de Financial Times had vandaag de nuttige observatie dat voor de Trump aanhangers het clubgevoel, het gevoel van opstand tegen de gevestigde orde, zwaarder weegt dan verkiesbaarheid. Beleid is secundair aan de campagne. Trump, zegt Ganesh, ‘heeft hen al een belangrijke emotionele en bijna spirituele dienst verleend, voordat het zover komt.’ Zolang DeSantis blijft praten over verkiesbaarheid en administratieve competentie gaat hij geen Trump-aanbidders overhalen. 

In 2016 ging het nog over banen en macht op een lager niveau, maar nadat mensen dat jaar een kant gekozen hadden, was lidmaatschap van de groep belangrijker. Trump ziet dat beter in dan zijn rivalen.

DeSantis gelooft dat conservatieven de instituties hebben overlaten aan georganiseerd links. Gramsci. Maar hij doet meer dan een diagnose leveren, hij is erop uit een rechtse contra-hegemonie op te zetten. Vandaar de cultuuroorlog.

Ganesh heeft een vermoeden dat de populisten de cultuuroorlogen niet eens willen winnen. Het is voldoende ze te voeren. That’s all the fun. Geen van de argumenten van DeSantis verwondt Trump. 

Ik voeg daaraan toe: het wachten is op iemand als Chris Christie, die op het punt lijkt te staan het campagneveld te betreden. Christie weet wat hij moet doen, weet dat Trump met honderd staken doodgemaakt moet worden, en dan nog is niemand ervan verzekerd dat hij of zijn de nominatie kan winnen. Ik geef Christie daarvoor weinig kans, maar hij kan de weg bereiden van een echt alternatief.

 

Republikeinen proberen de meubels te redden na abortusuitspraak.

 

Sinds jaar en dag is abortus het ultieme verdeeldheid zaaiende onderwerp in de Verenigde Staten. Er waren maar twee smaken: je was tegen elke vorm van abortus of je accepteerde een recht op abortus tot zo ongeveer de dag voor de geboorte. De verdeeldheid werd in de praktijk beperkt doordat het recht van de vrouw om zelf daarover te beslissen was gewaarborgd in een uitspraak van het Supreme Court.

Doe v. Wade had in 1973 abortus mogelijk gemaakt tot een foetus buiten de baarmoeder kon leven, nu na ongeveer 24 weken zwangerschap. Door dat arrest haalde het Hof in juni 2022 een dikke streep. Het besliste dat dit recht van de vrouw onterecht was ingelezen in de grondwet, in een uitspraak die we kennen als Dobbs. Het Hof wees de beslissingsbevoegdheid over abortuswetgeving terug naar de staten.

De verwachting was dat er grote verschillen zouden ontstaan. Inderdaad hadden binnen de kortste keren de meest extreme staten abortus helemaal verboden of beperkt tot de eerste zes weken, wat neerkomt op een totaal verbod. Inmiddels liggen ook de abortuspillen waarmee de helft van de Amerikaanse abortussen plaatsvindt onder vuur.

Toch lijkt het erop dat met horten en stoten een gulden middenweg lijkt te ontstaan. Fervente activisten, van de ene of de andere kant, zullen daar niet blij mee zijn, voor de overgrote meerderheid van de Amerikanen biedt het een mogelijkheid om dit onderwerp in rustiger vaarwater te sturen. Zij zijn immers voor een recht op abortus tot een specifieke termijn en met ruime regels in geval van verkrachting, incest en gevaar voor de moeder. Voor abortus in de laatste drie maanden van een zwangerschap is weinig steun, maar in de praktijk gebeurt dat niet vaak.

De meeste Republikeinse politici geven minder om het onderwerp dan ze doen voorkomen. Ze bewijzen enkel lippendienst aan de extreme achterban die ze nodig hebben om in hun districten of staten de Republikeinse voorverkiezingen te winnen. Het omgekeerde zie je bij de Democraten: weinig politici durven een ander standpunt in te nemen dan honderd procent voor de oude regeling. Ook zij zijn bang in voorverkiezingen door pro-choice kiezers te worden afgestaft. Katholieke Democraten, zoals Joe Biden, worstelen altijd met het onderwerp en murmelen dan dat ze persoonlijk tegen abortus zijn maar dat niet willen opdringen. Beide partijen zouden graag van dit hoofdpijn onderwerp verlost zijn.

