President Biden: een onderschat man

Honderd dagen zijn een ietwat arbitraire termijn om het beleid van een Amerikaanse president te meten. Franklin Roosevelt deed geweldig veel in die honderd dagen en nog veel meer daarna. Donald Trump richtte enorme schade in in de tweede helft van zijn termijn. 

Met die kanttekening, of wellicht waarschuwing, kunnen we vaststellen dat Joe Biden in elk geval de ambitie heeft om een transformatieve president te zijn. Hij lijkt het meest uit te stralen wat Lyndon Johnson zei toen hij in 1964 en 1965 een einde maakte aan de schandelijke segregatie in Amerika waarbij hij dreigde een grote groep Democratische kiezers kwijt te raken: ik ben niet voor niets president geworden.

Als er ooit een argument was om leidende politici pas op late leeftijd tot een ambt te verheffen, dan is dit het. Biden laat zien dat ervaring relevant is, inclusief het bijstellen van opinies, en dat iemand die, misschien wat ruw gesteld, niets meer te verliezen heeft, kansen zal grijpen die anders blijven liggen. Maar ook dat iemand die in vijftig, zestig jaar politiek alles al eens heeft meegemaakt, kansen ziet die anderen misschien missen.

Ik denk aan Barack Obama, wiens ster steeds minder schittert nu Biden laat zien wat had moeten gebeuren. Dat is een beetje flauw want Obama had niet Trump voor zich, maar hij had wel een meerderheid in Huis en Senaat. Bruggen bouwen is niet waar Biden zich mee bezig houdt.

Hij ramt en gebruikt het momentum, zolang het er is. Eerst 2.000 miljard directe steun, nu rond de 3.500 miljard aan infrastructuur, met een plezierig brede definitie van dat begrip. Een bijbehorend plan voor hogere belastingen waarover de rijke minder dan 1 procent nu alweer lopen te mekkeren, maar wat hard nodig is.

De Republikeinen, op een mooie manier in de greep zittend van Donald Trump, doen er het zwijgen toe. Letterlijk. Je hoort geen woord van structurele kritiek, afgezien van rituele afkeuring van Democraten, laat staan een alternatief programma. Er is één partij die regeert, en er is één partij die zichzelf buitenspel heeft gezet. Gelukkig regeert de juiste partij. Hand uitsteken naar de overkant? Forget it. De hand moet van de Republikeinen komen. Biden heeft gelijk.

Ik heb het niet zo precies geteld, die honderd dagen. Doet er ook niet zoveel toe. Biden smeedt het ijzer nu het heet is, gebruikt het momentum, en zet mensen zoals ik die van hem niets hadden verwacht te kakken. Ik erken deemoedig dat ik hem onderschat heb. Gelukkig maar.