Philadelphia & Washington: een verhaal van twee hoofdsteden

Veel Europeanen zijn er sceptisch over, maar echt, Amerika heeft een
geschiedenis. Niet alleen is die interessant en leerzaam, Amerikanen zijn
bovendien erg goed in het doen herleven van die geschiedenis.
Philadelphia, waar de Onafhankelijkheidsverklaring en de Grondwet werden
opgesteld, en Washington, sinds 1800 de Amerikaanse hoofdstad, barsten van
de historische plekken – ver terug in de tijd, zoals de Liberty Bell of
dichtbij, zoals het Witte Huis en het Watergate Hotel. Wie een dieper
inzicht wil in de Verenigde Staten en bovendien twee uitzonderlijk
aangename steden wil bezoeken, mag zich deze twee historische plekken niet
laten ontgaan.

Philadelphia is de oudste van de twee. De stad van de ‘broederlijke
vriendschap’, zoals de naam letterlijk betekent, was in de tweede helft
van de achttiende eeuw de belangrijkste stad van de Verenigde Staten.
Sterker, na Londen was het de grootste stad in het Britse koloniale rijk.
In die tijd was Philadelphia het cultureel en wetenschap centrum van
Amerika, onder leiding van een van de bekendste Amerikaanse historische
figuren, Benjamin Franklin.

In Philadelphia kwamen in 1776 dan ook de dertien kolonies bijeen om de
Onafhankelijkheidsverklaring op te stellen, en hier werd na de overwinning
in de onafhankelijkheidsoorlog ook de grondwet opgesteld. Het was een
komen en gaan van de geniale mensen die verantwoordelijk waren voor de
wording van de Verenigde Staten. Op straat kon je Thomas Jefferson
tegenkomen, of George Washington, converserend met Alexander Hamilton of
James Madison.

Geen wonder dat Philadelphia ook een tijdje als hoofdstad van het
nieuwe land functioneerde, totdat het nieuw gestichte Washington dat
overnam. Independence National Historic Parc, met de befaamde Liberty
Bell, bevat zo’n beetje alle historisch gebouwen uit die tijd, inclusief
Independence Hall waar vele historische woorden werden gesproken.
Amerikanen zijn erg goed in het herscheppen van de sfeer en stemming van
dit soort historische gebeurtenissen, zo ook in Philadelphia. Je loopt zo
Ben Franklin tegen het lijf, of een gids in kleding uit die tijd. Het
meest verrassende is dat dit meestal heel smaakvol gebeurt, niet in de
Disney-sfeer die u wellicht zou verwachten.

Als u een beetje het trotse gevoel wil delen dat Amerikanen bevangt als
ze denken over hun inderdaad unieke grondwet en hun politieke systeem, dan
is dit de plek om het te doen. Maar het zou Philadelphia en uzelf tekort
doen om alleen te wijzen op deze historische plekken. Philadelphia is een
van die steden die de laatste tien, vijftien jaar een geweldige
vernieuwing hebben ondergaan, waardoor het oude stadscentrum een nieuw
leven hebben gekregen. Gebaseerd op de oude structuur, want de stad werd
aan het eind van de zeventiende eeuw opgezet door Quakers, onder leiding
van William Penn (vandaar Pennsylvania), met een stadsplan gebaseerd op
vijf pleinen, veel bomen, tuinen en groen. De straten lagen en liggen als
spaken rondom Central Square, uitlopend op pleinen die elk hun eigen sfeer
hebben. Philadelphia is dan ook gemakkelijk te bewandelen (het is een
echte wandelstad) al klaagde Charles Dickens eens dat hij er heel wat voor
over zou hebben om een kromme straat te zien. Overigens was dit stadsbeeld
het model voor veel, zoniet de meeste Amerikaanse steden.

Aan musea heeft Philadelphia geen gebrek. Er is de Academy of Natural
Sciences, Amerika’s eerste museum voor natuurgeschiedenis en terecht een
trekpleister in de stad van Franklin die behoorlijk wat ontdekkingen deed
– onder andere de beroemde blikseminslag die hij in een vlieger wist te
genereren. Dat spreekt nog meer in het Franklin Institute Science Museum.
The Museum of American Art is voor bewoners hun favoriete plek, met zijn
mooie collectie Amerikaanse kunst, van Georgia O’Keeffe tot Mary Cassat
en Charles Wilson Peale. The Barnes Foundation is een prachtige privé
collectie van Franse moderne en postimpressionistische schilders. In een
blok gevormd door Vine, Walnut, Front en 4th Street ligt het zogenoemde
Art District – de eerste vrijdag van de maand zijn alle galerieën ook
in de vooravond geopend.

