Waarom Trump helemaal niet zo gemakkelijk zal worden herkozen.

Op pad in de auto hoorde ik vrijdag een ‘discussie’ over de kans dat Trump wordt herkozen. Zonder moeite nu de Democraten zich verdeeld tonen, meende de bekende en zeer onderlegde Amerika expert Frenk van der Linden. Het leidde een item in waarin de aanwezige panel leden vijf minuten onzin mochten debiteren.

Ze zitten op een trend want er wordt veel gezeurd op dit niveau. Meestal met weinig kennis van zaken. Ga maar na, na de debatten van vorige week zijn er nog maar vijf serieuze kandidaten over. Wel op niveau maar even fout zat Cas Mudde met een stuk in de Guardian, door de Standaard vertaald als zou Trump winnen met zijn vingers in zijn neus.

Hieronder mijn reactie als op ed stuk voor de Standaard, vandaag gepubliceerd. U hoeft niet per se Mudde te lezen om mijn redenering te volgen.

Cas Mudde geeft vier redenen waarom Donald Trump moeiteloos zal worden herkozen. Hij zit er vier keer naast. De basis voor zijn betoog is dat Democraten niet de les van 2016 geleerd hebben dat ‘verkiezingen niet worden gewonnen door passieve meerderheden maar door gemobiliseerde minderheden’. Inderdaad waren het boze, opgewonden blanke kiezers in een beperkt aantal staten die Trump tot zijn eigen verbazing het presidentschap opleverden. Maar laat dat nou precies de les zijn die de Democraten hebben geleerd: geëngageerde minderheden worden de basis van Trumps verlies in 2020.

Mudde houdt een slag om de arm door zijn betoog te beperken ‘tot dit moment’ maar de redenen die hij geeft waarom Trump ‘met de vingers in de neus’ zou worden herkozen, blijken bij nadere beschouwing geen hout te snijden.

Als eerste reden voert Mudde de economie aan: stevige groei en lage werkloosheid. Nog afgezien van de kans dat de langst durende periode van economische groei nu snel tot een einde komt zeggen die cijfers betrekkelijk weinig over het welbevinden van de Amerikaanse kiezer. In 2016 werd Trump geholpen door ongenoegen van kiezers in industriestaten over de ontwikkeling sinds de crisis van 2008.

Dat ongenoegen was begrijpelijk. De banen die na de crisis terugkwamen waren van slechtere kwaliteit en werden slechter beloond. Bovendien werden hun staten geteisterd door lage huizenprijzen waardoor mensen niet in staat waren te verhuizen naar de wel groeiende maar dure kuststaten. Een van de bijverschijnselen was een record aantal verslaafden aan pijnstillers en opiaten. De Democraten blunderden door er al die tijd weinig aandacht aan te besteden.

Nationale groeicijfers miskennen dat er in die staten weinig is veranderd. Anders gezegd, Trump heeft niets waargemaakt van zijn beloftes. Vorige week nog schreef The New York Times over Trump-kiezers in Michigan, Wisconsin en Pennsylvania. Ze waren ontevreden. Ronduit boos zijn de kiezers in landbouwstaten die de last dragen van Trumps handelsbeleid.

Voor een deel gaat het hier om kiezers die in 2008 en 2012 op Obama hadden gestemd. Ze kunnen gemakkelijk terugkeren naar de Democratische Partij die zich nu concentreert op onderwerpen die hen aangaan. Dat bleek al in 2018 toen de kiezers zich niet in de luren lieten leggen door goede economische cijfers. Ze kijken om zich heen en de Democraten kijken dit keer met hen mee. De groei van de inkomensverschillen, Trumps pogingen om het nu populaire Obamacare de nek om te draaien, de belastingverlagingen voor de rijken en de ondernemingen, het ontbreken van beloofde investeringen in onderwijs en infrastructuur: Democraten buitelen over elkaar heen om de problemen te benoemen. Een aantal van hen heeft serieuze plannen.

