Essay: drie boeken over integratie

Hoe staat het er nou eigenlijk voor met de integratie in Nederland? Ogenschijnlijk een eenvoudige vraag met, zo zou je verwachten, een meetbaar antwoord. Ik vroeg aan enige tientallen deskundigen op dit terrein naar de boeken die iemand zou moeten lezen als hij uit het buitenland kwam (de klassieke ‘bezoeker van Mars’) en snel een indruk wilde krijgen van de stand van zaken. Voor het gemak ging ik ervan uit dat de bezoeker, een slimme journalist natuurlijk, Nederlands kon lezen. Ik zal hieronder schrijven over wat voor antwoorden die vraag opleverde, maar eerst iets over de vraagstelling.

Het probleem zit hem in het begrip integratie. Zoals Willem Schinkel op amusante en onderhoudend wijze betoogt in zijn De Gedroomde Samenleving (ook op de lijst) is dat een problematisch begrip. Niet problematisch omdat je het ‘problematiseert’ zoals modieuze sociologen wel willen doen maar omdat het complex is. Dat is de reden dat Schinkel het in zijn betoog tussen haken zet (zo: [integratie]) dan hoeft hij het niet steeds tussen aanhalingstekens te zetten. Hij laat zien hoe een begrip als integratie impliceert dat er iemand of een groep te integreren valt. Daarmee maak je automatisch een scheiding tussen zij die niet geïntegreerd zijn en zij die dat wel zijn, voor veel mensen ook ruwweg de scheiding die de woorden allochtoon en autochtoon te weeg brengt, of, van recenter datum, het gemakzuchtige containerbegrip ‘de moslims’. Zo citeert Schinkel mevrouw Verdonk, toen nog minister, die vast stelt dat ‘klaarblijkelijk’ Mohammed B. ‘niet geïntegreerd’ was.

Ik zal er hier niet op ingaan. Mijn idee is dat alle beleid in een samenleving (ook al zo’n lastig begrip, maar dat terzijde) integratie ten doel heeft, namelijk de samenhang van die samenleving bevorderen. Door het begrip integratie in mijn vraagstelling niet te definiëren liep ik het risico dat de antwoorden alle kanten op waaierden. Dat klopte en tegelijkertijd viel het mee. Er kwamen duidelijk koplopers te voorschijn. Ik heb geprobeerd om alle genoemde werken te lezen. Een aantal was al mijn tafel gepasseerd, een aantal bleken plezierige vondsten, een aantal stelden me teleur in scoop en zinnigheid voor de queeste van onze journalist. Een paar waren politieke tractaten waar ik niets mee kon.

Wat me het meest verraste was de hoge plek die het boek van Ian Buruma, A murder in Amsterdam, bereikte. Het werd zeven keer genoemd. Dat lijkt niet veel maar gezien de enorme keuzemogelijkheden springen boeken die meer dan, pak weg, drie keer genoemd worden, er echt uit. Buruma ís in veel opzichten die journalist van Mars. Hij leest Nederlands, is hier opgegroeid, is een wereldburger en een bijzonder interessant publicist. Maar Murder in Amsterdam gaat over het Amsterdam van net na de moord op Van Gogh en hoewel het daarvan een aardig beeld geeft, gaat het niet over integratie. Althans, niet zoals ik het bedoelde maar ik zei het al, dat was mijn eigen schuld.

Toch gaf Buruma een trend weer. Opvallend is dat veel respondenten boeken op de lijst zetten die meer vertelden over het debat over integratie dan over de integratie zelf. Zo kun je uit Paul Scheffers boek, Het land van aankomst toch moeilijk opmaken hoe het werkelijk staat met de taalvaardigheden, de opleidingen, de banen en de politieke participatie van Nederlanders met een immigratie achtergrond. Scheffer heeft het vooral over het proces waarbij immigranten in een samenleving aankomen en hoe zij en de ontvangende samenleving daarmee omgaan. Dat gaat niet zonder moeite, concludeert hij, maar ja, daarvoor hadden we zijn boek niet nodig. Land van aankomst is een sociaal historische verhandeling (en vertoont als zodanig de nodige gebreken, menen sommige respondenten) die moet laten zien dat op minstens drie terreinen de Nederlandse integratie anders is dan wat de wereld ooit tevoren heeft gezien. Die drie zijn de islam, de verzorgingsstaat en de nabijheid van het land van herkomst.

