Bidens rijkelijk late offensief om de filibuster af te schaffen

President Biden is een offensief begonnen om de vastzittende wetgeving om op federaal niveau het kiesrecht te garanderen (twee wetten, aangenomen door het Huis, wachtend in de senaat) een flinke push te geven.

Rijkelijk laat. Te laat. Vanuit het perspectief dat de democratie in Amerika het afgelopen jaar dodelijk beschadigd is door Republikeins activisme en Democratische stilte, en nu de Big Lie door te veel Amerikanen wordt gedeeld, had de tegenactie maanden eerder moeten beginnen.

Er waren drie redenen waarom dat niet gebeurde. De eerste is dat Biden werkte met de illusie dat er bruggen gebouwd konden worden in Washington (je zou denken dat hij na de Obama zeperds in 2009/2010 daar wel van genezen was) en, daaraan gerelateerd, de oude man arrogantie dat hij met veertig ervaring in de senaat daar zaken kon doen. Hij had beter kunnen en beter moeten weten. Een additioneel aspect van deze reden is dat Biden alles in de Build Back Better wet stopte, een alles of niets poging die in niets lijkt te eindigen. Hij overschatte niet alleen zichzelf maar ook zijn mandaat.

De tweede reden is dat Biden op geen enkel niveau de bully pulpit van het presidentschap heeft gebruikt om gedaan te krijgen wat hij wil dat gebeurt. Van Reagan had hij kunnen leren dat als je beleid gedwarsboomd wordt maar er wel brede steun in het land voor bestaat, je dat beleid moet verkopen zodat het land druk zet op onwillige politici. Biden is geen geweldig spreker en zijn bejaardheid helpt niet, maar ja, als je helemaal niets zegt of doet dan leidt het ook nergens toe.

De derde reden is dat voor deze wetgeving de filibuster regeling moet worden doorbroken. Die houdt in dat je in de senaat 60 van de 100 leden moet winnen voor een wetsvoorstel, anders komt het niet eens aan bod. het is een regel die ogenschijnlijk senatoren dwingt om het midden op te zoeken, in de praktijk is het een recept voor het blokkeren van wat de meerderheid wil. Zie Obamacare, de belangrijkste sociale wetgeving van de 21ste eeuw, eindeloos opgerekt door de Republikeinen.

Over die derde reden moeten we het nu hebben. Gaan de Democraten nu eindelijk die ban op meerderheidsbeleid breken? En moeten ze dat doen? De redenering, onder andere van Mitt Romney die geen stap naar het midden gezet heeft, dat als de filibuster wordt afgeschaft, de Democraten in 2024 als de Trumpies zowel het presidentschap, het Huis als de Senaat zouden kunnen winnen, met de gebakken peren zullen zitten. Als je deze redenering accepteert dan accepteer je dat de Republikeinse minderheid permanent wetgeving blokkeert.

Republikeinen wijzen erop dat toen de Democraten in 2012 met nog een meerderheid in de senaat de 60 stemmen regel afschaften voor Supreme Court benoemingen (nadat ze dat eerst al hadden gedaan voor lagere rechters, die door de Republikeinen jarenlang in gijzeling waren genomen), ze geen andere keuze hadden dan de diefstal van twee Supreme Court zetels door McConnell te aanvaarden. Dat is waar, maar ook hier geldt dat het duidelijkheid schiep. Geef de Republikeinen de meerderheid en ze verlagen belastingen en benoemen rechters die out of step zijn met het land. Dan weten we tenminste waar we aan toe zijn.

Ik ben ervoor om die filibuster uit het raam te kieperen. Democratie moet duidelijk maken wat mensen willen en of leiders in staat te kunnen leveren waarvoor ze zijn gekozen. Daarin past deze obstructieregeling niet. Laat Gods water maar ove Gods akker stromen, laat de VS maar een nog ridiculer land worden als de Republikeinse minderheid regeert en de Democraten door kiesregelingen en constitutionele achterlijkheid geen meerderheid kunnen halen.