Maar Philadelphia is ook gewoon een oude stad met etnische wijken.
Vooral South Philly is de moeite waard. De Italiaanse wijk is de
bekendste, maar er zijn ook andere nationaliteiten te vinden, tot en met
de meest recente nieuwkomers, de Vietnamezen. South Street is de
uitgaansbuurt, met een sfeer en straatleven die kan wedijveren met andere
grote steden. Zoals zoveel Amerikaanse steden, ligt ook Philadelphia aan
een rivier, en langs de oevers daarvan vinden vooral ’s zomers de leukste
activiteiten plaats.

Funky Philadelphia

Old City, ten noorden van Society Hill, was eens een verzameling
negentiende eeuwse pakhuizen, nu is het het Soho van Philadelphia met
galerieën, restaurants, pubs en lofts. Gelukkig heeft het de oude
historische trekpleisters behouden, zoals het Betsy Ross House en de
aardige Elfreths’s Alley, waarvan men zegt dat het de oudste permanent
bewoonde straat is van de Verenigde Staten. Queen Village ten zuiden van
South Street is weer opgebloeid als een woonwijk en dat geldt ook voor de
buurten rondom Fitler Square en de bloeiende University City wijk. Wat
verder weg liggen in het westen de Main Line steden die hun Anglofiele
oud-geld uitstraling behouden, terwijl Chestnut Hill in het noordwesten
profiteert van de heerlijke charmes van zijn ligging op een heuvel, boven
de drukte en het gewoel van de Center City. Het meest verrassend is nog
wel de snelle wederopstanding van funky Manayunk. Deze eens tot verval
geraakte fabriekstad aan de Schuylkill rivier, vol met Italianen, Polen en
Ieren, die wonen in kleine witte huisjes die aan steile heuvelwanden
liggen. Manayunk kan nu bogen op een hoofdstraat vol met nieuwe
restaurants, boetiekjes, antiekwinkels en een prima Farmer’s Market waar
je alles kunt krijgen van taco’s en Thaise noedels tot verse
jakobsschelpen en Franse camembert op een terras boven de kronkelende
rivier.

Vanuit Philadelphia, als u toch al in een historische gestemd gemoed
bent, is het bijzonder aantrekkelijk om naar het anderhalf uur zuidelijker
gelegen Washington te reizen – per auto als u die al gehuurd hebt, of
per snelle Amtrak trein, als u beide grote steden zonder auto bezoekt, wat
heel goed mogelijk is.

Unieke eenheid

Washington DC is natuurlijk een verhaal apart. De stad staat symbool
voor de macht van Amerika, maar dat was nog een ver verhaal toen rond 1796
werd besloten om aan een vierkante lap grond aan de Potomac River een
nieuwe hoofdstad te bouwen. DC betekent overigens District of Columbia,
omdat de hoofdstad als unieke eenheid bij geen enkele staat hoort. Alle
belangrijke overheidsactie sinds 1800, toen president John Adams zijn
intrek naam in het nog klamme en half afgebouwde Witte Huis, heeft hier
plaatsgevonden. Omdat Amerikanen hoge verwachtingen hadden, zetten ze hun
hoofdstad in elk geval groots op. Capitol Hill is het centrum, van waaruit
de avenues waaieren, op een heel on-Amerikaanse manier, breed, open en
gelijnd met bomen. Vanaf Capitol Hill tot aan de rivier de Potomac loopt
de Mall. Dit is een groot wandel en promenade gebied, waaraan de
belangrijkste musea van de stad liggen, uitlopend op het bekende
Washington Memorial, de obelisk, aan de voet waarvan het Witte Huis ligt.
In het verlengde van de mall liggen plezierige grasvelden en waterpartijen
met als sluitpunt, vlak bij de rivier, het Lincoln Memorial, de plek
vanwaar Marten Luther King zijn befaamde ‘I have a dream’-toespraak
hield. Ertussenin liggen nog het aangrijpende Vietnam Memorial, een grote
zwarte muur met 57.000 namen erin gebeiteld van omgekomen Amerikanen, het
Jefferson Memorial, het Korean War Memorial en sinds een paar jaar ook het
monument voor Franklin D. Roosevelt, die andere grote president. Kortom,
dit is de plek waar de moderne geschiedenis van de Verenigde Staten in ere
wordt gehouden, inclusief, aan de overkant van de Potomac, de Arlington
Cemetery met het graf van John F. en Robert Kennedy.

Washington is een stad waar de geschiedenis dagelijks gemaakt wordt –
al denken hedendaagse politici soms al te hoog over hun eigen historische
relevantie. Zeker is dat u een paar dagen moet gebruiken om deze bekende
plekken te bezoeken, inclusief de Witte Huis tour, als het tenminste niet
teveel tijd kost om kaartjes te krijgen, Capitol Hill, de Library of
Congress en het Supreme Court gebouw.