Of dat betoog overtuigt, mag u zelf uitmaken, maar een flink deel van de vijftien respondenten die Scheffers boek hoog op hun lijst zette, maakte er de kanttekening bij dat dit ‘nou eenmaal’ moest maar dat ze er niet echt enthousiast over waren. Een aantal anderen waren daarentegen vol lof. Zelf kan ik me niet aan de indruk onttrekken dat als die denkbeeldige buitenstaander Scheffers boek leest hij tamelijk somber gestemd raakt. Het is een tobberig boek, zonder veel lichtpuntjes, vol waarschuwingen en dikker dan zo’n buitenstaander zou willen lezen (wat dat betreft is Buruma de ideale stylist: een compact en goed geschreven betoog – maar, in alle eerlijkheid, hij had een nogal andere doelstelling dan Scheffer).

Maar mijn grootste kritiek zou zijn dat je geen idee hebt hoe het er nou echt mee gaat. Er zijn ‘migranten’ en er zijn andere mensen in Nederland. Die hebben problemen met elkaar. Scheffer had een zware bevalling: hij deed jaren over het boek. Gezegd moet dat hij de afgelopen tijd minder pessimistisch klonk en zeker in de context van de onvoldragen PvdA nota (zeker de eerste versie) zelfs kritisch over de toon die daar werd aangeslagen – nou was die ook wel uitzonderlijk ongenuanceerd met Bos en zijn ‘er moet meer gepolariseerd worden’. Maar zou onze journalist er wijzer van geworden zijn? Veel over het debat, niet zoveel over de integratie zelf, denk ik.

De mensen die ik raadpleegde waren in veel gevallen sociale wetenschappers of historici (een enkele politicus of publicist). Ze hechtten aan cijfers, aan meetbare dingen. Vandaar dat het goed was om te zien dat direct na Het land van aankomst de SCP Integratiemonitor, een rapport dat iedere twee jaar verschijnt, en het CBS Jaarrapport Integratie dat in de tussenliggende jaren wordt gepubliceerd, hoog eindigde. In zekere zin is dit de ‘real stuff’. Gedegen rapporten, goed geanalyseerd maar niet altijd even toegankelijk of direct bruikbaar. Veel respondenten complimenteerden beide instellingen met hun grondige werk en mij dunkt, terecht.
Voorbij de onschuld van Baukje Prins was zo’n boek dat ik zelf gemist had.

Ik kan me voorstellen waarom het appelleert aan sociale wetenschappers en maatschappelijke filosofen. Hoewel Prins het boek uit 2004 heeft bijgewerkt vanuit een versie uit 2000 om te antwoorden op kritiek van Ayaan Hirsi Ali (een van degenen overigens die mijn vraag niet beantwoordde – ook van Wilders hoorde ik niets) doet het enigszins gedateerd aan – misschien wel daarom juist. Maar ook Voorbij de onschuld gaat over het debat, over de discussie óver integratie. Het vertelt me niet veel over hoe het ervoor staat – of stond in 2004.

Dat ligt geheel anders voor mijn favoriet in de boekenlijst (even los van de SCP en CBS rapporten als ijkpunten), het TIES rapport over de tweede generatie. Dat is nog eens informatie waar je wat aan hebt. Ik las het samen met het boek van Han Entzinger, De lat steeds hoger, verslag van een herhaalonderzoek onder Rotterdamse jongeren en de twee samen gaven mij – of de denkbeeldige buitenlandse journalist in me – in elk geval een beeld van de stand van zaken. Het TIES verdient enige toelichting. We hebben het over een onderzoek in acht landen en 15 steden naar de integratie van de tweede generatie immigrantenkinderen in Europa.

Het genoemde boek gaat specifiek over Nederlandse Turkse en Marokkaanse jongeren. Hier kom ik te weten hoe het met scholing gaat (veel stapelen, vrouwen die harder lopen dan mannen, een flink percentage dat hbo en academisch onderzoek volgt), hoe ze over geloof denken (allemaal zelfverklaard moslim, maar de helft komt nooit in een moskee en de overgrote meerderheid denkt ‘modern’ over de rol van religie in de samenleving), over huwelijk en relaties (niet veel buiten de groep maar stukken minder uit het land van afkomst) en over arbeidsmarkt en ambities. Het boek van Entzinger voegt daar een dimensie aan toe omdat het een herhalingsonderzoek is van onderzoek uit 1999 en je dus kunt zien wat er is veranderd, beter geworden misschien. Overigens speelt zijn onderzoek zich in Rotterdam af en als je iets uit de cijfers kunt opmaken dan is het dat Rotterdam en Amsterdam nogal verschillen. Net als in het TIES boek bij Entzinger ook interessante informatie over identiteit (veel met geloof, veel met etnische afkomst, veel met de stad en relatief weinig met Nederland).

