De verloedering van het impeachmentproces past in de Republikeinse ontwikkeling.

Daar gaan we weer. Alweer een impeachment procedure – althans het in gang zetten van een procedure die daartoe kan leiden – die niet is voor het doel waarvoor impeachment is bedoeld. Impeachment voor ‘high crimes and misdemeanors’ is het middel dat de grondwet biedt om een president die de wet aan zijn laars lapt af te zetten. Er is ook een procedure van censure waarbij de president van het congres krijgt te horen dat wat hij heeft gedaan veroordeeld wordt maar niet afzetwaardig is (Andrew Jackson kreeg zo’n procedure aan zijn broek in 1834 over het terugtrekken van fondsen uit de centrale bank van die tijd (ik zal u de details besparen). Jammer genoeg wordt censure niet gebruikt als het wel toepasselijk zou zijn (denk Clinton 1997).

In 1868 kreeg Andrew Johnson als eerste een impeachment aan zijn broek. Hij werd met een stem verschil niet veroordeeld, wat een goede zaak was want het zou van impeachment een politieke procedure hebben gemaakt die de enige politicus met een landelijk mandaat, de president, naar huis kon sturen. Overigens was die ene stem die Johnson redde het gevolg van de overweging dat als hij werd afgezet, bij gebrek aan vicepresident (Johnson was de vermoorde Lincoln opgevolgd), de radicale Republikein Benjamin Wade hem zou opvolgen. Wade had zijn eigen vijanden in het congres.

In 1974 werd de criminele president Richard Nixon net niet geimpeached omdat hij op tijd aftrad. Op 7 augustus 1974 kreeg hij te horen dat hij de steun van zijn eigen Republikeinse senatoren had verloren toen het bandje met de ‘smoking gun’ bekend werd, dat duidelijk maakte dat hij deel was geweest van de cover up van de Watergate inbraak. Nixon was in veel opzichten crimineel, maar dit was het directe resultaat van de hoorzittingen over Watergate. Op 9 augustus trad hij af. Omdat Nixons ook criminele vicepresident Agnew in 1973 was afgetreden en daarna vervangen door Gerald Ford (dat moest na het 25e Amendement), was er een goede vervanging. Had Agnew er gezeten, dan was Nixon afzetten nog erger geweest dan hem laten zitten.

In 1868 werd het impeachmentproces puur politiek gevoerd. In 1974 was er wel degelijk inhoudelijk reden voor impeachment, maar kwam het er niet van. In 1987 zou president Reagan geimpeached hebben moeten worden vanwege Iran-Contra (de heroverweging van Reagans presidentschap is een onderwerp voor een andere keer). Een roedel antidemocraten runde zijn eigen operaties vanuit het Witte Huis, al of niet met medeweten van de randje-dementerende president. Hij zou afgezet moeten worden als hij ervan afwist, en afgezet moeten worden als hij zo dim was dat hij het niet wist. Kiest u maar.

‘Mistakes were made’, zei Reagan en daar bleef het bij. De Democraten drukten niet door – het was al bijna 1988 en ze wilden het land zo snel na Watergate geen tweede keer op deze manier belasten. Democraten hebben die neiging (kijk naar 2000 toen ze Bush en zijn juristen Florida lieten stelen).

Dergelijke terughoudendheid konden de Republikeinen niet opbrengen toen ze na een obsceen onderzoek door een speciale aanklager (die ingehuurd was voor iets heel anders) de Lewinsky-affaire boven water kregen. Clinton werd aangeklacht wegens meineed omdat hij over de relatie had gelogen. Big deal, zou u zeggen, maar voldoende voor Newt Gingrich en zijn Republikeinse collega’s, die zo een verdere stap zetten op weg naar de verruwing van de Amerikaanse democratie. Natuurlijk werd Clinton niet door de senaat veroordeeld. De kiezers maakten in 1998 duidelijk dat ze niet gediend waren van de Republikeinse strapatsen en Gingrich trad af (net als zijn opvolger, die, u raadt het, allerlei affaires had net als Newt zelf).