De verontwaardiging over de restrictieve regelingen in Republikeinse staten als gevolg van Dobbs heeft iets losgemaakt dat daartoe kan leiden. Na aanvankelijk gejuich zijn de Republikeinen toch geschrokken van de reacties op de uitspraak. Hun onverwachte verlies bij de congresverkiezingen in november 2022 wordt aan abortus geweten. Een aantal staten, waaronder een Republikeins bolwerk als Kansas, nam een recht op abortus op in zijn grondwet. Overigens hebben andere conservatieve staten een verbod opgenomen.

Republikeinen in het algemeen maken zich zorgen over de rol die abortus kan gaan spelen bij de presidentsverkiezingen van 2024. Donald Trump voelde dit intuïtief aan toen hij in zijn CNN-interview alle krediet claimde voor het benoemen van anti-abortus rechters in het Supreme Court, maar weigerde iets te zeggen over wat nu moest gebeuren. Zijn tegenstander Ron DeSantis heeft in Florida er juist een zesweken regel doorgeduwd. Andere presidentskandidaten duiken opzichtig.

De Republikeinse zorgen bleken al toen senator Lyndsey Graham, een golfmaatje van Trump, in september 2022 een landelijke wet van vijftien weken voorstelde. Dat voorstel kende een te groot aantal restricties, maar die hadden in onderhandelingen best aangepast kunnen worden. Er viel niet over te praten, noch in Grahams eigen partij, noch bij de Democraten. Absolutisme gold aan beide kanten.

Toch ligt hier de toekomst van de abortuswetgeving in Amerika. Op staatsniveau tekent zich namelijk een patroon af dat menigeen heeft verrast. De afgelopen weken voerden wetgevers in diep Republikeinse staten als North Carolina en Nebraska een termijn in van twaalf weken. In South Carolina werd erover gepraat maar kozen ze op het laatste moment toch voor zes weken. Nog opmerkelijker is dat de landelijke anti-abortus club nu praat over vijftien weken. De meest extreme tegenstanders willen nog steeds vastleggen dat het leven begint bij de conceptie en geen dag later.

Het lijkt erop dat de anti-abortus beweging met Dobbs een groot succes heeft geboekt, maar niet weet wat ermee te doen nu ze haar doel heeft bereikt. De harde kern wil nog steeds een landelijk verbod. Dat gaat niet gebeuren. De harde pro-choice kern bij de Democraten wil onbeperkte vrijheid. Ook dat gaat niet gebeuren.

Vooralsnog lijkt landelijke wetgeving onwaarschijnlijk, al zou dat de beste uitkomst zijn. Een regeling van vijftien weken of misschien twaalf zou mogelijk zijn maar dat betekent dat progressieve staten moeten inleveren. Toch lijkt de aanvechting om direct op staatsniveau de meest extreme wetgeving in te voeren bekoeld. Ron DeSantis zal nog behoorlijk wat last krijgen van de zes weken ban die hij in zijn staat invoerde.

Twee conclusies kunnen we trekken. De extreme wetgeving die meteen na de Dobbs uitspraak populair was, is tegen zijn eigen grenzen aangelopen. In de staten gaat een compromis van twaalf tot vijftien weken de nieuwe norm worden. De tweede conclusie is dat abortus als politieke speelbal aan kracht zal verliezen, misschien nog niet in 2024, maar toch snel daarna. Als de Democraten rekenen op eindeloos voordeel en kiezersengagement over abortus, dan zullen ze van een koude kermis thuiskomen. Het voordeel is dat Amerika verlost zal raken van een eindeloos verdeeldheid zaaiend onderwerp.

Kaag haat? Kijk naar de Telegraaf.