Ik moet hier ook nog het standaardwerk van Rinus Penninx en Hans Vermeulen noemen dat door vier respondenten werd genoemd. Een Engelse aangepaste versie van een boek uit de late jaren negentig. Niet heel actueel maar wel een mooi beeld gevend van de geschiedenis van de Nederlandse problematiek, rustig en analyserend en de trends goed weergevend.

Een paar WRR rapporten werden aanbevolen, vooral het rapport uit 2007 over meervoudige identiteiten. Dat was het betoog dat mensen verschillende, overlappende identiteiten hebben die allemaal samen kunnen gaan. Het rapport waarvan Maxima de presentatie opluisterde met haar betoog over het niet bestaan van ‘dé Nederlander’. Ik zou het verslag van haar rede aanraden aan onze buitenstaander, al zal hij de daardoor ontstane opwinding moeilijk kunnen plaatsen – die had dan ook weinig met integratie en veel met politieke randverschijnselen te maken.

Paul Scheffer raadde aan om het WRR rapport Nederland als immigratieland nog eens te lezen. Ik heb dat gedaan maar ik vrees dat onze buitenstaander daar weinig aan heeft in dit late stadium. Terecht raadden een paar respondenten de hele uitgave van Socialisme en Democratie aan die uitkwam naar aanleiding van de PvdA integratie nota. Inderdaad was daarin een staalkaart te vinden van het huidige denken over integratie in Nederland – zij het niet onmiddellijk over de integratie zelf. Mijn favoriete stukken daarin waren die van auteurs die de problematiek ferm in de sociaal democratische traditie plaatsten van wonen, arbeid en onderwijs. Laat ik ze de verheffings sociaal democraten noemen, schrijvers die integratie interpreteren als een maatschappelijk probleem dat niet direct of in elk geval niet alleen is gekoppeld aan afkomst van ouders of grootouders. Mijn eigen favoriet in S&D was het betoog van Obeijn en Marlou Schrover dat de ontwikkelingen in perspectief plaatste. Hun boek, Komen en gaan, kwam overigens ook op verscheidene lijsten voor. Een leuk boek, helaas onderbelicht in de media, naar ik vrees omdat het niet past in wat Willem Schinkel het huidige ‘discours’ noemt. Obeijn en Schrover hebben ook last van het brede palet dat ze schetsen, van immigratie in de zestiende eeuw tot heden.

Een van mijn favoriete boeken over Amsterdam als immigrantenstand in de zeventiende eeuw, Migrantenstad van de historica Erika Kuijper, werd niet genoemd. Begrijpelijk en denkelijk ook niet zo functioneel voor onze buitenstaander maar het blijft een prachtig boek.
Ik noemde al De lat steeds hoger van Han Entzinger. Deze auteur werd ook met een aantal andere werken genoemd. Helaas heeft hij geen breed overzichtswerk geschreven – niemand van de onderzoekers, mag je wel zeggen. Met Bang Nederland, schreven Duvyendak en anderen wel een soort manifest, maar dat ging dan weer vooral over de kortzichtigheid van de discussie en de dommigheid, niet over de stand van zaken. Jean Tillie schreef met Gedeeld Land een boek dat een aantal keren genoemd werd. Ik vond ook dit boek vooral een analyse van het debat en de mate van ‘hysterie’ daarin. Niet oninteressant, maar een beeld van de integratie krijg je er niet van. Alleen in zijn laatste hoofdstuk slaat Tillie spijkers met koppen.
Het Engelstalig When ways of live collide werd een paar keer genoemd (het is inmiddels in het Nederlands vertaald).

Ik vond het minder spannend dan ik op basis van de aanbevelingen had verwacht. Het is een interpretatie van een breed onderzoek. Ik vond de conclusies die ze trokken over de mate waarin er sprake is van botsende samenlevingen wat overdreven. Maar belangrijker is dat ik vermoed dat mijn buitenstaander er te veel over (ongedefinieerd) multiculturalisme en identiteit over opdoet.

