Alles wat Amerika gevaarlijk maakt, nu in Atlanta

De moordpartij in Atlanta is een staalkaart aan wat er mis is in de Amerikaanse samenleving. Een man koopt ‘s ochtends een wapen en schiet later op de dag acht mensen dood. Hij vermoordt Aziatische vrouwen, voor veel Amerikanen symbool van zowel vrouwelijke verleiding als nu, dankzij het racisme van Donald Trump, van corona problemen. De 21-jarige moordenaar blijkt een product van de vergiftige nonsens die evangelische kerken hem aanpraatten. Seks is slecht, vrouwen zijn verleidsters, Aziatische vrouwen het symbool daarvoor. Dit is het deel van de samenleving dat de gefrustreerde mensen oplevert die het Capitool bestormen, samenzweringsonzin geloven en, in niet eens zo heel extreme gevallen, hun mysogenie en racisme botvieren door te moorden.

De meeste moordpartijen vinden hun wortels in de zieke krochten van de Amerikaanse geest. We vinden ze pijnlijk normaal, dat wil zeggen, een vast onderdeel van de dagelijkse onveiligheid in Amerika. Ze verdwijnen weer snel uit beeld. De meer dan vijftig doden in Las Vegas? De vermoorde keuters in Connecticut? Voer voor samenzwerings idioten. De scholieren in Florida? Gebagatelliseerd door een fris gekozen Republikeinse afgevaardigde. Beloftes om wat te doen aan al die wapens? Liever thoughts and prayers en op naar de volgende massamoord.

Het racisme tegen Aziaten krijgt in het algemeen te weinig aandacht in het dagelijkse racisme tegen zwarte Amerikanen. Maar het heeft een lange geschiedenis, teruggaand tot de goudkoorts in 1849. Al in 1882 werden de grenzen gesloten voor Chinezen, vooral voor Chinese vrouwen die natuurlijk allemaal prostituees waren. De rellen in Californië, jaren 1870, 1880, waren dodelijk. Mijn Chinees Amerikaanse schoonouders vertelden over de moeite die ze hadden in de jaren vijftig om een huis te kopen. De witte eigenaren hadden een pact om niet aan yellow people te verkopen.

Amerikaanse mannen hebben een bepaald idee over Aziatische vrouwen. Ik kan dat aspect moeilijk inschatten omdat ik er niet mee behept ben, maar voor een ervaring van binnenuit kan ik u verwijzen naar de column die mijn echtgenote erover schreef.

Ten slotte, niet om volledig te zijn, maar om een niet onbelangrijke component erbij te houden: die kerken, dat perfide geloof, die onzin die mensen wijsgemaakt krijgen. Een haatzaaier als Wilders loopt voortdurend te roepen over de islam, hij zou eens dichter bij huis moeten kijken naar deze evangelische psychologische terroristen die mensenlevens kapot maken. Ook in Nederland geen ongekend fenomeen, sommige van onze schrijvers boeken succes met hun verhaal over een bekrompen samenleving. Sommige predikanten en hun hulptroepen verklaren dat normale menselijke gevoelens een seksverslaving zijn, zoals de moordenaar in Atlanta kreeg wijsgemaakt.

Haat is altijd pervers, zowel als hij komt van Wilders als van een doorgeslagen jongere met, zoals de politiechef het meende te moeten kwalificeren, ‘a bad day’. Haat kost levens.