Mudde stelt dat Trump wel degelijk heeft geleverd. Maar dat beperkt zich tot de klassieke Republikeinse agenda van lagere belastingen en minder regulering – niet wat Trump beloofde. Inderdaad heeft de porno-president, zoals een Democraat hem noemde, de christelijke stemmers aan zich gebonden met de benoeming van conservatieve rechters die een beleid voorstaan dat de meerderheid van Amerika niet wil.

Maar die kiezers zitten sowieso al in het Trump kamp, al moet niet onderschat worden hoeveel Amerikanen zich storen aan de bekladding en ondermijning van de status van het presidentschap. Hetzelfde geldt voor afkeer van Trumps buitenlands beleid van het schofferen van bondgenoten, het opstarten van economische conflicten en het niet beëindigen van de ‘forever wars’ in Irak en Afghanistan en het uitlokken van een nieuwe oorlog met Iran. En dan hebben we het nog niet over Trumps capriolen met zijn geliefde vriend Kim. Zelfs sommigen van die evangelische kiezers hebben aarzelingen. Een aantal van de kiezers die in 2016 een risico durfden te nemen zal nu thuisblijven.

Mudde heeft gelijk dat immigratie en zelfbeklag over alle tegenwerking die Trump zou hebben ondergaan een aantal kiezers op zal leveren die hem een tweede kans willen geven, ook al zijn ze tot nu bedrogen uitgekomen. Maar dat is enkel de groep die toch al tot zijn achterban behoorde in 2016. Wat Trump nodig heeft is uitbreiding. Trump is een goede campagnevoerder maar wel een die enkel kan gloriëren in het zaaien van verdeeldheid. Daarmee gaat hij geen tweede keer aan de haal. Bovendien had hij in 2016 niet een Democraat als tegenstander maar de persoon van Hillary Clinton, een wel heel gemakkelijk doelwit.

Mudde is veel te pessimistisch. De Democraten hebben wel degelijk een boodschap. Die is een stuk minder centristisch en halfslachtig dan in 2016 en doet recht aan de gepolariseerde toestand van Amerika. Er vallen geen bruggen te bouwen met deze Republikeinen en dat is wat vrijwel alle Democraten onderkennen. Confrontatie met beleidsvoorstellen is het enige antwoord. Joe Biden, een soort reïncarnatie van Clinton, is de enige die dat anders ziet.

Mudde ziet weinig energie en weinig enthousiasme onder de Democratische kiezers. Ik weet niet waar hij dat op baseert. Ik zie alleen maar enthousiasme en tomeloze energie, ook al zijn die nog niet op één kandidaat gefocust. Sinds de eerste demonstraties rondom Trumps inauguratie zijn meer mensen dan ooit bezig met het financieren en verwoorden van een tegengeluid. Het leverde in 2018 een stevige overwinning op in het Huis van Afgevaardigden. Wie het ook opneemt tegen Trump, hij of zij kan rekenen op enorme steun van een electoraat dat weet dat dit de laatste kans is om de Republikeinen te stoppen.

We zien een land dat tot op het bot verdeeld is, een Republikeinse Senaat die rechters benoemt die uit de pas lopen met de gemiddelde Amerikaan, en niet zomaar een beetje, een roekeloze, harteloze en soms ronduit geschifte president die Amerika ondermijnt, thuis en in de wereld. Die president heeft in drie jaar niet over meer dan 43 procent steun kunnen beschikken. Dat was en is zijn onwrikbare achterban. Hij heeft nauwelijks ruimte voor groei en doet daar met zijn polariserende optredens ook geen moeite voor.

Niemand moet zich rijk rekenen en ja, Democraten kunnen er nog een potje van maken. Maar naarmate duidelijker wordt wie de nominatie krijgt en in de pas daarmee met welke agenda de Democraten de verkiezingen in gaan, zal blijken dat Muddes pessimisme ongerechtvaardigd is. Donald Trump moet niet onderschat worden maar dat hij zonder moeite zal worden herkozen lijkt me rijkelijk overdreven.