Iedereen is blijkbaar geschokt dat een haatcampagne kan leiden tot bedreigingen en dat kinderen van politici zorg hebben als hun moeder door fakkel dragende terreurboerenjongens wordt lastiggevallen.

Het is geen raadsel waar die haat vandaan komt. Het is de haatkrant van Nederland, de Telegraaf, die er danig aan heeft bijgedragen. De olijke columnist Rob Hoogland in zijn vermomming als mompelende oude oom heeft het regelmatig over het Kaag-mens. De krant voerde campagne tegen D66, soms direct tegen Kaag. Marianne Zwagerman vandaag nog die het over de uittocht van Kaag-elite heeft. Goed gedaan jongens. Het begint allemaal met de demonisering van de politiek andersdenkende. Wat zeg ik, anders denken? Het is de vijand. 

Wouter de Winther, die in het typisch Nederlandse ouwehoerklimaat ruimte krijgt als ‘deskundige’ bij de praattafels, voert permanent campagne tegen D66. Als de columnisten even niets kunnen bedenken dan halen ze Kaag te voorschijn als doelwit. Of Femke Halsema, of Sophie Hermans. 

De reden? Een intelligente vrouw met succes in de niet rechtse politiek, getrouwd met een Palestijn. 

En dan nu dikke tranen en zorg over de kwetsbare positie van Kaag en de kans dat idioten die deze krant lezen erop los gaan? Hypocresie over de top.

Een postscript/terzijde: ik keek gisteren voor het eerst in lange tijd weer eens naar het NOS journaal. Als ik me op deze ene keer moet baseren, zal het voorlopig ook niet weer gebeuren. Ergens halverwege vertelde de presentator van dienst wie welke sportprogramma’s van de publieke omroep gaan publiceren. Huh?

Dat de ouwehoerprogramma’s, zowel die op radio als die op tv, vaak over zichzelf gaan, dwz over wat er te zien en te horen is, is tot daar aan toe. Daar valt niets te redden. Maar dat presentatoren nieuwswaardig zijn geworden? Sorry. Is dit het nieuws naar de mensen brengen? Laat dan maar zitten.

De domste Republikeinse afgevaardigden in topvorm.

Het is een topdag voor domme Republikeinse Afgevaardigden. Ik kan het u niet onthouden.

Eerst is daar Laurence Boeber, de 37 jarige grootmoeder to be (wat is gebeurd met dat kind van haar 17 jarige zoon?). In een hearing beklaagde ze zich over de hoge prijzen van anticonceptie. Het is goedkoper om een kind te hebben, zei deze hardleerse Republikeinse, tegen de apotheker en werd zelf op 17 jarige leeftijd zwanger.

Zie de tweet van Ocaasio-Cortez. Relevant is dat de Senaat een wet afstemde die het Huis aannam om anticonceptie te beschermen (het wordt bedreigd door lui als Supreme Court rechter Clarence Thomas). Fijn gebruik weer van de filibuster.

Klik hier voor de tweets en Boebers optreden in het Huis.

Ook Marjory Taylor Greene, de vriendin van de man zonder ruggengraat, ook bekend als Speaker Kevin McCarthy, haalde het nieuws. Ze probeerde als voorzitter van de dag het Huis tot de orde te roepen met een beroep op decorum. De zaal lachtte haar vierkant uit. Het is goed u de lellebel te herinneren in een witte bontjas die Biden uitschold tijdens diens State of the Union.

Klik hier voor de pagina van The New Republic met het filmpje. Erg leuk.

De grote Republikeinse aanval op Trump gaat beginnen.

De Trump camagne is deze keer een stuk georgansieerder dan bij eerdere verkiezingen. Ze hebben echter nog steeds geen controle over de kandidaat, die gelooft dat zijn ervaring en gutfeeling hem uiteindelijk goed zullen dienen. Vandaar de opeenstapeling van uitspraken in het CNN interview die hem nagedragen zullen worden. Trumps gut is zijn kracht en zijn zwakte.