Donald Trump kreeg twee maal een impeachment aan zijn broek, beide keren naar mijn smaak terecht. De eerste voor het gebruiken van zijn macht als president om de Amerikaanse buitenlandse politiek aan te passen om voordeel te verkrijgen in zijn eigen verkiezingsstrijd (overigens ging het ook toen al over Hunter Biden en diens duistere zaken in Oekraïne). De tweede, voor de staatsgreep op 6 januari 2021, zou zo ongeveer het meest gerechtvaardigde impeachment zijn dat je zou kunnen bedenken.

De Republikeinse senatoren vonden van niet, zelfs niet na 6 januari. Of beter gezegd, ze waren te laf om hun overtuiging te volgen. Mitch McConnell dook opzichtig door te zeggen dat er wetten waren om Trumps gedrag te beoordelen – precies al die dingen waarvoor hij nu voor de rechter staat. Dat de Republikeinen nu zitten met een crimineel als leidende politicus is typerend en desastreus voor de partij en voor het land.  Impeachment is een te gemakkelijk middel geworden (althans de oproep ertoe), reden waarom Nanci Pelosi in 2019 haar eigen zeloten zo lang mogelijk in bedwang hield – tot inderdaad Trumps chantage van Oekraïne het onvermijdelijk maakte.

Dat soort terughoudendheid hebben Republikeinen niet. De luidruchtige afgevaardigde Marjorie Taylor Greene, lellebel extraordinaire en u een lieve vriendin van Speaker McCarthy, wilde al een impeachment van Joe Biden voordat hij geïnaugureerd was. Inmiddels staat McCarthy zo onder druk van zijn extreme rechtervleugel dat hij nu het begin van een impeachment onderzoek heeft gelast – iets waarvoor hij eerder, in 2019, een stemming het Huis noodzakelijk achtte. Tot nog toe is er niets strafbaars opgedoken voor president Biden, al laat het gedrag van Hunter en het gebruik van zijn politieke contacten zien dat de moraliteit ver te zoeken was.

Maar familie in de politiek is altijd lastig. Dwight Eisenhower had al last van zijn broer. Jimmy Carter zat met Billy. En Jared Kushner loopt nu financieel binnen door wat hij tijdens de regering-Trump heeft geregeld. Dat doet niets af aan de ongepastheid van Hunters gedrag. Persoonlijk heb ik niets tegen het onderzoek. Als dat inderdaad niets oplevert, levert het niets op. Het is niettemin schadelijk voor Biden want het geeft geloofwaardigheid aan het Republikeins verhaal van de ‘Biden crime family’ maar de enige manier om dat onderuit te halen is te laten zien dat er niets is. Je mag wel vaststellen dat Biden de Hunter problemen grotelijks onderschat heeft (misschien geeft het hem een zetje om te vertrekken). Het zal de media bezighouden, ook als er uiteindelijk niets aan de hand is. Denk Benghazi, de flauwekulhearings die Hillary Clinton grote schade toebrachten.

Terzake: de conclusie lijkt onontkoombaar dat impeachment simpelweg een middel is geworden om een president politiek lastig te vallen. Noch die presidenten noch het grote publiek besteden er veel aandacht aan. Veroordeling in de senaat, waar een tweederde meerderheid nodig is, lijkt onmogelijk. Lock him up zal de crimineel die de Republikeinse Partij leidt wel weer roepen.

Impeachment als middel van de wetgevende macht om de uitvoerende macht te bestraffen voor wangedrag heeft dus veel van zijn kracht verloren. Het lijkt meer op een motie van wantrouwen in een parlementair systeem, maar dan wel een die nooit gevolgen heeft. Zolang de partijgebondenheid van politici en kiezers leidt tot hondentrouw aan de president, moet je concluderen dat impeachment weinig meer voorstelt. 

Heeft het congres andere middelen om een criminele president de pas af te snijden? Nou, nee. Maar als een partij, zoals de Republikeinse Partij, democratie al heeft opgegeven en zich laat koeioneren door een patente crimineel heeft dat congres het uiterste middel niet meer nodig. Ze hebben zich al bij voorbaat overgegeven. McCarthy is een sul, maar symbool van een democratie in de problemen. een gevaarlijke sul.