Polarisatie in de VS is eerder de norm dan een afwijking ervan.

Gepubliceerd in de Standaard, 18 mei 2019

Donald Trump roept haat en afkeer op, en tegelijkertijd hondentrouw en bewondering. Wie niet voor hem is, is tegen hem en in beide gevallen niet een beetje maar honderd procent. Republikeinen, loyaal aan hun president, staan tegenover Democraten die het systeem gecorrumpeerd zien worden. Een constitutionele crisis dreigt.

We horen vaak dat de polarisatie in de Amerikaanse politiek groter is dan ooit. Dat is schijn, in werkelijkheid was Amerika zijn hele geschiedenis door gepolariseerd, vaak veel meer dan nu het geval is. Founding Fathers Jefferson en Hamilton lagen al overhoop. Noord en Zuid bleken onverenigbaar, met de burgeroorlog als ultieme uiting van polarisatie, goed voor 600.000 doden.

Beide Roosevelts, Theodore in 1901 en Franklin in 1933, riepen diepe haat op. Theodore onderkende de destructieve kracht van extreme ongelijkheid als gevolg van ongebreideld roofkapitalisme (schokkend genoeg is die nu nog groter). Hij reguleerde de ondernemers en bankiers die Amerika bij de strot hadden. Hij voorkwam dat broeiende onrust uitliep op een bloedige confrontatie. De kiezers vraten het, zijn Republikeinse Partij beloonde hem met haat.

Zijn neef Franklin Roosevelt redde Amerika van nieuwe excessen, egoïsme en criminele kortzichtigheid. De historische waardering voor de depressie- en oorlogspresident laat niet zien hoe gehaat FDR toentertijd was in welgestelde kringen, ‘a traitor to his class’. Democraten bewonderden Roosevelt, Republikeinen zetten een maximum van twee termijnen in de grondwet. Communistenjager Joe McCarthy ging wild tekeer, aanvankelijk ongestoord.

In de jaren zestig ontplofte Amerika. De huidige polarisatie is Spielerei vergeleken met de haat en afkeer die toen bestond tussen een veelheid aan groepen in Amerika, polarisatie is een te zwak woord voor de tegenstellingen. Ze werden genadeloos uitgebuit door Richard Nixon die met zijn silent majority-strategie groepen in het land tegen elkaar opzette en vervolgens het systeem corrumpeerde. Zijn aftreden bracht geen vrede.

Democraten hadden een hekel aan de zalvende Ronald Reagan die tegenstellingen wegmasseerde tot hij zelf vastliep in het Iran-Contra schandaal. De Republikeinen namen wraak door Bill Clinton vanaf dag één met passie te haten als symbool van die jaren zestig maar vooral omdat hij hen van de macht beroofde die ze vanzelfsprekend achtten. Newt Gingrich, die lopende haatmachine, maakte van de Republikeinen de partij van de obstructie.

Het lukte niet om Clinton af te zetten, maar de polarisatie zat opgesloten in de verkiezingen van 2000. Die leken nergens over te gaan maar beslisten in werkelijkheid wie de macht had in Washington. De Republikeinen wonnen, met hardball en hulp van het Supreme Court. George W. Bush polariseerde enkel door president te zijn en versterkte het met zijn desastreuze beleid. Wie kon er verrast zijn dat Barack Obama ondanks zijn historische overwinning en zijn verstandige optreden in de economische crisis een doelwit werd van Republikeinse haat? Trumps birther-campagne werd stilzwijgend gesteund door de Republikeinse leiding, inspelend op blank ongenoegen. ‘Lock her up’ vatte goed samen hoe Trump politiek ziet: er is geen legitieme oppositie, er zijn alleen vijanden. Winner takes all. Het leverde hem het presidentschap op.

Welbeschouwd is de huidige polarisatie dus eerder de norm dan een uitzondering. Ook als president doet Donald Trump zijn best dagelijks haat te stoken en weigert hij zelfs maar te pretenderen president te zijn van alle Amerikanen. Zijn partij beweegt gemakkelijk mee. Polarisatie werkt voor Trump en zijn volgzame Republikeinen.

Je kunt deze geschiedenis niet negeren. Barack Obama meende dat hij een bruggenbouwer kon zijn, het land aan elkaar kon knopen. Hij werd genadeloos gestraft voor een optimisme dat we nu herkennen als pijnlijk naïef. De Republikeinse baas der bazen, senaatsleider Mitch McConnell, stelde zich ten doel van Obama een één termijn president te maken. Dat lukte niet maar hij wist van Obama wel een machteloze president te maken, stal zonder blikken of blozen een zetel in het Supreme Court. Dat Democratisch presidentskandidaat Joe Biden zichzelf nu aanbeveelt als de enige die bruggen kan bouwen klinkt als het vragen om een nieuwe afstraffing. Het is erger dan naïef, het toont gebrek aan leervermogen.

Deze geschiedenis van polarisatie nodigt juist uit tot de vaststelling dat het land vraagt om confrontatie, om sterk aangezette tegenstellingen. Niet gewoon nu, maar altijd, als levenselixer. Niets is Amerikaanser dan confrontatie. Zo gezien zouden de Democraten er verstandig aan doen om een stevige programmatische oppositie te voeren, een radicaal alternatief aan te bieden dat recht doet aan de gepolariseerde verhoudingen. Een alternatief dat er ook zo uitziet. Ze hebben één groot voordeel: ze hoeven Donald Trump niet te demoniseren zoals in het verleden FDR, Clinton en Obama tot objecten van haat werden gemaakt. Trump zelf maakte polarisatie de norm in 2020, hij geniet van zijn status als duivel. Tot nu toe werkte het voor hem en het zou hem goed nog een termijn op kunnen leveren.

Donald Trump vraagt dan ook niet om een opvolger die net doet alsof polarisatie en strijd niet passen in het Amerikaanse patroon, Trump vraagt om een opvolger die luid verkondigt dat Trump en de Republikeinen het land naar de ondergang leiden, dat alles anders moet, dat twee visie op Amerika onverbiddelijk tegenover elkaar staan. Meer polarisatie in plaats van minder. De Democraten zouden er goed aan doen om de meerderheid van de Amerikanen te mobiliseren die Trump negatief beoordeelt, liever dan zielloze pogingen te doen om in het midden iets in elkaar te zetten dat in de praktijk onmiddellijk zal worden getorpedeerd. Er is geen midden in Amerika, niet als je verkiezingen wilt winnen.

De Amerikaanse geschiedenis beloont polarisatie, Amerika kan niet leven zonder. Als de Republikeinen sinds Richard Nixon één ding hebben laten zien dan is het dat zij die boodschap hebben begrepen en weten toe te passen. Democraten krijgen vaak het terechte verwijt dat ze een mes meebrengen naar een gunfight. Het is tijd dat ze een bazooka in stelling brengen om Amerika te redden.