Supreme Court rechter Samuel Alito, die van de infame Dobbs abortus uitspraak, ging gisteren in de Wall Street Journal (de opiniepagina) in de aanval tegen een artikel van Pro Publica, een onderzoeksgroep, dat nog niet eens gepubliceerd was. Nee, het was geen probleem, vond Alito, dat hij op een dure vistrip ging met rijke lui die zaken hadden voor het Supreme Court, en de chef van de conservatieve lobbygroep die hem twee jaar tevoren in het Supreme Court had gebracht. Het artikel van Pro Publica had een mooie foto van drie oudere mannen met enorme zalmen in hun handen. Leuk tripje met vrienden.
Wist Alito veel dat die mijnheer Singer zaken deed die voor het Hof kwamen. Zegt hij nu. WP columnist Ruth Marcus maakt korte metten met die onwetendheid. Al stond Singers naam misschien niet in de gerechtsstukken (over 2 miljard dollar die SIngers fonds van Argentinië eiste), elk artikel over de zaak die eindigde in het voordeel van SInger, noemde die naam. Alito vond het niet nodig zijn trip te melden. Als hij niet in het privé vliegtuig had meegevlogen, was de stoel leeg geweest. Duh.
Het is het zoveelste geval van ontbrekende mores bij conservatieve rechters van het Supreme Court. Clarence Thomas (die met de echtgenote die een Trump groepie is die op 6 januari aan de kant stond te roepen) nam vele reisjes aan van zijn goede vriend, een rijke financier. Hij liet het huis van zijn moeder opkopen door die man. Hij liet de studie van een neef die Thomas in zijn goedheid steunde, door de man financieren. Nice friends, if you can get them.
Allemaal geen probleem, claimen de heren. Goede vrienden moeten je kunnen trakteren.
Het Supreme Court heeft de afgelopen jaren in rap tempo aan aanzien verloren. Dat had te maken met de machinaties van Mitch McConnell die twee zetels stal ten bate van de conservatieven, en een aantal uitspraken die zo opzichtig in het voordeel van rijken en Republikeinen waren, dat ook bij gewone burgers alarmbellen gaan rinkelen. Ik denk aan de uitspraak die ondernemingen vrijuit de politici laat sponsoren omdat ze als onderneming vrijheid van meningsuiting hebben. Ik denk aan gerrymandering we-doen-niets uitspraken. Abortus. Het milieubureau kreupel maken. Het uitkleden van de Voting Rights Act.
Wat wij van buiten zien is maar een klein deel van wat er in het Supreme Court gebeurt. De minder de aandacht trekkende zaken hebben te maken met regulering en ondernemingen in de breedst mogelijke zin. Dat het Supreme Court zo belangrijk is voor McConnell en voor de opiniepagina van de Wall Street Journal heeft daarmee te maken. Abortus, homohuwelijk, contraceptie: dat gaat gewone burgers aan. Ondernemingsrecht kan miljarden schelen maar valt zelden op.
Federale rechters, inclusief die van het Supreme Court, worden voor het leven benoemd om ze ongevoelig te maken voor politieke druk. Ze krijgen er goed voor betaald, maar kunnen meer verdienen in de privé praktijk als jurist (mevrouw Roberts verdient miljoenen in de juristerij). Maar ze hebben een andere keuze gemaakt, dus ze moeten niet zeuren.
Het zou hen sieren als ze iedere schijn van belangenbehartiging of compromittering zouden vermijden. Maar er zijn geen regels voor het Supreme Court en Opperrechter Roberts, die zich wel degelijk zorgen maakt over de afbrokkelende waardigheid en geloofwaardigheid van zijn Court, vindt dat ook niet nodig. Hij weigert naar het Congres te komen om erover te praten.
De rechters geven blijk van een toondoofheid die de democratische rechtsstaat verder bedreigt. Ze zijn al inzet geworden van de verkiezingen (proto dictator DeSantis wil in acht jaar presidentschap het Hof voor decennia conservatief maken). Ze worden gewantrouwd.
Het is, helaas, allemaal onderdeel van de extreme partijdigheid die de Amerikaanse politiek heeft bevangen en het verlaten van democratische waarden door de Republikeinse Partij.