Er wordt veel over een burgeroorlog geschreven, een boek van Barbara Walter, How Civil Wars Start, is populair leesvoer. Zij onderzoekt de omstandigheden waaronder eerder op diverse plekken burgeroorlogen ontstonden. De kritiek dat je als die lijn van pre-democratische regimes doortrekt naar een post-democratisch Amerika je appels met peren vergelijkt snijdt enig houdt. Maar er zijn niet zoveel voorbeelden van een florerende democratie met een lange geschiedenis die ten onder gaat en Walters’ verhaal, gecombineerd met wat we zien gebeuren is zorgwekkender dan het lijkt.

Het zal geen burgeroorlog zijn a la die van 1861. Dat was het land keurig verdeeld, je kon gemakkelijk opsplitsen en als Lincoln er niet was geweest, dan was dat ook gebeurd. Maar een land waar zoveel rechts radicale militia’s rondlopen en zoveel wapens circuleren als de VS heeft het potentieel om als een kruitvat te ontploffen. 6 januari was er een eerste voorbeeld van (of een tweede na de bezetting van het congresgebouw in Michigan en de moorddreiging op de gouverneur). En nee, ik onderschat ook niet het geweld dat mogelijk is ter linkerzijde.

Ridicuul anarchisme zoals dat de afgelopen jaren was te zien in Seattle en Portland, Oregon, heeft evenveel potentieel om tegengeweld op te roepen. Voeg beide bij elkaar, steek de lont aan met weer een verkiezing die door de Republikeinen overduidelijk wordt gestolen, en ik ben er niet zo zeker van dat een burgeroorlog achtige geweldssituatie onmogelijk is. Misschien lijkt het meer op de late jaren zestig, begin jaren zeventig, toen er meer geweld was dan we ons graag herinneren, maar ik denk dat we voor veel hetere vuren staan.

Terug naar de filibuster. Biden kan oreren wat hij wil, uiteindelijk komt het aan op de vraag of alle vijftig Democratische senatoren bereid zijn om de ban te breken om de kieswetten erdoor te krijgen. In elk geval Manchin en Sinnema liggen weer dwars, maar ook een enkele andere senator. Het schijnt dat meerderheidsleider Schumer de zaak nu gaat forceren. Dat lijkt me verstandig.

Want die meerderheid, alleen dankzij Harris als voorzitter, is uiterst kwetsbaar. Het zijn niet enkel Manchin en Sinnema, maar als er ook maar één senator dood neervalt – en het is een bejaarde club, ongeveer van de leeftijd en met de energie van Joe Biden – dan hebben we een probleem. In veel staten waar dit zou kunnen gebeuren kan een Republikeinse gouverneur dan een benoeming doen die de meerderheid ongedaan maakt.

Dat gebeurde in 2010 toen Ted Kennedy overleed. In Massachusetts kwam een Republikein aan de macht die de zestigste stem (de filibuster) voor Obamacare blokkeerde. In 2001 gebeurde in een gelijke senaat het omgekeerde: een Republikein die de belastingverlagingen voor de rijken die kleine Bush erdoor jaste niet accepteerde, stapte over naar meestemmen met de Democraten waardoor die tijdelijk (tot 2002 toen kleine Bush met zijn oorlogen een meerderheid in de senaat kreeg) de senaat konden organiseren.

Democratie vereist duidelijkheid. Zoals Republikeinen steeds zeiden nadat Trump in 2016 was gekozen: verkiezingen hebben gevolgen. Dat moet duidelijk zijn. De filibuster maakt dat onmogelijk. Weg ermee.

Gaat het gebeuren? Ik betwijfel het. Democraten zijn niet voldoende machtsspelers om door te drukken en geven daardoor de Republikeinen de mogelijkheid hen te dwarsbomen. Maar ik slik graag mijn woorden in als het toch mogelijk blijkt.