Tot mijn genoegen werd het ondergewaardeerde rapport van de commissie Blok toch ook meer dan eens genoemd. Dit was het vuistdikke rapport dat in 2004 verscheen en op een tamelijk volledige manier de stand van zaken opmaakte. Het concludeerde dat de integratie veel beter ging dan we dachten maar dat overheidsbeleid daarin nauwelijks een rol had gespeeld. Ik vermoed dat dit de reden is dat het mij zo beviel want als de geschiedenis van de immigratie hier en elders iets bewijst dan is het dat het hier gaat om autonome processen waar overheden verdraaid weinig aan kunnen veranderen. Ik zou onze buitenstaander echter moeilijk kunnen opzadelen met een dik rapport uit 2004.

Politici waren er in elk geval snel klaar mee: het bevestigde niet wat ze hadden gedacht, namelijk dat het slecht ging met de integratie, en ze verwierpen het rapport al voor ze het hadden gelezen. Helaas was het discours ook in de media van die aard, zodat het rapport Blok minder invloed had dan gerechtvaardigd was geweest. Het boek Wegsturen of binnenlaten? van Piet Emmer en Hans Wansink werd ook meerdere malen genoemd maar dat gaat vooral over zin en onzin van immigratie en dat was niet het onderwerp waarover ik informatie wilde.
Veel één keer genoemde boeken over moslims, moslima’s of de islam maakten hun opwachting, maar niet ‘het’ boek. Meest genoemd werd nog Ruimte voor islam van Marcel Maussen. Ik had dat boek gemist toen het uitkwam en vond het bijzonder interessante verhandeling over hoe de islam sinds pak weg 1960 in Nederland zijn weg had gevonden. Maussen kijkt vooral naar gemeentelijk beleid en verzuilde structuren maar dat biedt een hoop interessante perspectieven.

Paul Schnabel verwees in zijn antwoord op een paar uitstekende SCP rapporten, die inderdaad op deelterreinen veel interessants bieden. Ik noem hier Andries van den Broeks Dagelijks leven allochtone stedelingen en Goede buren kun je niet kopen. Schnabels eigen Betrekkelijke betrokkenheid werd ook genoemd.
Een aantal bijdragen leken me bepaald in het verleden blijven steken of te topical. Essays van H.J. Schoo en zijn obsessie met de ‘nieuwe ideologie van het multiculturalisme’ doen niet alleen gedateerd aan maar ook overdreven. Onze buitenstaander zou er, denk ik, weinig aan hebben. Dat geldt ook voor Cees Schuyts Steunberen van de samenleving, hoezeer ik persoonlijk die essays ook waardeer. Lancee en Dronkers zorgden met hun artikel over Ethnic diversity in neighbourhoods bij publicatie voor enige opschudding omdat ze onderzoek van Robert Putnam op Nederland van toepassing verklaarden. In een inmiddels beroemd artikel liet Putnam zien dat diversiteit in buurten in elk geval op de korte termijn het wantrouwen vergrootte, niet alleen tussen de diverse groepen maar ook tussen de leden van de groepen onderling. Het is niet onomstreden, maar wel interessant.

Wat levert deze exercitie uiteindelijk op? Niet een handzaam overzicht voor een buitenstaander om erachter te komen hoe het is met die integratie in Nederland. Hij komt een aardig eind, waarbij het de vraag is of hij kennis moet nemen van het debat en zijn voorgeschiedenis of gewoon, als zijnde van Mars, moet kijken hoe het werkelijk zit om dan vast te stellen dat hij niet begrijpt waar Wouter Bos en Geert Wilders het over hebben. Waar hebben jullie het over, zou een gerechtvaardigde vraag kunnen zijn.
Maar we moeten erkennen dat cijfers op zichzelf ook niet alles zeggen. Als de ergernis onder tweede generatie Nederlanders groot is omdat ze steeds maar weer op een hoop van ‘anderen’, ‘er niet bij horenden’ worden gegooid, ongeacht wat ze feitelijk doen en denken, dan is dat ook deel van het patroon. Framing noemen we dat in de communicatiekunde: de discussie in een raamwerk van woorden plaatsen die de uitkomst al bepalen. In die zin heeft Schinkel gelijk dat elk debat over integratie verzandt in betekenissen, om het maar niet te hebben over het vergiftigde begrippendpaar allochtonen en autochtonen, ‘de moslims’ of andere containerbegrippen die per definitie groepen indelen.