De Trump campagne heeft aan 2016 de wijsheid overgehouden dat je maar beter zoveel mogelijk tegenstanders kunt hebben die elkaar afkatten, zodat jij met het minimum aan steun er langs kunt slippen. Vandaar dat ze iedere nieuwkomer in de Republikeinse strijd om de nominatie van harte verwelkomen. Vandaag Tim Scott, later in de week Trumps favoriete boksbal, Ron DeSantis.

In het kamp van de op ed schrijvers regent het waarschuwingen dat we dezelfde fout maken als in 2016: we geven Trump media aandacht, we sturen te veel mensen op hem af, we onderschatten hem. Het lijkt gevestigde wijsheid.

En zoals zoveel van dit soort wijsheid, moet deze stellingname bevraagd worden. Op een aantal aspecten denk ik dat deze wijsheid fout zit en door het verkeerde einde van een verrekijker kijkt naar de psycho. Ze zitten zelf gevangen in een mindset die de laatste oorlog vecht en niet de echte oorlog.

Zo denk ik denk dat de analogie met 2016 onzin is en beter vergeten kan worden. Inmiddels hebben we vier jaar chaotisch en immoreel presidentschap achter de rug. Inmiddels hebben we twee impeachments, 6 januari, een veroordeling wegens aanranding en een zootje rechtszaken. Niemand onderschat de perfiditeit van Trump. Niemand onderschat Trump. We weten precies wat hij te bieden heeft. Dit is niet 2016. Het is niet 2020. We zijn een staatsgreep verder.

Opiniepeilingen van Trumps aanhang wijzen op een belangrijk zwak punt van de geobsedeerde narcist. Hij blijft maar doorzeuren over die verloren verkiezingen. Het is waar dat een groot deel van de Republikeinse kiezers dat min of meer ook vindt (ook al weten de meesten van hen wel beter, en zeker de politici). Maar het is ook waar dat kiezers genoeg hebben van het achterom kijken, ze willen vooruit. Als Trump zichzelf niet kan helpen door op te houden over de Big Lie, dan zal het hem kiezers kosten. En Trump kan zichzelf niet helpen, hij ratelt maar door en dus heeft hij een probleem.

Ik denk ook dat een groot aantal kandidaten voor de Republikeinse nominatie dit keer een voordeel is. Niet omdat ze zo aantrekkelijk zijn – tot nog toe niet in elk geval – maar omdat het de kans vergroot dat ze zich realiseren dat ze Trump moeten verslaan en dat de anderen bijzaak zijn. Dit is mijn stelling: degene die Trump het best weet aan te vallen, krijgt de nominatie. Maar allemaal zullen ze Trump gaan aanvallen. Niet iedereen kan dat geloofwaardig doen.

Ga maar na. Ron DeSantis, los van alle onaantrekkelijke kanten van zijn persoon, probeert al maanden om Trump-zonder-Trump te slijten. Hij heeft alleen de Trump-specialist van de wakkere krant overgehaald. Echte Trumpies zijn natuurlijk niet geïnteresseerd in een slap aftreksel. Waarom zouden ze voor DeSantis gaan? En verstandige Republikeinen – die zijn er, al zijn het ook veelal lafaards – weten dat ze met DeSantis niet ver zullen komen in het afstoppen van Trump.

Daarom denk ik dat de deur nu wijd open staat voor een harde anti-Trump campagne door Republikeinen. Degene die de beste aanval op Trump opent, maakt de meeste kans zich te onderscheiden, en, en passant, ook de beste kans om als hij of zij de nominatie wint, toch de verkiezingen te winnen, ook al zal Trump zijn die hard aanhang oproepen niet op die kandidaat te stemmen. Tegen die tijd zal Trumps aanhang geslonken zijn en kan een redelijk alternatief meer succes boeken dan we nu denken. Ook fanatieke Trumpies willen immers Biden onderuit halen. Okay, je raakt een paar procentpunten van niet-stemmers kwijt, maar die win je terug door in het midden kiezers op te halen die van Biden afwillen.

