Moore, Sessions en Trump: Alabama politics

Waarom stemmen relatief arme burgers in Alabama voor een extremistische bijbelgooiende anti-grondwet politicus die niets voor hen gaat betekenen – behalve dat hij hun diepste geloof en gevoelens opjuint en zo vertegenwoordigt? De racist in het Witte Huis was misschien verrast dat zijn populisme en politiek van ressentiment er juist toe leidt dat de kiezers, zijn kiezers, zich scharen achter iemand die alle kwaad vindt in Washington, in de overheid, in democratische instellingen. Hij had enkel zijn oude vriend hoeven te raadplegen, de man wiens zetel in Alabama openligt: Jefferson Beauregard Sessions, een variant op Roy Moore.

Trump is dom. Sessions en Moore zijn evil. Soort lokale Kims. Misschien dat Trump die vergelijking zou begrijpen maar ik zou er geen geld op zetten.

Dat sociaal economische teleurstelling, zelfs achterstelling, zich vertaalt in een culturele tegenstelling, in ressentiment tegen moderniteit, globalisering en andere vage doelwitten, moet geen verrassing zijn. Het is, in een mooie Amerikaanse uitdrukking, ‘de oudste truc in het boek’. De racisten die na de Burgeroorlog het Zuiden in een moeras van haat leidden, in honderd jaar achterstand en gebrekkige ontwikkeling, stookten ressentiment, ongenoegen, afkeer van anderen om blanke arme sloebers te gebruiken om hun houdgreep op de samenleving te behouden. Dit is zuidelijke politiek: houdt ze eronder met culturele en racistische exclusiviteit. Moore en Sessions zijn gepokt en gemazeld in dit soort haatpolitiek. Trump is een nieuwkomer die het niet helemaal vatte maar intuïtief meegaat in het racisme en ressentiment. Zijn ‘gevecht’ met de football spelers, Trumps onthutsende ideeën over vrijheid van meningsuiting, des te onthutsender van een Amerikaanse president, werden niet voor niets in Alabama geuit.

Wat er werkelijk gebeurt in Washington is veel gevaarlijker dan Trumps stupide optreden in Alabama. Minister Sessions bracht zijn versie van vrijheid van meningsuiting naar Georgetown University, waar hij tekeer ging tegen een favoriete boogeyman van rechts: de intolerantie op de universiteiten. Vrijwel iedereen had daar wat zinnigs over kunnen zeggen want het is een schande dat studenten zich zo laten manipuleren, maar Sessions was de minst geloofwaardige persoon die dit kon doen.

In de vraag en antwoord sessie na zijn toespraak had Trumps ex-vriend, vernederd en voor schut gezet, een wel heel beperkte visie op vrijheid van meningsuiting, zeker voor de hoogste rechtshandhaver in het land. Er was niets mis met de oproep van de president van de Verenigde Staten om football spelers die hun mening uitten te ontslaan. Had niets te maken met vrijheid van meningsuiting. Vond kleine Jefferson Beauregard, die in Roy Moore een waardig opvolger vindt als vertegenwoordiger van de staat die eerder rabbiate racisten voortbracht als Jim Folsom, George Wallace en John Patterson.