Uiteindelijk ben ik zo vrij om te komen tot vijf boeken die ik aan de geïnteresseerde journalist zou aanbevelen, in willekeurige volgorde. De integratierapporten van SCP en CBS, de meest recente. Het TIES rapport over de tweede generatie om de feitelijke stand van zaken te doorgronden en de trends te zien. Het nummer van Socialisme en Democratie, niet omdat de PvdA nota zo goed was, want dat was hij niet, maar omdat er een breed scala aan analyses (sommige overbodig) aan bod komt. En om het debat in context te plaatsen in een land dat zijn eigen verzuiling is vergeten en dat alles graag in hokjes plaatst, De gedroomde samenleving van Willem Schinkel. Tijd over? Dan Het land van aankomst van Paul Scheffer, maar ons Marsmannetje mag het deel over de islam en de Franse laïcité overslaan en eigenlijk ook het onvolledige beeld van de Amerikaanse ervaringen. Dat ruimt lekker op en dan mag hij als toetje toch nog Ian Buruma lezen. Gewoon, omdat het vertelt waarom Nederland zo’n totaal idioot land is.

De lijst van geraadpleegde deskundigen:

 

De lisjt met geraadpleegde deskundigen (niet iedereen heeft gereageerd):

Amersfoort van Hans

Bartels Edien

Beljahi Salima

Benzakour Mohammed

Blok Stef

Boutellier J

Bovenkerk Frank

Brouwer Lenie

Coenders M

Cottaar

Couwenberg Wim

Crul Maurice

Cuperus René

Dekker H

Dronkers Jaap

Duyvendak, Jan Willem

El’Hadioui Iliass

Emmer Piet

Engbersen Godfried

Entzinger Han

Fennema Meindert

Ghorashi Halleh

Gowricharn Ruben

Groenendijk

Hagendoorn Louk

Harchaoui Sadik

Heering Liesbeth

Heijne Bas

Hirsi Ali Ayaan

Hooghiemstra E

Kalma Paul

Kennedy James

Kuijpers Erica

Latten Jan

Lindenberg Siegwart

Lucassen Leo

Maussen Maurice

Meeteren Van

Meurs Pauline van

Paulle Bowen

Pels Dick

Penninx Rinus

Prins Baukje

Rath Jan

Rooy Piet de

Saharso S

Scheffer Paul

Schnabel Paul

Schrover Marlou

Sunier J

Swaan Abraham de

Tillie Jean

Veenman Justus

Verkuyten

Vermeulen Hans

Vis Jan

Vuijsje Herman

Wilders Geert

Willems Wim

Zurcher Erik-Jan

Tinnemans Wil

Schinkel Willem

Dagevos J

 

Genoemd

15 Scheffer Paul. Land van aankomst (Emmer, Dronkers, de Rooy, Kennedy, Ghorashi, Blok, Willems, Couwenberg, Schnabel, Cuperus, Hagendoorn, Tinnemans, Engbersen, Boutellier, Dagevos)

14 SCP Integratiemonitor SCP (Bovenkerk, Dronkers, Scheffer, Heering, Rath, Blok, El’Hadioui, Schnabel, Hagendoorn, Tillie, Veenman, Van Amersfoort, Engbersen, Dagevos)

7 CBS Jaarrapport Integratie CBS (Heering, Vermeulen, Harchaoui, Hagendoorn, Latten, Tillie, Dagevos )

7 Buruma Ian. Murder in Amsterdam (Duyvendak, Bovenkerk, de Rooy, Prins, Heijne, Lucassen, Willems)

6 Prins Baukje, Voorbij de onschuld (Prins, Kennedy, Ghorashi, Rath, Cuperus, Saharso)

4 Vermeulen, Penninx, Immigrant integration (Scheffer, Prins, Cuperus, Van Amersfoort)

4 TIES Position of Moroccan Second generation in Amsterdam and Rotterdam. Tweede generatie IMIES (Heering, Vermeulen, Lucassen, Van Amersfoort)