Daarom: maak u klaar voor de all out aanval op Trump. Het is niet moeilijk om hem neer te zetten als ongeschikt. Het is niet moeilijk mensen ervan te overtuigen dat ze niet nog een verloren verkiezing of een bedreigd Amerika willen. Het gaat hard worden. Trump beschadigen, dag in dag uit, om van hem af te komen zal een Republikeinse sport worden. Het Biden-kamp, dat liefst Trump als tegenstander heeft, zal er niets aan bijdragen, en steeds angstiger worden.

Vandaar dat ik uitzie naar het betreden van de arena van Chris Christie, voormalig gouverneur van New Jersey. Christie werd in 2016 ingemaakt door Trump, werd toen een aanhanger, en snel na de verkiezingen een afvallige (omdat Trump hem niet de rol gaf die hij wenste). Christie heeft nog een appeltje te schillen. Ik moet niet denken aan de man als president, maar als stormram om Trump te beschadigen is hij uitermate geschikt. Hij is slim, grof en genadeloos.

Voor de andere kandidaten geldt dat ze in meerdere of mindere mate gevangene zijn van hun Trumpofilie. Zo kan Nikki Haley veel minder hard zijn – ze was Trumps waterdrager bij de Verenigde Naties. Kwezel Mike Pence heeft het nog lastiger. De ironie is dat hij, als hij op 7 januari goed afstand had genomen van de man die zijn leven in gevaar bracht, hij nu geloofwaardig zou zijn. Maar Pence heeft het niet in zich. Tim Scott? Een zwarte kandidaat die in de slag gaat met de racist die de Republikeinen leidt? Ik moet het nog zien gebeuren.

Mijn gevoel is dat de juiste kandidaat zich nog niet heeft gemeld (wachten of Sununu?). Misschien uit opportunisme – wachten tot de anderen Trump beschadigd hebben? Misschien uit tactische overwegingen, het is immers helemaal niet zo nodig om nu al voluit te gaan. Zeker, de geldschieters moeten nu al gekieteld worden maar let op: als Trump kwetsbaar is en er een alternatief opduikt, zullen de traditionele geldzakken hun weg weten te vinden.

Het is all out seizoen tegen Trump. De Republikeinen moeten het monster doden, anders doodt het hen.

Democraten zijn goed in het verliezen van winbare verkiezingen.

Maak u maar vast zorgen: Democraten zijn bijzonder goed in het verliezen van verkiezingen die ze hadden moeten winnen. Voor wie met klamme handen de tachtiger Joe Biden ziet bewegen in de richting van de presidentsverkiezingen van 2024 is de geschiedenis weinig geruststellend. Zo nu en dan winnen de Democraten onverwacht, zoals in 1960 toen John F. Kennedy Nixon versloeg, of in 1976 toen Jimmy Carter Gerald Ford buiten de deur wist te houden (wat, zoals ik heb betoogd, uiteindelijk slecht uitpakte).

Maar veel vaker maken Democraten er een zootje van. Of beter gezegd, verliezen ze verkiezingen die ze hadden moeten of kunnen winnen. Ik negeer even het feit dat Joe Biden maar net won van Trump in 2020 en dan is Hillary Clinton het meest recente voorbeeld. Zowat iedereen, links en rechts, verwachtte dat ze de grofgebekte mediapersoonlijkheid uit New York zonder moeite zou verslaan. Onvergetelijk zijn de beelden van de teleurgestelde meisjes die, vlaggetje in de hand, stonden te wachten op de eerste vrouwelijke president en te horen kregen dat het misschien wel morgen zou worden.

Het werd nooit en de Democraten hadden het aan zichzelf te wijten. Ze gingen all out voor Hillary Clinton die al in 2008 in haar strijd met Obama om de nominatie had laten zien dat ze een problematisch campagnevoerster was. Dat Clinton zichzelf überhaupt kandidaat stelde was de grootste en meest vermijdbare fout. Niets geleerd van 2008 – de belangrijkste les: dat ze een slechte campagnevoerster was en deel van het Clinton-complex. Door het al vroeg te doen – zo vroeg als 2013 begon Clinton al mensen en geld te verzamelen – voorkwam ze dat andere kandidaten, onder wie gekwalificeerde vrouwen, zich in de stijd mengden.