Langs de mall liggen de musea van de Smithsonian Institution, allemaal
gratis omdat dat nu eenmaal zo hoort in de hoofdstad. Maak daarvan
gebruik, want de musea zijn de absolute top. De National Gallery, East
Wing én West Wing voor kunst, het Museum of Natural History voor
Dinosaurussen en natuurgeschiedenis, het Museum of American History, het
Air en Space Museum, Oude Afrikaanse en Aziatische kunst, het Joods
museum, het museum van de Pers – u kunt het zo gek niet bedenken of het
is langs de mall aanwezig. Elders in de stad, vlak bij de populaire Dupont
Circle, is de Phillips Collection gevestigd, een van die privé collecties
waarop Amerika het patent heeft.

Etnische wijken

Maar het zou fout zijn Washington alleen maar te zien als een politieke
stad, of een centrum van Amerikaanse macht en geschiedenis. Er wonen ook
mensen en het is een van de meest aangename Amerikaanse woonsteden, vol
met levendige wijken. Rond Dupont Circle, met zijn boekenwinkels, cafés,
terrasjes, restaurants en uitgaanscentra is het altijd plezierig druk. In
Georgetown is het niet alleen mooi wonen voor degenen die zich dat kunnen
veroorloven (veel politici bijvoorbeeld) in oude huizen van baksteen, maar
leeft ook nog iets van de oude tijden. Tegelijk is het een centrum met
plezierige restaurants, winkels en uitgaanscentra, al komen er in de
weekends wel erg veel jongelui uit de provincie hun plezier halen.

In de wijk Adam’s Morgan daarentegen swingt het etnische leven van de
stad, met Ethiopiërs, zwarten, Japanners, hispanics en andere kleurrijke
groepen die van deze wijk een flitsende buurt maken. Zo zijn er veel
wijken waar de bezoeker een uiterst plezierige stad ontdekt, die
gemakkelijk te belopen is, of waar alles gemakkelijk is te bereiken met de
uitstekende metro. Tenslotte is de Washington Zoo, een voorbeeldige
dierentuin, met als grote trekpleister de Panda beertjes die als jaren
voor nakomelingen proberen te zorgen – daarbij gevolgd door de nationale
pers, het is uiteindelijk de hoofdstad.

Washington DC leent zich ook bij uitstek als uitvalsbasis voor tochtjes
van één of meer dagen die u terugbrengen naar het oude, koloniale
Amerika. Een leuke dagtocht (over de rivier de Potomac per boot te
bereiken) is Mount Vernon, het woonhuis van George Washington, de eerste
president, die door Amerikanen nog steeds erg hoog gewaardeerd wordt. Ook
aardig is een bezoek aan Annapolis, de hoofdstad van de staat Maryland,
waar de beroemde Naval Academy is gevestigd. Iets verder weg, in de staat
Virginia ligt Williamsburg, een historisch park in de stijl van 1780, er
zijn de slagvelden van de Burgeroorlog, en, in Charlottesville,
Monticello, het unieke woonhuis ontworpen en gebouwd door president Thomas
Jefferson, die als een waar achttiende eeuws genie bovendien de
Onafhankelijkheidsverklaring schreef, een universiteit opzette en de
grondslag legde voor Amerika’s Library of Congress. Eenmaal op weg, kunt
u op een paar uur rijden van de hoofdstad in een compleet andere wereld
zijn, in Shenandoah National Park met zijn befaamde Skyline Drive, die
verder naar het zuiden overgaat in de Blue Ridge Parkway. Aan de andere
kant van de stad ligt Chesapeake Bay, een van Amerika’s belangrijkste
watergebieden – en bron van overheerlijke soft shell crabs, een
lekkernij.

Dakterras

Kortom, Washington is niet alleen een machtscentrum maar ook een
toeristische bestemming van de eerste orde. Het is een stad om veel in te
wandelen (dat kun je van niet zo veel Amerikaanse steden zeggen), met veel
groen en met een ideale combinatie van plezier, cultuur en politiek. Welk
deel u tot u neemt en wanneer, dat is uw eigen keuze. Elke combinatie is
mogelijk. Denkt u er maar eens over na op het dakterras van het Hotel
Washington(wel vòòr vijf uur een tafeltje bezetten), naast het
Ministerie van Financiën en het Witte Huis. Met een daquirie of andere
koele cocktail kijkt u uit over de tuin van president Bush, over de mall
en in de verte de rivier. En zit daar aan dat tafeltje iets verderop niet
een bekend gezicht? Senator Clinton misschien? Of Monica Lewinsky? Hé,
daar gaat de presidentiële helikopter. Het kan allemaal in Washington DC.