3 WRR 2007 Nederlandse identiteit (El’Hadioui, Meurs, Dagevos)

3 Socialisme en Democratie XIntegratie nummer (Couwenberg, Kalma, Meurs)

3 Sniderman, Hagendoorn, When ways of life collide (Heijne, Hagendoorn, Veenman)

3 Schinkel Willem, gedroomde samenleving (El’Hadioui, Lucassen, Engbersen)

3 Obeijn en Schrover. Komen en gaan (Emmer, Bovenkerk, Schrover)

3 Duyvendak et al.Het bange Nederland (Duyvendak, Bartels, Latten)

3 Tillie Jean. Gedeeld land (Duyvendak, Bovenkerk, Tillie)

2 Schnabel etc. Betrekkelijke betrokkenheid SCP (Gowricham, Harchaoui)

2 Entzinger, voorportaal van Nederland in Geuijen, Multiculturalism (Kennedy, Ghorashi)

2 Emmer & Wansink (Emmer, Engbersen)

2 Blok Rapport (Blok, Schnabel)

2 Maussen Marcel, Ruimte voor islam (Heijne, Rath)

1 WRR 2001, Nederland als immigratiesamenleving (Scheffer)

1 WRR 2001, Nederland als immigratiesamenleving (Scheffer)

1 Veenman, Justus. De toekomst in meervoud (Veenman)

1 Tubergen Frank van Allochtonen in internationaal perspectief (Veenman)

1 Schuyt Cees. Steunberen van de samenleving (Couwenberg)

1 Schoo H.J., Verwarde natie (Vuijsje)

1 Scholten P., Constructing immigrant policies (Gowricham)

1 Roggeband, C.  and Verloo, M. (2007) ‘Dutch women are liberated, migrant women are a problem. The evolution of policy frames on gender and migration in the Netherlands 1995-2005′ Social Policy and Administration 41(3), pp. 271-288. (Saharso)

1 Prins Baukje, The nerve to break taboos. (Rath)

1 Penninx & Lucassen. Newcomers (Lucassen)

1 Pels Dick. Opium van het volk (Bartels)

1 Pellikaan & Trappenburg (Cuperus)

1 Odé & Dagevos. Jaarboek Multiculturele samenleving (Harchaoui)

1 Lucassen & Willems. Gelijkheid en Onbehagen (Willems)

1 Lucassen & De Ruijter, Nederland multiculureel pluriform? (Schover)

1 Latten Jan. Zwanger van segregatie (Latten)

1 Lancee & Dronkers, Ethnic diversity in neighbourhoods (De Rooy)

1 KullbergJeanet. Goede buren kun je niet kopen (Schnabel)

1 Koning Martijn de. Zoeken naar een zuivere islam (Bartels)

1 Kleywegt & Van Weezel. Het land van haat en nijd (Cuperus)

1 Journal of Ethnic and Migration Studies, vol.32, 2006 pp. 323-346. (Van Amersfoort)

1 Jong Sjoerd de. Een wereld van verschil (Bartels)

1 Jong Jan-Dirk de, Kapot moeilijk (El’Hadioui)

1 Jan Lucassen en Arie de Ruijter, Nederland multicultureel en pluriform? Een aantal conceptuele studies (Amsterdam 2002)

1 Heijne Bas, Onredelijkheid (Heijne)

1 Gowricham, Falende instituties (Gowricham)

1 Entzinger. Multiculturalism in the Netherlands (Hagendoorn)

1 Entzinger, lat steeds hoger (Heering)

1 Entzinger, H. (2006). Changing the rules while the game is on; From multiculturalism to assimilation in the Netherlands. In M. Bodemann & G. Yurkadul (Eds.), Migration, Citizenship, Ethnos: Incorporation regimes in Germany, Western Europe and North America. New York: Palgrave MacMillan. (Saharso)

1 Engelen, Ewald. Towards an explanation of the performance of .. (Rath)

1 Engelen Ewald, Towars an Explanation of the Performance Differences of Turks in the Netherlands and Germany (Rath)

1 El’Hadioui Iliass, Hoe straat de school binnendringt (El’Hadioui)

1 Duyvendak, Meeting point Nederland (Boutellier)

1 Diverse auteurs Hoe nu verder? (Vuijsje)

1 Destination Europe (ISBN 9037701981) (Dronkers)

1 Cliteur, Paul Moderne Papoea’s (Boutellier)

1 Broek Andries van den. Dagelijks leven allochtone stedelingen (Schnabel)

1 Brendel Carl, Verraad van links (Vuijsje)

 

1 Bartels Edien. Antropologisch dilemma’s en onderzoek naar islam (Bartels)

1 Amersfoort Hans van: De Migratie-Paradox. Een beschouwing over immigratie in de geglobaliseerde economie. In het bijzonder in de regio Amsterdam. VROM-raad: Achtergrondstudies 016. (publicatie uit 2004.)

1 Amersfoort Hans van en Mies van Niekerk: Immigration as a colonial inheritance: Post-colonial immigrants in the Netherlands, 1945-2002. Journal of Ethnic and Migration Studies, vol.32, 2006 pp. 323-346. (Van Amersfoort)