Daardoor begon ze met voorsprong aan de voorverkiezingen maar het had de deur geopend voor een aanval van links, in de persoon van senator Bernie Sanders, die onder andere omstandigheden nauwelijks aan bod was gekomen. Je kunt hem ervoor haten want hij bracht schade toe aan de zelfverzekerde oud First Lady, maar hij vervulde een nuttige en belangrijke functie: verkiezingen moeten ergens over gaan. Kandidaten moeten niet gekroond worden (kan iemand Biden uitdagen?). Clinton liep behoorlijk wat averij op.

Ze maakte het erger door tijdens de campagne voor de echte verkiezingen in november 2016 Donald Trump te onderschatten. Of beter gezegd, de groep kiezers die genoeg hadden van alle politieke professionals (en de Clintons waren een bijzonder voorbeeld), werden door haar genegeerd en, in een bijzonder stupide voorval, in een ‘basket of deplorables’ gestopt. Haar campagne was sowieso een soort Titanic maar ze schiep haar eigen ijsbergen door in cruciale swing staten niet of niet genoeg campagne te voeren. Het kostte haar de drie staten die Trump de overwinning brachten: Wisconsin, Pennsylvania en Michigan. Het is moeilijk voor te stellen dat we een paar weken eerder nog dachten dat Clinton een totale blow out zou maken, en ook staten als Arizona en Florida zou gaan winnen. Een verwijtbaar verlies. Hadden de Democraten na twee termijnen Obama kunnen consolideren, dan had Amerika er anders uitgezien. Het is ook een verwijt naar Obama die naliet een Democratische Partij te scheppen die de volgende generatie aan bod zou laten komen.

Teruggaand in de tijd lijkt ook 2004 een gemiste kans. John Kerry was een oorlogsheld in Vietnam en een moedige leider van de protesten na zijn diensttijd. Hij liet zich president George W. Bush in de hoek van laffe verrader schilderen. Geen weerwerk. Bush kon profiteren van goodwill na 9/11, maar de oorlog in Irak was problematisch, net als de invloed van de evil vicepresident Dick Cheney. Wat de oorlog betreft was Kerry tegelijk voor- en tegenstander geweest. De campagne was slap en defensief. Hij liet Bush wegkomen met zijn incompetentie.

De verkiezingen draaiden om de staat Ohio, waar de stembureaus lange rijen kenden en er waarschijnlijk veel stemmen verloren gingen voor de Democraten. Bush had ook kundig gebruikt gemaakt van obsessieve en flink opgejaagde angst voor het homohuwelijk. In cruciale staten hadden de Republikeinen een amendement op het stembiljet gezet om het te verbieden, goed voor een hoge opkomst van evangelische en superconservatieve kiezers.

Het jaar van de ultieme stupide door Democraten verloren verkiezingen is 2000. U herinnert zich vast dat het in Florida draaide om een verschil van 537 stemmen en dat het Supreme Court eraan te pas moest komen om de Republikeinen de overwinning te geven. Er deugde weinig van de verkiezingen en van de stembiljetten in Florida maar veel belangrijker was dat de linkse activist Ralph Nader 96.000 stemmen haalde als derde kandidaat, stemmen die vrijwel allemaal naar de Democraat Al Gore gegaan zouden zijn. En doorslaggevend was dat Florida de cruciale staat zou blijken, Gore had zonder Florida moeten winnen.

Het probleem was de kandidaat en zijn eigenwijsheid (net als in 2016). Al Gore was vicepresident geweest onder Bill Clinton, die ondanks, of dankzij, zijn Monica Lewinsky affaire en het impeachmentproces, in 2000 behoorlijk populair was. De economie draaide goed, de dot com boom nog niet echt doorgezet, en, de prestatie aller prestaties, de balans van de overheidsuitgaven en inkomsten toonde een overschot.

Maar Gore wilde Clinton niet inzetten, bang dat hij zelf besmeurd zou raken met Clintons minder frisse kant. Hij wilde het helemaal zelf doen en het werd een ramp. Tijdens de debatten met George W. Bush gedroeg Gore zich als een hork, liep met wijzende vinger naar zijn opponent en zette zijn eigen zaak niet goed neer. Laten we genereus zeggen dat Gore niet de best mogelijke campagne voor zichzelf voerde.

Maar dat Florida beslissend werd in het systeem met kiesmannen kwam omdat Gore, of zijn campagne, niet kon tellen en te gemakkelijk overwinningen had verwacht in staten die hem een nederlaag toebrachten. Florida had Gore nodig omdat hij bijvoorbeeld in New Hampshire en in zijn eigen thuisstaat Tennessee nauwelijks campagne had gevoerd. Tennessee verloor hij dik maar in New Hampshire haalde Bush maar 7200 stemmen meer. Ik moet erbij zeggen dat Gore uiterst krap won in New Mexico (366 stemmen), Wisconsin (5708 stemmen), Iowa (4144 stemmen) en Oregon 6774 stemmen). Misschien overdrijf ik zijn kansen, als je naar deze staten kijkt, maar Gore had natuurlijk gewoon Florida moeten winnen.

Daar was Jeb Bush, het slimmere broertje van George W., gouverneur. Het was voorspelbaar dat deze staat problemen op zou leveren. De 537 stemmen die dankzij het Supreme Court naar Bush gingen hadden in het Gore kamp gehoord, met enkele tienduizenden van Nader. Campagne gevoerd in Florida? Huh?

Je zou kunnen zeggen dat 1992 juist een verrassing was voor de Democraten, maar dat is niet zo. George W. Bush had zoveel averij opgelopen dat er ruimte was en dat jaar waren de Democraten slim genoeg om wel een jongere generatie aan bod te laten komen, dubbel zelfs, in zowel Clinton als Gore.

Aan de andere kant blijf ik denken dat 1988 voor de Democraten een gemiste kans was. Reagan was populair maar als dementerende grootvader en het Iran Contra schandaal had hem wel degelijk beschadigd. Het had ook vicepresident Bush moeten beschadigen maar de Democraten speelde die kaart nooit goed uit. Bovendien was Bush een rijke traditionele Republikein, ver afstaand van de gewone kiezer.

De uitslag lijkt duidelijk en inderdaad, Michael Dukakis werd afgeslacht. De campagne van Bush was racistisch en gemeen, maar het is waar, Dukakis deed er te weinig tegen. Als succesvol gouverneur van Massachusetts had hij meer kunnen inzetten.

Ook 1980 zag er, anders dan we achteraf hebben vastgesteld, niet zo slecht uit als het afliep. President Carter lag tot diep in de zomer voor op Reagan. De gijzelaars in Iran (mogelijk daar gehouden door de Reagan acolieten) hielpen niet, en de debatten waren desastreus voor Carter. Reagan gebruikte zijn volle vaardigheid als publiek persoon. Dit lijkt meer op een verdiend verlies.

Dat geldt ook voor 1968 toen Hubert Humphrey in de laatste weken nog dicht bij Richard Nixon kwam. Het is moeilijk dat jaar te evalueren. Er werd afgerekend met Lyndon Johnson, Robert Kennedy werd vermoord en Eugene McCarthy door Robert Kennedy politiek onderuit gehaald. Humphrey was geen ideale kandidaat als vicepresident van Johnson en iemand die geen enkele voorverkiezing had gewonnen. De Southern Strategy van Nixon (inspelen op de racisten in het zuiden die lang alleen maar Democratisch hadden gestemd) werkte prima voor de Republikeinen.

U kunt zeggen: water under the bridge, don’t cry over spilled milk. Maar ik zie een ongelukkig patroon. Ik zie straks Joe Biden met een onpopulaire vicepresident naar de finish wankelen, als hij geluk heeft met een zelfdestructieve Trump als tegenkandidaat (hoewel de psycho zijn zaken nu beter op orde lijkt te hebben), maar waarschijnlijker nog tegen een frisse Republikein. Maak u maar vast zorgen.